weekblad-logo

week 12-2022

 

Na een initiatief van een aantal deelnemers aan deze wekelijkse digitale krant werd ik afgelopen maandag naar de Vondelkerk gelokt. De bedoeling bleek na een lezing van het Gilde van Amsterdam over het jeneverstoken in Weesp. In de nazit nam na enige inleiding Sebastiaan Capel het woord en toen pas drong zich de ware aard van deze nazit aan uw webmaster op. De heer Capel is namelijk de voorzitter van het dagelijks bestuur van stadsdeel Zuid, waar de Vondelkerk nou eenmaal in staat en hij stond hier namens B&W.
Hij vertelde dat B&W hadden besloten mij de Amsterdamspeld toe te kennen voor de massa informatie die ik over u uitstortte en nog wekelijks publiceer in deze krant. Hij vertelde ook nog dat de aanvraag gedaan was door deelnemers aan de wekelijkse quiz en dat was nog het mooiste aan het gebeuren... uw waardering! Wat ik daarvan vindt, leest u van die glunderende kop van mij af.

 

Foto: Eric Rietman Fotografie

Verder wil ik iedereen die me feliciteerde en soms een cadeautje of bloemen meebracht nog eens hartelijk daarvoor danken. Vooral de bloemen voor mijn echtgenote waren op z'n plaats want zij zit per slot van rekening een paar dagen per week naar mijn rug te staren. Hoe terecht is het spreekwoord: "achter elke ... man staat een ... vrouw die ...". Vul zelf maar in.

Fotoquiz eerste

 

Deze mistige opgave is moeilijk, toegegeven. We plaatsen hem toch om in de top-10 van de competitie wat differentiatie aan te brengen.
U hoeft zich geen zorgen te maken over de moeilijkheidsgraad van deze quiz. Dit blijft een uitzondering.

Toch is dit op te lossen! Houdt u zich vast aan het lijnnummer en het model van de tram. Dan is de route te bepalen en hoeft u daarin alleen te zoeken naar dit soort flauwe bochten. In de bebouwing links achter de tram zijn voldoende kenmerken te vinden dat u zelfs kunt uitvinden waar precies dit is en welke kant de tram opreed.

U boft wanneer u beschikt over fotobewerkingsprogramma als Photoshop o.i.d. De foto is op volle resolutie geplaatst en u kunt hem downloaden om het contrast bijvoorbeeld te verhogen.

De foto zult u NIET in de Beeldbank vinden. Hij komt uit een privécollectie.

De vraag is:

Waar rijdt deze tram? straat/weg/kade is genoeg

Oplossingen via deze link

Foto: collectie Olaf Horn

Oplossing vorige week

 

 

Dit zijn geen huizen die in de grachtengordel thuishoren. Een andere gracht dus, maar wel breed. Toch een hoge wallenkant dus geen achterafje.
We kijken hier over de Geldersekade naar het begin van de huizenrij vanaf de Schreierstoren, die zelf net buiten beeld blijft.

Foto: Stadsarchief Amsterdam

Goede oplossingen kwamen van Anthony Kolder, Arjen Lobach, Ria Scharn, Ilse Siebesma, Jos Mol, Anneke Huijser, Dirk Fuite, Mike Man, Adrie de Koning, Harry Snijder, Herman Schim van der Loeff, Hans Olthof, Marike Muller, Aschwin Merks, Hans van Efferen,

Fotoquiz: webmaster's keuze

De keuzefoto betreft deze week een locatie binnen de Singelgracht.

Bewoonbaar gemaakte pakhuizen aan een smal water.

Waar is dit?
Hoe heet het stukje water tot de dwarsgracht in de verte?

Laat het ons weten via deze link

Foto: Theo Bakker (en dat betekent automatisch: publiek domein)

Oplossing: webmaster's keuze

 

In de eerste plaats... sorry voor het laten staan van de begeleidende tekst van de week er vóór. Dat heeft menigeen op het verkeerde been gezet. Deze sluis is niet blijven bestaan maar verdween niet lang na de annexatie van nog een deel van Nieuwer-Amstel in 1922. Daardoor kon deze sluis aan het eind van de Boerenwetering verplaatst worden naar de nieuwe rand van de stad, bij de Wielingenstraat, in de vorm van een overhaal. De sluis die het waterpeil van Boerenwetering en Singelgracht overbrugde werd opgenomen. Voortaan mondde de wetering als 'gewone' stadsgracht direct uit in die Singelgracht. Dat betekende ook het einde van de overhaal op het Mennonietenpad. U leest daar alles over in de PDF over de Boerenwetering. Klik hier...

