weekblad-logo

week 31-2022

Idee van Pieter Klein:
wanneer u gebruik maakt van Outlook of een andere app met een agenda, kunt u zich elke zaterdagmorgen een seintje laten geven, alsof u een afspraak heeft met: www.theobakker.net/quiz/

Fotoquiz eerste

De snelste met het goede antwoord op de foto van vorige week was Anthony Kolder. De nieuwe opgave komt dan ook van hem. De vraag is:

Wat wordt hier gebouwd?

Oplossingen via deze link

Foto: Stadsarchief Amsterdam

Oplossing vorige week

 
We staan hier op een van de oudste plekjes van Amsterdam. Toen de kades langs de Amstel volledig bebouwd waren ging men er toe over dwars daarop paden landinwaarts te maken om daaraan nieuwe huizen te bouwen. Dit is een van de eerste paden die toen aangelegd werden, de huidige Pieter Jacobszstraat. De stad had de grond met veenplaggen enigszins opgehoogd maar de aanwonenden moesten de rest zelf verzorgen. Dat werd een ratjetoe van huisvuil en ander afval dat bleef inklinken. Opgravingen in de 20ste eeuw hebben dat aangetoond en... deze verzakking van het fundament onder het huisnummer 10 toonde het evenzo aan. Een flink deel van de buitenmuur stortte op 26 november 1912 in en dankzij een niet al te knullige tussenmuur bleef het huis overeind. Het wreekte zich natuurlijk ook dat de Amsterdammers hun niet al te grondig gefundeerde stulpjes regelmatig met een verdieping verhoogden om die te kunnen verhuren.
Het is dus best mogelijk dat onder de opgeknapte schil van een huis dat vandaag een miljoen doet, zoiets verborgen zit.

Foto: Stadsarchief Amsterdam

Goede oplossingen kwamen van Anthony Kolder, Anneke Huijser, Mike Man, Ria Scharn,

Fotoquiz: Jan's keuze

 


De keuzefoto betreft deze week een locatie buiten de Singelgracht.

Als u de foto in de Beeldbank weet te vinden bent u er nog niet. Wij willen een adres en daarvoor zijn genoeg aanknopingspunten in de foto. De vraag is:

Wat is het adres van dit badhuis?

Laat het ons weten via deze link

 

Foto: Stadsarchief Amsterdam

Oplossing: Jos' keuze

 
Een recente quizfoto van de Weteringschans, waar net dit huisje niet meer opstond, bracht Jos ertoe daar een nieuwe vraag van te maken. We moesten natuurlijk wel een paar weken wachten want dit Commiezenhuisje bij de Weteringbarrière was toen al genoemd in de oplossing.
Formeel begint hier het Eerste Weteringplantsoen, dus alle oplossingen in die zin zijn goed gerekend, zolang het Commiezenhuisje maar genoemd werd.

Foto: Stadsarchief Amsterdam

Goede oplossingen kwamen van Kees Huyser, Arjen Lobach, Anthony Kolder, Anneke Huijser, Maaike de Graaf, Adrie de Koning, Erik Klein Wolterink, Kees Boas, Michael van der Valk, Mike Man, André de Raaij, Han Mannaert, Otto Meyer, Herman Schim van der Loeff, Ria Scharn, Hans van Efferen, Kees Valentijn, Aschwin Merks, Kees Rijpkema,

Heeft u ook een opvallende foto gevonden?

Laat ons meegenieten en stuur hem naar de redactie. Het onderwerp kan zich zowel binnen als buiten de Singelgracht bevinden. Wij verwachten wel een niet alledaags beeld dat ook niet-buurtbewoners toch wel eens op het netvlies kregen. Graag via deze link en alléén via deze link a.u.b. Blijf sturen!

Fotoquiz Wat? Waar?

De bakker moet gestut worden. Wat voor een puinhoop is dit nou weer?

Waar is dit?
Waarom die stutten?

Laat het ons weten via deze link

Foto: Stadsarchief Amsterdam

Oplossing vorige week

 
Het dubbelpakhuis op de Korte Prinsengracht nrs.14-16 werd in 1656 gebouwd door Philips van der Ley, die ook al een woonhuis De Gouden Wagen op de Martelaarsgracht bezat. Het pakhuis kreeg de nogal prozaïsche naam Pachuys van de Gouwe Wagen. Die tekst staat ook op de gevelsteen in het pakhuis.

