weekblad-logo

week 51-2019

Fotoquiz snelste

De snelste met het juiste antwoord op de foto van vorige week was Adrie de Koning. De nieuwe opgave komt dan ook van hem. De vraag is:

Waar bevond zich deze slagerij?

Wij waren zo vrij de firmanaam van de etalageruit te krabben.

Oplossingen via deze link

Foto: Stadsarchief Amsterdam

Oplossing vorige week

Dit lijkt weer zo'n 13-in-een-dozijn plaat van een pakhuis dat overal kan staan. Toch wordt over dit pakhuis tamelijk veel geschreven. Had u maar de tekst op de gevel ontcijferd want dan was het een fluitje van een cent geweest. Pakhuis De Ansjovis staat op het Prinseneiland en heeft het huisnummer 8A.
WOZ-waarde vandaag: meer dan €1 miljoen.

Foto's: Stadsarchief Amsterdam

Goede oplossingen kwamen van Adrie de Koning, Ria Scharn, Arjen Lobach, Louis Olivier, Han Mannaert, Jos Mol, Robert Raat, Harry Snijder, Mike Man, Ton Brosse, Hans van Efferen,

Fotoquiz: Ton's keuze

Het lijkt moeilijker dan het is, om deze foto van Ton Brosse te plaatsen. Hij toont u weer eens een architectonisch detail, dit keer van een klokgevel. Houdt u zich maar vast aan het beest op de top.

Waar is dit?

Oplossingen graag via deze link

Foto: Ton Brosse

Oplossing: Maaike's keuze

Daar brachten wij Maaike in verlegenheid. Deze foto zit gewoon in de Beeldbank maar is tegenwoordig niet meer vrij te downloaden. Door vermelding van de fotograaf hopen we iets goed te maken.
Het gezelschap van het Leger des Heils staat hier op brug #38 over de Keizersgracht t.h.v. de Reguliersgracht.

Foto: Emile van Moerkerken
bron: Stadsarchief Amsterdam

Prominent in beeld ontdekte Ton Brosse Reguliersgracht 34, het dispuuthuis V.N.I.C.A, in WOII een onderduikadres voor Joden. Ton Brosse: "De latere hoogleraar geschiedenis Yvo Schöffer, destijds zelf een jonge student, regelde dat joden in de door de oorlog leegkomende kamers van vertrokken studenten konden wonen. Ivo Schöffer (1922-2012) was verantwoordelijk voor de zorg en de veiligheid van de onderduikers en voorzag hen van voedselbonnen en andere levensbehoeften. Dit deed hij samen met zijn zuster Lydia Schöffer, nicht Marijke Meulman, neef Co Meulman en enkele anderen, waaronder een vriendin van moeder Schöffer, Miep Bunge. Zij probeerden de onderduikers te voorzien van nieuws over hun familie en vrienden, en zorgden zij voor boeken om de geest scherp te houden. Ivo Schöffer, bekend als historicus en hoogleraar Vaderlandse Geschiedenis aan de Universiteit Leiden, was toen student geschiedenis en lid van V.N.I.C.A. Om de Arbeitseinsatz te ontlopen ging Ivo in korte broek en met een persoonsbewijs van een jongen van 15 gedurende de hele oorlog door het leven.
Alle twaalf de onderduikers hebben de oorlog overleefd, onder andere door de strenge huisregels van Ivo, die ervoor zorgden dat niemand enig idee had dat er onderduikers waren"
.

Goede oplossingen kwamen van Anna Denekamp, Arjen Lobach, Otto Meyer, Anneke Huijser, Minne Dijkstra, Jos Mol, Mike Man, Hans Olthof, Ria Scharn, Maarten Helle, Han Mannaert, Robert Raat, Ton Hupkens, Nico Prinse, Adrie de Koning, Ton Brosse, Hans van Efferen,

Heeft u ook een opvallende foto gevonden?

Laat ons meegenieten en stuur hem naar de redactie. Graag via deze link en alléén via deze link a.u.b.
Blijf sturen, zodat wij de aantrekkelijkste platen kunnen kiezen.

Fotoquiz Waar? Wat?