Onderstaande foto is vanaf de Boerenwetering genomen.

Foto's: Stadsarchief Amsterdam

Goede oplossingen kwamen van Anneke Huijser, Adrie de Koning, Harald Advokaat, Jos Mol, Arjen Lobach, Han Mannaert, Marike Muller, Jan Burgers, Mike Man, Harry Snijder, Herman Schim van der Loeff, Ria Scharn, Kees Valentijn, Aschwin Merks, Anthony Kolder, Hans van Efferen, Hans Olthof,

Heeft u ook een opvallende foto gevonden?

Laat ons meegenieten en stuur hem naar de redactie. Het onderwerp kan zich zowel binnen als buiten de Singelgracht bevinden. Wij verwachten wel een niet alledaags beeld dat ook niet-buurtbewoners toch wel eens op het netvlies kregen. Graag via deze link en alléén via deze link a.u.b. Blijf sturen!

Fotoquiz Wat? Waar?

Een smal straatje met aparte en mogelijk herkenbare bebouwing. De vragen zijn:

Welke straat/steeg is dit?
Aan welke straat/weg/kade staan die bomen in de verte?

Laat het ons weten via deze link

Foto: Theo Bakker (pd)

Oplossing vorige week


 

 

 

Voor diegenen die angstig vaststelden dat ik de burgwallen wel erg vaak frequenteer..., wees gerust, quizplaatjes uitzoeken gaat helemaal vanuit de luie leunstoel.

Deze foto maakte Martin Alberts van het pandje
Oudezijds Achterburgwal 117
.
In het fries staat met blinkende messingletters:

"In den Lichtenkooi"

 

Foto: Stadsarchief Amsterdam

Goede oplossingen kwamen van Arjen Lobach, Jos Mol, Adrie de Koning, Anthony Kolder, Anneke Huijser, Ria Scharn, Ria Scharn, Marike Muller, Dirk Fuite, Mike Man, Herman Schim van der Loeff, Harry Snijder, Kees Valentijn, Otto Meyer, Aschwin Merks, Han Mannaert, Hans van Efferen,

Met de camera op pad...

 

Ook uw webmaster mag graag door de stad zwalken. De camera gaat dan natuurlijk mee.
Over het pand in het midden kan ik nog zeggen dat de architect lak had aan het - in die tijd - nieuwe adagium dat een restauratie de huidige toestand dient te behouden (A.A.Kok c.s.). Hij restaureerde dit pand terug naar het gotische woon- en pakhuis dat het ooit was.

 

Onze vragen van deze week:

Waar is dit?

Ik nam deze foto staande op een brug.

Welke brug was dat?

Maak ons blij en vertel ons nog even wie die recalcitrante architect was.

Wie was de architect die de restauratie begeleidde?

Laat het ons weten via deze link

Foto: Theo Bakker (pd)

Foto van vorige week

 

 

Ook met de Oudekerkstoren in nevelen gehuld zag u hierin toch de Oudezijdskolk. Het huis links staat aan de Geldersekade 2.

 

 

Foto: Stadsarchief Amsterdam

Goede oplossingen kwamen van Arjen Lobach, Adrie de Koning, Anthony Kolder, Anneke Huijser, Harald Advokaat, Ria Scharn, Maaike de Graaf, Marike Muller, Han Mannaert, Jos Mol, Dirk Fuite, Mike Man, Harry Snijder, Herman Schim van der Loeff, Hans Olthof, Kees Valentijn, Ron Poelgeest, Otto Meyer, Aschwin Merks, Hans van Efferen,

Hulp gevraagd...

Titel van deze foto... Drie jongens op straat aan het tollen. Verdere beschrijving ontbreekt. Waar is dit?

U kunt de foto weer klikken voor de maximale resolutie.