Foto boven: Stadsarchief Amsterdam
Foto gevelsteen: VVAG

Goede oplossingen kwamen van Arjen Lobach, Kees Huyser, Anthony Kolder, Anneke Huijser, Jos Mol, Adrie de Koning, Han Mannaert, Mike Man, Otto Meyer, Herman Schim van der Loeff, Ria Scharn, Hans Olthof, Hans van Efferen, Kees Valentijn, Aschwin Merks,

Met de camera op pad...

Ook deze foto zult u niet in de Beeldbank vinden. Pieter zwierf weer eens door de stad. De vraag is:

Welk adres heeft dit pand?

Laat het ons weten via deze link

Foto: © Pieter Klein

Foto van vorige week

 
"Alweer een gevelsteen", dacht u wellicht. Maar dit is een vorige eeuw gestoken houten bord en geen steen. Dit pandje hoorde medio 20ste eeuw (toen dit bord geplaatst werd) aan de brandweer met op nr. 12 de stalling van de brandweerwagens en in dit huis op nr.8 de slaapplek voor de brandweerlieden. Hebben we nog steeds niet verteld waar dit is: Bergstraat 8.

Foto: © Pieter Klein

Goede oplossingen kwamen van Arjen Lobach, Anneke Huijser, Kees Huyser, Gerard Koppers, Anthony Kolder, Jos Mol, Ger Lange, Adrie de Koning, Han Mannaert, Mike Man, Otto Meyer, Herman Schim van der Loeff, Ria Scharn, Hans Olthof, Hans van Efferen, Aschwin Merks, Kees Valentijn,

Hulp gevraagd...

Als beschrijving staat bij deze foto dat een politieagent een praatje maakt met een vrouw die een mat uitklopt. Nou, ik kan u verzekeren dat mevrouw een uitbrander krijgt omdat het op bepaalde uren verboden was om matten en kleden te kloppen. De agent heeft zijn opschrijfboekje al in de hand en hij ziet er naar uit dat hij niet te beroerd is om een bekeuring uit te schrijven. De achtergrond van dit burgertje-pesten was de achteruithollende luchtkwaliteit in de stad en dan pak je de kleine man en niet het toenemend aantal auto's en vooral vrachtauto's. Het kloppen van matten en kleden werd beperkt tot een uur per dag vóór 10 uur 's morgens, maar dan moet je wel een horloge hebben en dat heeft deze mevrouw niet.
Maar, eh... waar staan deze mensen?

Weet u waar dit is?

U kunt de foto weer klikken voor de maximale resolutie.

Laat het ons weten via deze link

Foto: Stadsarchief Amsterdam

Hulp gevraagd... en gekregen

 

Waarom lopen de beide dames in klederdracht en de heer het bolhoed uitgerekend daar en niet op het trottoir? Simpel..., alle drie willen ze goed zien wat er uitgestald ligt op de rommelmarkt op het Waterlooplein. Op de foto staan de huizen Waterlooplein 1-7. Op onderstaande foto kijken we de andere kant op en zien waar de tramrails voor dienen.

Vergelijk ook nog even met de foto van Jacob Olie hieronder.

Alle foto's: Stadsarchief Amsterdam

Hulp kwam van Anneke Huijser, Paul Graalman,

en dan nog even over...

 

...de kortste straat of steeg. Als een van weinige Amsterdammers weet Carol de Vries nog waar de Panaalsteeg is. Of was? Deze voormalige steeg achter de eerste huizen aan de Prins Hendrikkade voldoet aan geen enkele voorwaarde die we vorige week stelden. Een steeg loopt niet dood (deed de Panaalsteeg altijd al) en heeft een blauw straatnaambord (kunnen we niet vaststellen). Toch staat de steeg op de geo-kaart en officiële stadsplattegrond vermeld. Het laatste rudiment ervan fungeert als binnenplaatsje van P.H.kade 2 en is 8 meter lang, iets meer dan de breedte van het vermelde huis. Vandaag zijn de verdere restanten van de voormalige steeg volgebouwd. Op de tekening van Wenckebach hiernaast geeft de pijl de ingang van de steeg aan.
Wij vinden de vondst van Carol geweldig, maar geloven niet dat die een kans maakt bij Maarten Moll. Ik kan het hem niet vragen want ken geen emailadres...