Houdt u zich niet vast aan het leesbare huisnummer..., dat bestaat namelijk niet meer. Dit in tegenstelling tot de huizen op deze foto, die er allemaal nog staan.

In welke straat staat de fotograaf?
Hoe heet de steeg die hier uitkomt?

Oplossingen graag via deze link

Foto: Stadsarchief Amsterdam

Oplossing vorige week

On-Amsterdams..., Middeleeuws, dat waren een paar reacties op deze foto van de Houtkopersburgwal gezien richting Steenvoetsluis. De hoge pakhuizen mddenachter staan aan de Joden Houttuinen. Net als op Rapenburg en de Haarlemmer Houttuinen stond er oorspronkelijk geen bebouwing aan het water. De wal was bedoeld voor houtopslag.

Omdat in de Beeldbank bij deze foto de naam van de brug niet genoemd wordt, hebben enkele deelnemers die dan maar weggelaten. Vanaf 2020 zullen diegenen die niet alle vragen beantwoorden niet meer genoemd worden in de eregalerij.

Foto's: Stadsarchief Amsterdam

Goede oplossingen kwamen van Arjen Lobach, Ria Scharn, Mike Man, Anneke Huijser, Otto Meyer, Hans Goedhart, Robert Raat, Harry Snijder, Jos Mol, Ton Brosse, Hans van Efferen, Anthony Kolder,

Met de camera op pad...

Hier is niets meer van over, zelfs de huisnummering is overhoop gehaald. Als u zich wilt richten op het zichtbare huisnummer heeft u wel een vooroorlogse kaart nodig.

Welke straat is dit?
Welke zijstraat is dit?

Laat het ons weten via deze link

Foto: Stadsarchief Amsterdam

Foto van vorige week

Om de kade aan de linkerzijde te kunnen plaatsen moest u eerst zover komen dat het water, dat in de verte verdwijnt, achter de fotograaf gewoon doorloopt. Dat is bijvoorbeeld het geval bij de kruising van Lijnbaansgracht met de Bloemgracht, waar van een voormalige sluis een aansluiting met de Singelgracht is gemaakt. De zgn. kade links is een restant van de sluiskolk. Daarover ligt in de Marnixstraat brug #160, de Bullebaksluis, de brug waarop de fotograaf stond en die zoveel verwarring zaait met brug #149, de Bullebak, ook in de Marnixstraat.

Foto: Stadsarchief Amsterdam

Goede oplossingen kwamen van Arjen Lobach, Carol de Vries, Anneke Huijser, Ria Scharn, Jos Mol, Robert Raat, Harry Snijder, Mike Man, Hans van Efferen,

Eindejaarsquiz 2019 - de oplossing

1 = letter O

Dit was de Oostenburger Middenstraat. Het werkvolk komt van het fabrieksterrein van Werkspoor/Stork door deze straat naar de Oostenburgergracht gewandeld.
Oorspronkelijk liepen er drie straten van de gracht het eiland op, maar Werkspoor nam er een paar in beslag voor uitbreidingen. De Middenstraat hield het tot 1985 vol en maakte toen plaats voor de Compagniestraat.

2 = letter E

We zien hier de Eggertstraat met links en boven het dak uit nog fragmenten van de Nieuwe Kerk. In deze hoek was in de Middeleeuwen het Ellendigenkerkhof en deze straat heette toen Ellendigesteeg.
De huidige naam dankt de straat aan Willem Eggert, heer van Purmerend en Ilpendam (1340-1417). Deze steenrijke Amsterdammer bezat grote lappen grond binnen en buiten de stad en op dit stukje van hem mocht de Nieuwe Kerk gebouwd worden, waar Eggert ook nog financieel aan bijdroeg.

3 = letter G

Dit is de door sloop van het buurpand vrijgekomen zijgevel van de Engelse Episcopale kerk op de Groenburgwal. De achtergevel geeft al de indruk van zoiets als een kerk. Deze werd in 1827 gebouwd op de plek van de voormalige Lakenhal, onderdeel van de Staalhof. De Engelse Gemeente bestaat al sinds 1698 door welwillende medewerking van stadhouder/koning Willem III.