Laat het ons horen via deze link

Foto: Stadsarchief Amsterdam

Hulp gevraagd... en gekregen

 

Op deze foto werd de Prinsengracht herkend met de panden 293 (ged.) – 309 (ged.) v.l.n.r. Op nr.309 een tamelijk nieuw maar laag pandje (±1850) dat ooit de pastorie van de achterliggende Redemptoristenkerk op de Keizersgracht was. Recenter werd er een grote garagedeur in uitgebroken en dient het onderstuk en de tuin tot garageplek voor woonhuizen en hotel in de buurt. Toch is dit een rijksmonument #4307.
Wij gaven deze informatie door aan de Beeldbank en ze zijn nog steeds blij met uw inspanning.

Lees meer...

Foto: Stadsarchief Amsterdam

De spijker op de kop sloegen Arjen Lobach, Anneke Huijser, Mike Man, Paul Graalman, Fons Baede, Jos Mol, Ria Scharn, Kees Valentijn, Harald Advokaat, Hans van Efferen, Aschwin Merks,

en dan nog even over...

.
...de vermeende Hitlergroet op de fotoreeks van het defilé langs het bordes van de Posthoornkerk in de quiz van vorige week. Dat was veel onschuldiger dan het leek. Fons Baede schrijft: "De groet die de kinderen brengen op de foto van de optocht van de Katholieke Actie was in de jaren dertig de gebruikelijke groet aan de kerkelijke overheid en had niets te maken met de Hitlergroet. Hierbij 2 foto’s (onder) uit het boek van Michel vd Plas “Uit het Rijke Roomsche Leven”. De foto [linksonder] toont de vrouwen van de Graal-beweging die de groet (toen de oud-Romeinse groet genoemd) uitbrengen voor mgr. Aengenent, toenmalig bisschop van Haarlem. De andere foto toont Limburgse jeugd die de kerkelijke overheid groet. Foto’s waarvan we nu licht onpasselijk worden maar toen, althans in katholieke kring, normaal waren".

 

en dan ook nog even over...

...de brand in de Victoria-bioscoop op de Nieuwendijk. Maaike de Graaf diepte wat krantenknipsels op met een verslag van de brand. Bijvoorbeeld een beeldverslag in De Telegraaf van zondag 19 maart 1922. Nevenstaande foto laat de totaal verwoeste zaal zien en komt uit dat verslag, voor de rest klikt u hier.

Krantenfoto: de Telegraaf

De actuele vondst van het gekraakte schip Endurance van Sheckleton op de Zuidpool kon in verband gebracht worden met het Victoria-theater, doordat daar wekenlang met groot succes een documentaire over deze Zuidpool-expeditie vertoond werd.

redactioneel

Scholen en onderwijs in Amsterdam - deel 2: 1795-1880

 

De mannen van de Bataafse Republiek zouden alles eens anders en vooral beter aanpakken, ook het onderwijs. In 1798 werd een Agentschap voor Nationale Opvoeding opgericht met 'burger' Th. van Kooten als Agent/Minister aan het hoofd. In 1799 werd hij al vervangen door de Leidse hoogleraar Van der Palm. Die lanceerde in 1801 de eerste Onderwijswet en die stak niet eens zo slecht in elkaar. Er kwamen opleidingen voor kwekelingen waaruit het tekort aan schoolmeesters voor de Armenscholen aangevuld werd. Zodra het aantal leerlingen boven de 70 kwam moest er een tweede schoolmeester aangesteld worden. De leerlingen moesten verdeeld worden over drie groepen die zoveel mogelijk van elkaar gescheiden dienden te blijven. Als elke groep zijn eigen leraar had, was dat al luxe.

.
De Maatschappij tot Nut van 't Algemeen bleef zich met het onderwijs bemoeien, in de zin dat zij voor alle vakken schoolboeken drukte en uitgaf. De voorkeur ging uit naar werk van Nederlandse pedagogen, liever dan de uit het Duits vertaalde werken die gangbaar waren.

In 1803 werd voor 't eerst schoolvakantie ingelast. Twee weken in de maand augustus. Dat was voor het onderwijzend personeel bedoeld, maar zonder meester voor de klas geen onderwijs dus ook de kinderen hadden dan vrij.

In 1813 was het afgelopen met de Bataafse Republiek en ook het Koninkrijk Holland. In 1814 werd een Grondwet geschreven met aandacht voor het onderwijs. De regering verklaart dat het openbaar onderwijs - ook voor armen - haar een aanhoudende zorg is. Dat bleek uit de vermeerdering van het aantal vakken. In 1815 kwam de schoolplaat in zwang en werden wandkaarten voor aardrijkskunde ingevoerd.