Afb: Stadsarchief Amsterdam

redactioneel

Blikman & Sartorius

 
De historie van dit op en top Amsterdamse bedrijf gaat terug naar 1749, toen Hendrik Willem Dronsberg zich als boekverkoper liet inschrijven bij het boekverkopersgilde. Hij werd toen mede-eigenaar van een bestaande boekhandel Weijers van een weduwe Stuurman waar Dronsberg in dat jaar mee huwde. Een weduwe was toen wel gerechtigd de zaak van de overleden echtgenoot voort te zetten maar vaak koos zij voor een goed ingevoerde kracht die het vaktechnische deel voor zijn rekening nam en niet zelden huwde zij die plaatsvervanger ook. Zij had de zaak in 1745, toen haar man overleed, van de Beurssluis laten verhuizen naar de Beurssteeg. Dat was zeker geen afgang; de Beurssteeg was het walhalla van de boekverkopers geworden en de panden waren zeker niet goedkoper dan op de sluis. Ondanks dat op het nieuwe adres een bestaande zaak voortgezet werd, een zaak die mogelijk al vanaf eind 17de eeuw actief was, neemt men 1749, het jaar dat Dronsberg er kwam werken, als startdatum van de firma Blikman. Dronsberg wijzigde het assortiment van de winkel door meer op papierwaren, gezegeld papier, plakzegels, kantoorboeken, formulieren, inkt en pennen over te schakelen. Hij was blijkbaar goed ingevoerd op de beurs waar hij de handelaren voorzag van de artikelen die zij nodig hadden. Indien nodig werd dat papier ook bedrukt, waarvoor de firma weer contact had met drukkerijen, meestal in de Jordaan of andere goedkope locatie.
Van de winkel in de Beurssteeg is helaas geen afbeelding bekend, wel van het pand dat de firma jaren later betrok, met uitzicht op de Dam: Vijgendam 4, oud nummer E205, schuin tegenover het Commandantshuis.

 
In 1808 nam Hendrik Blikman de zaak over en begon even later een vennootschap met J.C. Sartorius als compagnon. De werkzaamheden bleven precies dezelfde; gebruiksdrukwerk voor winkels en bedrijven, nooit literair werk.
Blikman had een invloedrijk netwerk achter de hand en de zaak floreerde. Daarbij wordt veelvuldig de naam van de familie De Flines genoemd. Vanaf 1797 volgde de firma de onroerendgoed-veilingen in de hoop de veilingbiljetten te mogen drukken. Vanaf 1813, na de Franse overheersing, gaf Blikman de Algemene Amsterdamsche Stadsprijscourant van koopmanschappen uit, een soort beurskrant. De firma gaf ook specialistische stadskaarten uit, bijvoorbeeld met alle vijf omnibuslijnen.
In 1866 zette men de stap naar een eigen productie van kantoorboeken, beginnende met een lijnerij en binderij, maar al in 1872 stond er een complete stoomdrukkerij in de Nes.
Rond 1875 kreeg de firma aanzegging dat het pand moest verdwijnen voor verbreding van de Beurssteeg tot Beursstraat. Het betrof de panden Vijgendam 2 en 4 en dat laatste was van Blikman & Sartorius. De vergoeding was royaal, mogelijk door de goede contacten in de upperten van Amsterdam. Met de tekening hiernaast kondigde de firma de aanstaande verhuizing aan.