4 = letter J

Dit is de Jodenbreestraat van vóór de Tweede Wereldoorlog. Deze straat is veel jonger dan de Sint Antoniebreestraat en beide zijn onderdeel van de zeewering Sint Anthonieszeedijk. Gelijk met het inrichten en gedeeltelijk plempen van Vlooienburg werd deze straat begin 17de eeuw strakgetrokken en bebouwd. De straat begon zijn leven als Breestraat maar net als zoveel namen in de Jodenbuurt kreeg zij het voorvoegsel 'Joden".

5 = letter F

Bij deze foto vond Anje een hint op z'n plaats. Deze kruidige straat was de Foeliestraat. We bleven dus nog even in de Jodenbuurt. Deze straat is ver te zoeken vandaag. De toerit van de IJ-tunnel heeft hier flink huisgehouden. De brug waar de fotograaf voor stond, leidde naar het eiland Marken of Valkenburg.

6 = tweede letter is E

O.i. had een hint bij deze foto ook niet misstaan. Dit aanzicht was alleen mogelijk na de sloop van de RK kerk 't Torentje op het Singel die met zijn zijgevel in de Bergstraat stond.
De Bergstraat is een onderdeel van de Tweede Uitleg en is 1584-'85 bebouwd. Het was oorspronkelijk best een chique straat maar in de 20ste eeuw is ze danig afgezakt.

7 = letter V

Wat een toestand! De eerste foto die overigens dezelfde letter moest opleveren, was de achteringang van de Garnalendoelen. Die staat aan het Singel met deze achteruitgang aan de Handboogstraat en niet de Voetboogstraat zoals in de Beeldbank bij de foto staat. Toen dat ontdekt werd hebben we snel een nieuwe foto geplaatst van enkele Wevershuisjes aan de Vijzelgracht. U weet wel, de huisjes die na eeuwen rechtop gestaan te hebben door het boren van de Noord-Zuidlijn alsnog verzakten.

8 = letter E

Hier was weer een hint nodig, vond Anje. De devote vrouwen die door deze muur aan het zicht onttrokken werden, waren de zusters van de Auxiliatricen van het Rooms-katholiek Zusterhuis Christo Regi op de Egelantiersgracht. Het werd afgebroken en vervangen door nieuwbouw waar het Piusklooster een plek in vond.

9 = vijfde letter I

Diverse deelnemers stipten bij een vraag uit de quiz van week 50 aan dat dit hetzelfde punt was. De brugleuning links is die van de Bullebaksluis en het water daarachter is de kruising Lijnbaansgracht-Bloemgracht. Het bedoelde gebouw is de voormalige Stadsbank van Lening in de Marnixstraat 315.

Nog een steuntje in de rug: deze laatste vraag was geen lastige want het scheelde maar één letter met Lastage. We kijken hier naar het punt waar de Nieuwe Ridderstraat op de Lastageweg uitkomt. De hele hoek is intussen kaalgeslagen.

 

De redactie dankt Anje Belmon voor een pittige maar interessante eindejaarsquiz.

Dat waren ze allemaal. U had nu de letters

O E G J F E V E I L  gevonden en wist dat die op plek 1, 5 en 10 op hun plaats bleven. Er had na het nodige puzzelen een tamelijk onbekend begrip in de bouwkunde tevoorschijn moeten komen:

O J I E F G E V E L

Dat is zo'n onbekend begrip omdat het in Amsterdam niet zo veel voorkomt. Het is de term die een eerst uit- en dan inzwenkende klokgevel aanduidt, zoals op beide foto's te zien is.

Na loting gaat het proefabonnement naar: Adrie de Koning. Hij heeft inmiddels bericht gehad.

Wat er in 2020 gaat veranderen...