In 1820 werd voorgeschreven dat in het hele land les werd gegeven in de nieuwe maten en gewichten. Het stadsbestuur van Amsterdam leverde in 1828 aan alle scholen een set maten en gewichten, in 1832 aangevuld met een set tinnen vloeistofmaatbekers.

 

In 1820 werden twee zgn. Tussenscholen (Letterscholen) opgericht waarvoor zich direct 1300 kinderen aanmeldden. In 1856 waren er 'al' vijf Tussenscholen; op de kaart links staan de wijken die op één van deze scholen aangewezen waren. Bijvoorbeeld alles oostelijk van de Oudezijds Voorburgwal, de Jodenbuurt, Plantage en Oostelijke Eilanden ging naar school B.
Tussenscholen vroegen een kleine bijdrage in de vorm van 'schoolgeld' (ƒ0,70 p/mnd). Armenscholen waren en bleven geheel gratis. Dat betekende wel dat ze qua gebouw en onderwijzend personeel altijd achteraan hinkten. Tekort aan schoolmeesters en kwekelingen, tekort aan lesmateriaal, noem maar op.

 

Jan Pieter Heije wist het gymnastiekonderwijs ingevoerd te krijgen. De Gemeenteraad nam in 1854 die beslissing, maar nu nog even gymnastieklokalen bouwen. Weer was het 't Nut die pionierswerk verrichtte door een lokaal te bouwen op de Prinsengracht bij de Westerkerk; één lokaal voor de hele stad... voorlopig. Les werd daar gegeven door een gepensioneerde onderofficier van het leger. De eerste bouwtekeningen waarbij het gymnastieklokaal onderdeel van het schoolgebouw uitmaakte, dateert van 1861. Het was wel een tussenschool met letter D op de Brouwersgracht. Het lokaal was op de Lindengracht 10 (foto). Het eerste universele ontwerp (Springer) voor een los gymlokaal bij een bestaande armenschool dateert van 1870.
De capaciteit van het totaal aantal scholen werd een probleem. Er ontstonden wachtlijsten. In 1854 waren er 12 Armenscholen met 6300 kinderen en 5 Tussenscholen met 1450 leerlingen. Op datzelfde moment stonden er zo'n 3000 kinderen op een wachtlijst.

.
Er kwam in 1863 nog een derde schooltype bij, de Burgerschool, het stokpaardje van minister Thorbecke. In het vakkenpakket wiskunde, exacte vakken en moderne talen. In Amsterdam was in 1830 al een proef met een burgerschool gedaan maar in 1852 weer beëindigd (tekening links van de school op de Prinsengracht bij de Leidsekruisstraat). Nu werden steden verplicht zo'n school op te richten. Om een kunstmatig verschil te houden met het Gymnasium was het verboden de Franse taal te onderwijzen. De eerste HBS werd in 1865 aan de Keizersgracht geopend en door de annexatie van een deel van Nieuwer-Amstel kwam de tweede binnen de stad op het Roelof Hartplein. In dat Franse gat sprongen meteen de particuliere burgerscholen - mogelijk geworden door de grondwetsherziening van 1848 - die wel Frans in het pakket hadden. Zij hadden weer andere problemen, namelijk de financiering. Zij waren volledig op schoolgeld aangewezen wat tot afhankelijkheid leidde. Ze konden zich geen ferme houding tegenover wangedrag permitteren, want elke leerling was een deel van het inkomen.
Particuliere scholen, en dat is dan inclusief lagere scholen, telden in 1852 in totaal 134 stuks met gemiddeld slechts 54 leerlingen per school. Nog erger was dat van al het onderwijzend personeel van particuliere scholen slechts 95 de wettelijke bevoegdheid bezaten.