 
In de tweede helft van de 19de eeuw nam de omzet door het opleven van de economie sterk toe. Blikman & Sartorius volgde met de productie van wat het bedrijfsleven nog meer nodig had. Na eerst alleen wederverkopers bevoorraad te hebben, zette de firma een eigen verkoopapparaat op. Een aantal vertegenwoordigers reisde het land af om in de provinciehoofdsteden kantoorboekhandels te bezoeken om die met het assortiment van de firma bekend te maken. Er werd ook geëxporteerd, met name naar Nederlands-Indië en Zuid-Afrika.
Blikman & Sartorius wilde - na de aanzegging om te verhuizen - in de buurt blijven en liet het oog vallen op twee percelen aan het Rokin, de nummers 17-19, niet toevallig met de rug naar de drukkerij in de Nes gekeerd. Architect Gerlof Salm kreeg in 1875 de opdracht een nieuw kantoorgebouw met winkel te ontwerpen; de nieuwbouw werd in 1876 opgeleverd. Tegen het eind van de eeuw had de firma het blok Nes 28-32, Nadorststeeg 1-2 en Rokin 17-21 in bezit. Men besloot dit blok te herbouwen tot één groot bedrijfsgebouw. In 1891 werd Salm opnieuw uitgenodigd dit op papier te zetten. Hij liet Rokin 21 afbreken en kopieerde de linker helft van het bestaande gebouw om dat op de vrijgekomen ruimte te doubleren.

 
De ontwikkelingen stonden niet stil. De schrijfmachine bestormde de kantoren en B&S sprongen in deze nieuwe handel. Ook de verkoop van kantoormeubelen werd een item. Een deel van het personeel waaierde noodgedwongen uit over panden in de buurt, tot in de Warmoesstraat aan toe. Het werd verstandig geacht de onderneming te splitsen in een verkooporganisatie en een productieafdeling. In 1912 werd de knoop doorgehakt en verhuisde de productieafdeling naar een nieuw pand in Sloterdijk.

Het complex aan Rokin en Nes werd gerenoveerd en opnieuw ingericht en fungeerde nu sec als verkoopruimte en hoofdkantoor. Er verschenen in diverse steden toonzalen: Arnhem, Den Haag, Leeuwarden, Haarlem, Antwerpen en in 1922 een hypermoderne toonzaal met o.a. Gispen-meubelen in Rotterdam. Die ging tijdens het bombardement verloren, maar in 1950 opende een nieuwe aan de Westersingel.

In 1970 werd Blikman & Sartorius opgekocht door Internatio-Muller, een industrieconglomeraat en speeltje van het groot-kapitaal. "Speeltje" is niet ver bezijden de waarheid, want B&S werd echt een speelbal die heen-en-weer geslingerd werd. Als eerste moest men het Rokin verlaten en in Zuid-Oost een pand op bedrijventerrein Amstel III betrekken. Een onderdeel van het bedrijf werd losgeweekt en verhuisde naar Gouda. Men mocht nog wel onder eigen naam blijven werken maar het werkveld werd door I-M bepaald en gewijzigd in "een agentschap voor de grafische industrie". Alle toonzalen werden opgedoekt en B&S wijzigde in een groothandel in kantoormachines, met uitsluiting van computers. In 1999 werd B&S met enkele andere divisies weer verkocht omdat I-M geld nodig had voor een avontuur in de olie (BP). Daardoor bleef ze het drama bespaard dat Imtech, in 2001 de nieuwe naam van Internatio-Muller, werd na een omkoopschandaal dat in 2015 zelfs tot het faillissement leidde. B&S werd eigendom van Man-Roland Sheetfed GmbH. In 2007 viel het doek voor de firma en tien jaar later haalde een handjevol personeelsleden tijdens een reünie nog wat herinneringen op aan dit eens zo bloeiende bedrijf.

De afbeeldingen bij dit artikel komen uit de Beeldbank van het Stadsarchief Amsterdam, tenzij anders vermeld

Column: Illustere hapjes...