  1. Zoals eerder gemeld zal vanaf week 1 2020 de quiz op zaterdag verschijnen. Zodra de webmaster klaar is voor de nieuwe dag zal hij eerst aan u denken en de quiz versturen.
  2. De rubriek 'Mijn keuze' gaat wijzigen. Vanaf 2020 worden de onderwerpen juist geacht zich buiten de Singelgracht te bevinden. U kunt dan eindelijk eens een typische foto van uw buurt (of een andere buurt natuurlijk) aan de deelnemers voorleggen. Als er niet voldoende foto's binnenkomen bedenken wij er zelf een.
  3. De hardnekkige gewoonte van sommigen om de vragen niet te lezen maar de foto in de Beeldbank op te zoeken en triomfantelijk de beschrijving via copy-paste als antwoord in te sturen, wordt niet meer geaccepteerd als niet álle vragen in die tekst beantwoord zijn.

redactioneel

Amsterdamse burgemeesters in de 17de en 18de eeuw

Nicolaes Tulp (1593-1674)

Opnieuw een geval van de keuze voor een alias, alhoewel gestudeerden daar in de 17de eeuw een gewoonte van maakten. Claes Pietersz was de zoon van een lakenkoopman die in 'de Blaue Deken' op de Nieuwendijk woonde. Claes ging in de leer bij een stadsheelmeester, bezocht de Latijnse school en liet zich in 1611 op de Leidse universiteit inschrijven als student geneeskunde. Als naam gaf hij op: Nicolaus Petræus. Al in 1614 promoveerde hij op een proefschrift 'de Cholera Humida' dat hij opdroeg aan zijn broer Dirck ofwel Diedericus Petræus, predikant te Sloterdijk. De piepjonge doctor vestigde zich in Amsterdam waar hij ging wonen op de Keizersgracht in het huis 'in de Tulp' (vlakbij de Westermarkt). De arts van betrekkelijk eenvoudige komaf liet het breed hangen en legde als een der eersten zijn bezoeken af in een koets. In het spraakgebruik werd hij Nicolaes Tulp en hij veinsde dat af te wijzen maar zich daar maar bij neer te leggen. Hij mat zich wel een familiewapen aan waar de tulp een hoofdrol in speelde (hieronder).

Benoemingen tot burgemeester: 1654, 1656, 1666, 1671

Zoals gewoon komen de afbeeldingen uit de Beeldbank van het Stadsarchief Amsterdam, tenzij anders vermeld

Een uitgebreide lijst van alle burgemeesters van Amsterdam op Wikipedia

Tulp was een excellent medicus en had het dan ook al snel heel druk. Hij werd geroemd om zijn veelzijdige bekwaamheid, zijn helder inzicht en zijn liefderijke behandeling. In 1628 werd Tulp benoemd tot praelector ontleedkunde aan de Atheneum Illustre en ook honorair professor in de anatomiæ. In zijn 40-jarige praktijk maakte hij een aantal pestepidemieën mee met als hoogtepunt het jaar 1635 waarin 17.000 inwoners overleden. Deze epidemie was aanleiding voor de oprichting van het Collegium Medicum onder 4 inspecteurs. De chirurgijns en de apothekers werden verenigd in een gilde en met de medici kregen zij een vergaderlokaal boven de kleine vleeshal in de Nes. Daar werd het eerste Theatrum Anatomicum ingericht. Het was in 1632 hier dat de beroemd geworden scene door Rembrandt geschilderd werd: de Anatomische les van dr. Nicolaes Tulp. Tulp zorgde ervoor dat ervaringen uitgewisseld werden. Ook verzamelde hij pathologisch-anatomische gegevens en gaf daar demonstraties mee. Hij was in 1635 ook de drijvende kracht achter de samenstelling van de Pharmacopoæ Amstellædamensis die door de stad als verplichte literatuur voor medici werd aangewezen, een voorbeeld dat door andere steden in de Republiek schoorvoetend werd gevolgd.

In 1622 werd Tulp benoemd tot schepen en in datzelfde jaar tot lid van de vroedschap. Wat je noemt een bliksemcarrière. Hij is jarenlang thesaurier geweest en aan het eind van zijn carrière gecommitteerd Raad voor de stad Amsterdam bij de Staten van Holland, in 1663-1665 en van 1673 tot zijn dood in 1674. Ook internationaal verwierf hij als medicus groot aanzien door zijn publicatie Observationum medicarum libri tres in 1641 die in vele talen vertaald is.
Hij was ook overtuigd Calvinist en ageerde tegen uitspattingen, overdaad en weelde. Dat leidde in 1655 tot een keur op de bruiloftsfeesten: een beperkt gezelschap dat een maximaal aantal gangen verorberde, slechts een beperkte waarde aan juwelen ten geschenke mocht geven en voor het luiden van de poortklok (in de morgen!) huiswaarts gekeerd moest zijn. Ook de uitbundige schuttersmaaltijden moesten het ontgelden. Het eerste 'slachtoffer' van deze keur werd raadspensionaris Johan de Witt die in 1655 met Wendela Bicker trouwde. Burgemeester Tulp ontbrak op het feest.