... ofwel Mokumse smulpaperij

Bij ‘Broodje van Dobben’ kwam ik Poncke weer eens tegen, Poncke, Poncke Schipper, een ouwe kennis van me waarmee ik een tijd in de haven heb gewerkt. We namen allebei een broodje-Dobbenkroket en haalden herinneringen op uit die goeie ouwe tijd. Poncke was blij dat ik blij was met Good Old Mokum. Hij was zelf ook een rasechte Mokumer met Jordanese wortelen en kon ongevraagd en smakelijk allerlei wel of niet aangedikte hoofdstedelijke anekdotes in het gezelschap werpen. En daar hij wel van een zwaar biertje en een hamburger hield, ging het deze keer al snel over Mokumse hapjes en lekkernijen. Poncke: ‘Broodje van Dobben (U weet wel: Korte Reguliersdwarsstraat 5-7-9), ja…, da’s geniete! Ik ben verslaafd aan die krokette, Gijs! Nu ja, hier vlakbij zit Kwekkeboom, kejjedie?! Nou, dié krokette en bitterballe moge d’r óók weze! Ze hebbe het allebei zovér geschopt dat je ze nu in elke zichzelf respecterende supermarkt kan aanschaffe! Weet je nog dat we na ons werk ’s avonds door de Mokumse straten zwalkte, Gijssie, soms tot diep in de nacht? Ja toen…ja ja toen….toen had je nog avondwinkels en nachtsnackwinkels. Ginge we om drie ’s nachts nog een snackie hale bij Siekman in de Jan Eef.’ Ik: ‘Ja, of zo’n dikbesmeerde americainbol bij ‘Broodje van Kootje’ scoren op het Leidseplein.’ Poncke: ’Ja tof, man, met zo’n lel van een spatel flikkerde Kootje dan een laag americain op je broodje en daarna een lik mayo erbij, dat scheelde weer geld!’ Ik: ‘Ja ja, dat deed die ijsverkoper Raffie Montezinos op het Waterlooplein ook, ijs mengen met wat goedkoper ijs of wat budgetslagroom en dan klets, op een oubliehoorntje of op een wafel.’ Poncke: ’Ja, en dan zee die: dat is dan wan guilder en tege de toeriste, ja… dat is dan wan riksdeeldur, Sir! Wat ‘n aggenebbisj! Die gewone Jamin-ijsjes waren ook wel spannend. Met twee van die wafeltjes erbij voor het vasthouden (niet voor consumptie, ha ha).’ Poncke: ’Nou het lekkerste ijs was natuurlijk van vanderLinde op de Nieuwedijk bij de Cineac! Die mengde banketbakkersslagroom door ze ijs.

Ze kwame uit heel Nederland om daar ijs te hale. Je most muntjes neerlegge, dat hadde ze ’t liefst; bij n vijffie zeeë ze: Ach meneer, heppu ’t niet kleiner? Dan kreeg je ‘n rood of groen plestikkie en dan kon je aan het eind van het pijpelaatje je ijssie of een croquetje late make…, en dan weer terug, met je hande, net als Fred Kaps, vol met lekkende hoorntjes en vulkaanhete croquette, tégen de meute in, door alle smalheid van het pijpelaatje en de overige obstipatie vanwege de smachtende en groeiende rij klanten, maar…, toch liép ‘t allemaal! Ha.’ Zo haalden Poncke en ik duizend en een herinneringen op en debatteerden we voor de zoveelste keer over de beste Mokumse bal gehakt en de op een na beste. ‘Dinsdag is me moeder jarig. Dan gaan ik met een kiek van haar naar me lievelingsrestaurant ‘Moeders’ aan de Rozengracht 251, kejjedat?. Dan hange ze die kiek aan de wand of aan ‘t plafond bij de andere vijfhonderd en krijge we ‘n gratis bittergarnituurtje en ik neem als echte ouwerwetse havenwerker ‘n origineel bord Hollandsche ‘hotchpoch’ met bal en worst! En een Belgisch biertje voor bij me borreltje, ha. Hee Gijssie, zulle we vrijdag weer es ouwerwets gaan kroegstappe, ’t is al zo lang geleeë!?’ ‘Ik ben je man, maar dan graag vollegende week Poncke, want aanstaande vrijdag zijn mijn vrouw en ik eenenvijftig jaar getrouwd en dan ga ik d’r verrassen met een high tea op perron 2b!’ ‘Perron2b?’ ‘Ja op het CS zit op perron 2b een heerlijk ouwerwets restaurant, genaamd ‘Grand Café Restaurant Eerste Klas’ met allemaal schitterende reviews over de maaltijden en de gezellige service aldaar.’ ‘O ja, dat klinkt toch bekend, ik heb er geloof ik ook wel ‘s gezete, ze hebbe daar ook ‘n kaketoe dacht ik. Okee Gijssie, veel plezier dan die vrijdag en dan spreke we over een wekie wel af; groete aan je vrouw!’


Het is weer zomer, dus ijsjesweer!! En waar ga je dan naar toe... juist naar Banketbakkerij Van der Linde. Ze hebben hier het lekkerste slagroomijs van Amsterdam. Dit familiebedrijf werd opgericht in 1937 en is nog altijd gevestigd aan de Nieuwendijk. Naast slagroomijs verkopen ze ook slagroomtruffels, mergpijpjes, gebakjes en taarten. Er staat meestal een rij voor de deur maar laat je niet afschrikken want het gaat razendsnel en voordat je het weet sta jij met een lekker ijsje buiten!

 
Een stukje geschiedenis:
Broodje van Kootje was een keten van Nederlandse broodjeszaken in Amsterdam. J.W. (Ko) Kulderij begon in 1937 een eetsalon met de naam “Populair” op het Leidseplein 20, een voornaam uitgaansgebied van Amsterdam. Al snel sprak de volksmond van “even een broodje bij Kootje halen” en kort na de Tweede Wereldoorlog werd de naam ook officieel “Broodje van Kootje”. Kulderij ging in de beginjaren nog met een houten bak langs cafés om broodjes te verkopen. Broodje van Kootje werd een begrip in Amsterdam en er werden diverse filialen opgericht in de binnenstad. Specialiteiten waren onder meer het broodje halfom en het broodje bal. Nadat de oprichter in 1980 op 82-jarige leeftijd was overleden, bleef Broodje van Kootje doorgaan, maar kon het steeds moeilijker bolwerken tegen de concurrentie van supermarkten en fastfoodketens. In 2006 sloot de laatste vestiging, die aan het Spui, haar deuren. Twee jaar daarvoor was de oorspronkelijke locatie op het Leidseplein al opgedoekt.
Bron: Wikipedia

Sandwichshop Sal Meijer is sinds 1957 een begrip in Amsterdam. De koosjere broodjes ossenworst, half om en de viskoekjes, maar ook de sfeer van broodjeszaak Sal Meijer zijn beroemd. Op de foto links de winkel van Sal Meijer in 1964, moederziel alleen in de Jodenbreestraat, kort voor de afbraak en de verhuizing naar de Nieuwmarkt. Bekijk ook de YouTube-film van Ed van der Elsken over Sal Meijer.

 

Het is gedaan met de autonomie van de Nederlandse krokettenspecialisten. Begin 2016 kwam Mora-producent Van Geloven in handen van de Canadese frietgigant McCain. Niet veel later volgden de kroketten van Kwekkeboom en Van Dobben. Dit ging gepaard met verhuizingen van productiecapaciteit en sluiting van fabrieken. Delen van Kwekkeboom (ovensnacks) bleven buiten de deal omdat Mora die producten al in het assortiment had.

Foto: ANP

Foto's boven: Poncke's lievelingsrestaurant Moeders Rozengracht 251

 
Nagekomen berichten:
Poncke en ik namen vroeger bij een hongergevoel of bij een lekkeretrekgevoel vaak een heerlijke sappige HEMA-worst op de Nieuwendijk, in de Kalverstraat of in de Reguliersbree. Soms in de zomer tevens een ijsje bij Ciprian in de Kalverstraat, ’s winters zat daar de Boekenwurm van meneer Pfann, en was er dus geen ijs. In de Reguliersbree had je dat ook. Gamba met ijs en des winters zat er een bontzaak. Met mijn vrouw ging ik vaak koffie drinken in het restaurant van de Bijenkorf, op de bovenste verdieping. Dan hadden we als het even kon een tafel aan het raam en konden we het Damrak en de Dam bestuderen. Naast de koffie stond altijd die heerlijke slagroomtompouce. Leek veel op de gebakjes van Holtkamp. Heerlijk! Soms pakten we ter afwisseling een koffietje in het restaurant van de V&D en konden dan uitkijken over het Rokin en de Munt. Later zaten we in de Kalvertoren met weer hele andere uitkijkpunten. Laatstleden vierden we onze 51-jarige bruiloft met een High Tea voor twee op perron 2B van het CS. Bij Grand Café Restaurant Eerste Klasse. Smullen! Prima eten en prima service.