Dr. Nicolaes Tulp huwde in 1617 de beeldschone Eva van der Voech uit Den Haag. Helaas voor Tulp overleed zij in 1628 waarna hij pas weer in 1630 opnieuw huwde met burgemeestersdochter Margaretha de Vlaming van Outshoorn waarmee hij in 1634 een dochter Margaretha kreeg die in 1655 een aanzoek van Johan de Witt afwees. De tweede reden waarom Tulp niet op de bruiloft van De Witt aanwezig was. Zij wilde wèl met Jan Six trouwen, de koopman, dichter, kunstliefhebber en mecenas die zich het jaar ervoor door Rembrandt had laten portretteren. Jan Six..., schoonzoon van burgemeester Tulp die zijn schoonvader in 1691 zelf een keer zou opvolgen als burgemeester.
In 1672 wilde de bijna 80-jarige Tulp zijn 50-jarig jubileum als vroedschapslid vieren en nodigde al zijn collega's in zijn huis uit op een maaltijd. Indachtig zijn fulmineren tegen protserige feesten kwam het gros nieuwsgierig naar de Keizersgracht waar zij een eenvoudig tweegangendiner met mierzoet dessert en 'gezonde' dranken genoten maar dat gelardeerd werd met voordrachten, Latijnse gedichten en de aanbieding van een speciale jubileumviering door Jan Six.

Datzelfde jaar 1672, bekend geworden als het Rampjaar, stelde Tulp zich weerbaar op en zette de vroedschap aan tot verzet tegen de oprukkende Franse troepen van Lodewijk XIV. De stad verschanste zich maar de komst van stadhouder Willem III (waarmee een einde kwam aan het Stadhouderloze Tijdperk) voorkwam dat de Fransen ook maar in de buurt van de stad kwamen. Dat genoegen mocht Nicolaes Tulp dus nog smaken. Op 12 september 1674, op dienstreis als gecommitteerde bij een Statenvergadering in Den Haag, overleed Tulp. Zijn stoffelijk overschot werd teruggebracht naar Amsterdam waar hij tijdens een indrukwekkende begrafenis werd bijgezet in de Nieuwe Kerk in een graf links van de ingang Gravenstraat. Het lofdicht op de grafsteen is van Jan Six.
Op het portret door Pickenoy links (1633) illustreert Tulp - door het wijzen naar een kaars - zijn levensmotto: alias inserviendo consumor ofwel: in dienst van anderen wordt ik verbruikt. Tulp was definitief opgebrand...

de Spiegelhuizen

Niet te vatten welk een natte boel het hier in de 14de en 15de eeuw nog was. Wij schilderden dit stukje Amsterdam in een PDF dat u misschien voorbereidend nog even doorkijkt. Klik de omslag links om te lezen.
Dit was een industriële zone, hier werd gewerkt met smerige of brandgevaarlijke zaken. Het gebied werd doorsneden door waterlopen, meestal restanten van oude dijkdoorbraken. Dat was de reden voor het opnieuw opwerpen van een nieuwe zeedijk iets meer richting het IJ. Men noemde deze nieuwe dijk de Nieuwendijk. Het droogmaken van alle waterlopen en kreken zou nog eeuwen duren. Nog in de 19de eeuw zou de fotograaf van de foto hierboven met zijn voeten in het water hebben gestaan.