Foto's onder: Patatkraam van Montezinos op het Waterlooplein en een broodje rookworst van de HEMA

...en dan heb je iets te vieren en ga je naar het Grand Café Restaurant Eerste Klasse... en dan heb je dit uitzicht... en dan geniet je van een 'high tea' en krijgt gezelschap van deze vaste gast...

 

 


Nieuwe raadplaat voor week 31

Waar vinden we deze fraaie regenpijp?

Laat ons uw antwoord op deze vraag weten via deze link

 

Foto: hoort u volgende week

 
Oplossing raadplaat van week 29

Frontonvulling met twee smeden bij een aambeeld, te vinden aan Warmoesstraat 47.
Het pand op de hoek van de Warmoesstraat met de Heintje Hoekssteeg heette oorspronkelijk ‘De Draeck’. In 1591 wordt als huisnaam ‘De Groene Draeck’ vermeld. Lees verder...

Foto: VVAG

Goede oplossingen ontving ik van: KEES HUYSER, JOS MOL, HAN MANNAERT, OTTO MEYER, HANS VAN EFFEREN, HANS OLTHOF, MIKE MAN, ASCHWIN MERKS,

Hans Olthof mailt: Beste Gijsbreght, de gevelsteen zit in het zijgevel van het pand Warmoesstraat 47, maar bevindt zich in de Heintje Hoeksteeg. De steen heeft jarenlang in de kelder van de winkel van Altenpohl gelegen, een groothandel in loodgietersbenodigdheden. Later heeft het een flinke tijd in de etalage van de bloemenwinkel van Jemi gestaan. Gelukkig is de steen nu weer geplaatst in de zijgevel. Hartelijke groeten, Hans Olthof.

YouTube: Op zoek naar je familiegeschiedenis

Deze week honderd jaar geleden

 
Zondag 30 juli 1922 - Johann Strauss geeft met zijn eigen orkest een concert in de grote zaal van het Concertgebouw. Het programma heeft als titel meegekregen "Die Wiener Meister Operette". Deze Johann Strauss (1827-1939) was een zoon van Eduard Strauss, een broer van Johann Strauss Jr. Net als zijn vader was deze Johann het familiebedrijf binnengezogen als dirigent van een der drie orkesten die men exploiteerde. Behalve werken van zijn oom en grootvader speelde het orkest werken van Souppé en Millöcker. De zaal was onderbezet. Na Amsterdam ging het orkest nog naar Rotterdam en Den Haag.

Tekening: Theodore Zasche; bron: Hist.Museum Wien

 
Woensdag 2 augustus 1922 - De politie moet ingrijpen aan boord van een stoomschip waar een groepje van 12 Chinezen het aan de stok krijgt met 30 Bengalezen. De Chinezen worden akelig toegetakeld maar de politie kan aansluitend geen enkel wapen vinden. Vorige week was er ook al een vechtpartij tussen bewapende Chinezen in de stad waarbij een dode viel. Later zal dit het begin van de Tongo-oorlog genoemd worden. De politie krijgt maar geen vat op deze bevolkingsgroep. Op maandag 7 augustus zal ze een paar 'boarding houses' (foto) ontruimen waar Chinese zeelieden verblijven. Lees in Ons Amsterdam onder het kopje Tongo-oorlog over deze onlusten in 1922.

Foto: Spaarnestad

Oude afleveringen

Hieronder weer een keuzemenu naar oude afleveringen van het jaar 2022. De keuze 2014 t/m 2021 leidt naar de laatste aflevering van het betreffende jaar, met onderaan een eigen menu voor dat jaar.

2014 2015 2016 2017 2018 2019 2020 2021 wk01 wk02 wk03 wk04
wk05 wk06 wk07 wk08 wk09 wk10 wk11 wk12 wk13 wk14 wk15 wk16
wk17 wk18 wk19 wk20 wk21 wk22 wk23 wk24 wk25 wk26 wk27 wk28
wk29 wk30 wk31 wk32 wk33 wk34 wk35 wk36 wk37 wk38 wk39 wk40
 

Aanmelden voor deze (gratis) digitale uitgave    -    Afmelden voor deze digitale uitgave