Op deze tekening uit de 20-er jaren van de 19de eeuw is het meeste water nog niet gedempt en dat was ook helemaal niet in de zin van de gebruikers van het gebeid. Zo kon men met kleine schuiten tot onder de luiken van de pakhuizen varen en laden of lossen. De namen van de waterlopen en die van de gedempte vormen daarvan verschillen nogal eens. Op het kaartje uit 1544 hieronder heette wat nu de Koggestraat is, destijds Cattegat. Wat nu Kattengat is, was eind 16de eeuw drooggemaakt en heette 't Vagevier (omstreden). Stromarkt is een naam die toen aan het stuk Singel t.h.v. de Ronde Lutherse kerk hing. De huidige Teerketelsteeg was ook nat en een oude naam daarvoor hebben we niet gevonden. De steeg dankt zijn naam aan de teerkokerijen die hier ooit waren en aan de demping van het laatste deel in 1867, gelijk met de Nieuwezijds Achterburgwal.
Op de tekening links kijken we door 't Canaal (rode pijl op het kaartje uit 1544 hieronder) dat tegenwoordig bij het Kattengat hoort.

Nu naar ons thema van vandaag: de bebouwing die er kon komen na de demping van het huidige Kattengat. Let wel: 't Canaal en het Cattegat bleven bevaarbaar tot in de 19de eeuw. Bedoeld wordt het Kattengat tot waar de Stromarkt begint en dat is halverwege de straat t.h.v. de Ronde of Nieuwe Lutherse Kerk. Dat gebeurde begin 17de eeuw, wat we kunnen aflezen aan de grondverkopen die gepaard gingen met de bouw van de huidige huizen Kattengat 2-4-6-8, de huizen die op de tekening hierboven pontificaal in het midden achter het bruggetje te zien zijn. Markant in het midden, omdat ze als tweeling met trapgevels i.p.v. tuitgevels fraai afsteken tegenover de omringende eenvoudige bebouwing. De Spiegelhuizen, ofwel de Goude en Silveren Spieghel. Deze huizen zijn, zoals de jaartalsteen zegt, gebouwd in 1614.
In 1602 werd aan Isaac Ouderogh een perceel groot 3 roeden 68 voeten verkocht gelegen tussen "Oude Noortsijde (=Ossenspooksteeg) en het Cattegat ande Suijdsijde". Deze verkoop door de stad aan een particulier markeert het moment van de demping. Ouderogh echter overleed in 1607 en kan dus niet de bouwheer van nrs.4-6 zijn. Dan komt de naam van Willem Backer in beeld die grote erven met pakhuizen aan het Cattegat bezat en in 1634 een buurerf kocht dat voor Kattengat 2 lag.

Wat u mogelijk op alle kaartjes en in het verhaal mist is de Ronde Lutherse Kerk, maar die is dan ook pas in 1668-'71 gebouwd. Die kerk nam de plaats in van een groot aantal huizen tussen Jeroenensteeg en Ossenspooksteeg. De laatste steeg was de ingang aan land van de vele pakhuizen aan het Cattegat en van Kattengat 2 dat achter het Spiegelhuis op nr.4 verscholen stond.

Willem Backer (1595 - 1652; links) was vijf maal burgemeester tussen 1639 en 1651. Hij was gehuwd met een dochter van de steenrijke zeepzieder-olieslager-koopman Laurens Jansz Spiegel (1575-1623) en die tak van de familie Spiegel was nauw verweven met de familie Ouderogh. In feite was Isaac Ouderogh, die we eerder als koper van de pas gedempte grond tegenkwamen, de vader van Spiegels echtgenote en eigenaar van veel pakhuizen aan Cattegat en daar omheen. Pakhuizen die later op naam van Spiegel en nog later op naam van Willem Backer blijken te staan. Vererving dus. Over erven gesproken, ook al weten we het niet zeker, het meest waarschijnlijke is dus dat de bouwheer van de Spiegelhuizen de naamgever Laurens Jansz Spiegel is. Hij overleed in 1623 en de huizen zijn - alweer waarschijnlijk - door hem aan zijn dochter Bregitta nagelaten. Willem Backer komt pas in 1627 in beeld als hij met Bregitta (rechts) trouwt.

De naam Spiegelhuizen is niet zo maar een naam, maar staat sinds de bouw in de gevel vermerkt. Immers staat in beide huizen in de top een spiegel gebeiteld. De panden werden in 1926 eigendom van de Vereniging Hendrick de Keyser die ze in 1930-'31 liet restaureren door restauratiearchitect A.A.Kok.

Portretten Willem Backer en Bregitta door anonymus, bron RKD.
Overige afbeeldingen: Stadsarchief Amsterdam

Column: DaanDaan feuilleton -4

leine Daan en Opa Daan stapten uit de tram op het Waterlooplein. Ze liepen naar het Amsterdamse Stadhuis, de zogeheten 'Stopera', zei Opa.
Opa had een telefoontje gepleegd naar een van de ambtenaren vanwege het zomaar verdwijnen van ‘Het Zagertje’ in het Leidsebosje. Mevrouw Bommelskous had wel een kwartiertje voor de beide heren; Opa kreeg een koffietje en Daan een colaatje. ‘Het zit zo, er zijn duizenden kunstuitingen in onze hoofdstad', aldus Jacqueline Bommelskous, ‘maar ja hoe breng je dat in kaart? Want…, je hebt beelden, oude gevelbeelden, fonteinen, objecten, brugonderdelen, muurgedichten etc.’ ‘Mijn opa is ook beeldhouwer,’ zei Daan en Opa en ik wandelen er elke woensdag langs en ik schrijf dan alles op!’
Mevrouw Bommelskous mocht even in het boekje van Kleine Daan kijken en riep enthousiast uit: ‘Maar Daan, wat leuk, allemaal foto’s en info over Amsterdamse beelden…, goh…! Beloof me dat je als het boekje wat dikker is mij alles laat zien, wie weet maken we er hier een leuk boekwerkje van voor de bezoekers!’
Jacqueline vertelde aan Daan en Daan dat er in de hoofdstad regelmatig anonieme kunstenaars waren die zomaar iets neerplantten tot aan grote bronzen duizendkilowegende stieren aan toe.

 

‘Een paar ervan omarmen we omdat ze zo interessant zijn, zoals de violist die uit de aarde breekt; die staat inmiddels onderin ons Stadhuis, ga maar kijken! De anonieme kunstenaars blijven natuurlijk anoniem, maar sommigen zeggen dat zelfs een zekere Beatrix van Oranje beelden heeft aangeleverd. By the way, “Het Zagertje” hebben we even weggehaald omdat de tak waarop hij stond, verrot was,…maar hij komt terug!’ Daan en Daan moesten er even van zuchten. Een positieve zucht! Opa nam Daan mee naar Artis. Deze keer niet voor de dieren…, maar…, voor de beelden! Er ging een hele wereld voor Kleine Daan open! Artis, een van de mooiste dierenparken ter wereld, was vroeger gewoon een onderdeel van de stad en er ging vroeger zelfs een pontje over de Nieuwe Prinsengracht!
Weer had Daan een heerlijke middag, Stadhuis, Artis en dat soort coole dingen… het kon niet op! ‘We stappen zo op de tram terug naar huis, Daan, hier op het Alexanderplein. Maar eerst laat ik je nog even een minuutje wat moderne kunst zien, Daan! Nu ja…,het gaat hier over pruimbare moderne kunst! Oogjes! Ha ha.‘
Daan genoot voor de derde keer, maakte een fotoverslag en stapte doodmoe maar volkomen tevreden in de tram huiswaarts. Nu ja, eerst even aan de onvervalste appeltaart van Oma Matilda!

Links:

Beelden van een vrijetijdskunstenaar - Het Parool

Anonieme beelden - Buitenbeeldinbeeld.nl

De Violist - Buitenbeeldinbeeld.nl

Is het zagertje verdwenen? - Het Parool

Bij de foto's:

  • <Weet u hoe dit beeld heet en waar het staat?
    Laat het ons weten via deze link

  • Anonieme Kunstenaars

  • de Stoperaviolist

  • een paar Artisiaanse beelden

  • Hondenbeelden in Artis bij het vroegere pontje over de Nieuwe Prinsengracht

     

Oplossing vorige keer:
De hond heet Pontus.

Pontus is naar de pont genoemd of wellicht naar de zee (Griekse mythologie).
Het beeld werd gemaakt door Tom Claassen die het hondenhokachtige gebouwtje op de Ruijterkade wel een waakhond toewenste.

 

 

 

Vergeet niet de vraag voor deze week te beantwoorden. U vindt de vraag en de link onder "Bij de foto's"

een vondst...

Dick van der Kroon tikte een onbekende prentbriefkaart op de kop van Pieter Oosterhuis (links; zelfportret in Daguerreotypie; SAA). Dit is één van de oudste foto's van de Warmoesgracht uit een serie waar we wel enkele voorbeelden van in de Beeldbank kunnen aantreffen maar niet deze. De oudst bekende gedateerde foto is van Benjamin Brecknell Turner uit 1857 uit dezelfde gezichtshoek. Oosterhuis begon echter in 1856 al in Amsterdam te fotograferen met o.a. een hele serie Warmoesgracht in 1875.
Oosterhuis keek over de Herengracht in de lengterichting van de Warmoesgracht naar de achterzijde van het Paleis op de Dam. Op deze foto staan de huizen aan het Singel ter weerszijden van de Huiszittensteeg er nog. Ook het kolossale pand van de Vereeniging van den Koffiehandel, nu Raadhuisstraat 15, ontbreekt nog. Die kant van de gracht ontbreekt op Turners foto en ook hier is die niet overduidelijk maar zeker staat het vijf verdiepingen hoge gebouw van de koffiehandel er nog niet. Hiervoor werden in 1890 de vier panden Warmoesgracht 7-13 gesloopt. In dit rijtje was een gang naar een groot binnenhof dat ook nog een uitgang op de Herengracht had tussen de nrs. 221 en 223. In 1890 begon ook het dempen van de Warmoesgracht.

Prentbriefkaart: collectie DvdK

Deze week honderd jaar geleden

Zaterdag 20 december 1919 - Heropening van het Paviljoen in het Vondelpark. Alhoewel het eerst de bedoeling was het gebouw uit te breiden heeft de verbouwing zich hoofdzakelijk beperkt tot renovatie van het nog geen 40 jaar oude interieur. De nieuwe uitbater J.Zomerdijk-Bussink heeft het volgens de nieuwste mode laten re-stylen. De verbouwing werd ontworpen door F. Jantzen die verbonden is aan het bureau van Jan Baanders. Uitgevoerd werd de verbouwing door aannemer Lesage.
Aan de buitenzijde is de grootste verandering het verdwijnen van de middelste trap naar het terras, waardoor dit laatste aanmerkelijk vergroot werd.

Waar de trap stond is nu de ingang gekomen en die benedenverdieping heeft een 'American Bar' gekregen met een eigen ingang vanuit de Vondelstraat. Op die benedenverdieping zijn kleedkamers, toiletten en zelfs een badkamer. Binnen is het restaurant dat Zomerdijk-Bussink aan de Herengracht runde, helemaal geïntegreerd in het Paviljoen. Men kan er nu a-la-carte eten maar om 5 uur ook op de high-tea komen. Het etablissement heeft nu een huisorkest. De dagelijkse leiding is in handen van directeur De Graaff. Op de reclamekaart hierboven nog de oude toestand van 1881 en links een prentbriefkaart van de verbouwde toestand.
Foto's: Stadsarchief Amsterdam

Oude afleveringen

Hieronder weer een keuzemenu naar oude afleveringen van het jaar 2019. De keuze 2014 t/m 2018 leidt naar de laatste aflevering van het betreffende jaar, met onderaan een eigen menu voor dat jaar.

2014 2015 2016 2017 2018 wk01 wk02 wk03 wk04 wk05 wk06 wk07
wk08 wk09 wk10 wk11 wk12 wk13 wk14 wk15 wk16 wk17 wk18 wk19
wk20 wk21 wk22 wk23 wk24 wk25 wk26 wk27 wk28 wk29 wk30 wk31
wk32 wk33 wk34 wk35 wk36 wk37 wk38 wk39 wk40 wk41 wk42 wk43
wk44 wk45 wk46 wk47 wk48 wk49 wk50 wk51 wk52 Oudjr    
 

Aanmelden voor deze digitale uitgave    -    Afmelden voor deze digitale uitgave