De grootte van de klassen was een voortdurend probleem. De chroniqueur Jan ter Gouw, zelf 22 jaar onderwijzer geweest, beschreef de situatie op zijn school aan het Amstelgrachtje anno 1851. Die Tussenschool (letter C) telde één lokaal van nog geen 100 m2 waar 306 leerlingen een plaats moesten vinden. Er waren geen kapstokken en als het regende zaten de kinderen met hun natte jassen aan in de klas. Ter Gouw woonde die jaren boven de school en hij beklaagt zich in zijn boek dat hij hier zijn gezondheid had verspeeld.
In 1860 brachten twee doktoren verslag uit van de omstandigheden op de Armenscholen. Zij stelden vast dat aan de Haarlemmer Houttuinen een school was met een lokaal van 87 m2 waar 330 kinderen een plaats moesten vinden en de Armenschool in de Gravenstraat (in het gebouw van de voormalige Latijnse school) telde 400 leerlingen, eveneens in één lokaal. Beide scholen hadden één privaat, buiten de school maar er waren ook scholen met een privaat in de hoek van het lokaal. Verwarming bestond niet (op proef vanaf 1860) en de Gravenstraat was zo donker dat dagelijks de olielamp brandde. Nieuwigheden als gasverlichting en stromend duinwater in het gebouw drongen slechts langzaam door. Nog nieuwerwetser waren ramen die open konden ter ventilatie van het klaslokaal. Zonwering was helemaal zeldzaam en ging niet verder dan een kalkmengsel dat op de ruiten gesmeerd werd (zoals tuinders wel doen). Een volgend Amsterdams rapport in 1861, als gevolg van de Wet op het Lager Onderwijs van 1857, stelde een onacceptabel aantal leerlingen per klas aan de kaak. Tevens drong men aan om grotere locaties te zoeken, bijvoorbeeld leegstaande fabrieken. Alle stads-scholen waren volgens het rapport onder de maat. Alleen die in gestichten, zoals de weeshuizen, konden er mee door.
Gevolg van het onderzoek was het ontslag van het voltallige college van curatoren der Stads Armenscholen en in 1862 nam B&W het bestuur ervan over. Vanaf dat moment was de financiering eenvoudiger en begon het bouwen van nieuwe schoolgebouwen en de regulering van het maximale aantal leerlingen per schoolmeester. Zodra het aantal te groot werd (aanvankelijk 70) moest er een kwekeling bij. In 1867 verscheen de eerste vrouwelijke kwekeling op een school. In 1871 werkten in totaal 155 kwekelingen op de Stadsscholen. B&W oefende nu ook toezicht uit op particuliere scholen.

.
In dit kader werd in 1876 geschiedenis geschreven. Op de Schans bij de Rozengracht werd een Armenschool gebouwd. Deze school had zeven lokalen, voor elk leerjaar één. Later werd die met een verdieping verhoogd en ging ook een zevende Tussenschool herbergen.
In datzelfde jaar 1876 spanden schoolhoofden en meesters zich in om B&W te bewegen de discriminerende term Armenschool af te schaffen. Daarvoor moest het eerst 1880 worden, voor het openbare onderwijs in Amsterdam een belangrijk jaartal, omdat toen een Gemeentelijke Verordening van kracht werd, als gevolg van de vernieuwde Wet op het Lager Onderwijs van 1878.

Vanaf 1880 werden strikte eisen gesteld aan gebouwen, klassen en aantal leerkrachten. Nieuw was dat gemeenten voor het handhaven van deze normering subsidie van het Rijk konden krijgen. De kosteloze Armenscholen heetten voortaan Scholen der Eerste Klasse. Tussenscholen heetten voortaan Scholen der Tweede Klasse en de Burgerscholen verdeeld over Derde en Vierde Klasse. Ook nieuw was dat er geen aantallen meer genoemd werden. Amsterdam groeide bijzonder snel en er waren steeds meer scholen nodig. Het aantal ervan groeide mee met de stad. Nieuw waren ook de leeftijdsgrenzen van de leerlingen, in principe van 6 t/m 12 jaar, alhoewel in de lagere klassen een extra lokaal gecreëerd werd voor vijfjarigen als voorbereiding op het lager onderwijs. Een voorloper van de kleuterschool en vervanging van de vele bewaarscholen.

.
Tot de doorbraak van de socialistische stromingen in het gemeentebestuur had de kerk stilzwijgend een dikke vinger in de pap op de stadsscholen. Er werden geen bijbelse lessen gegeven maar conform het geloof van de schoolmeester werden wel de populaire bijbelse verhalen in de klas verteld. Ook zedenleer, christelijke waarden en normen en kwaliteiten als vlijt namen een plaats in in de lesstof. Dit werd met elke volgende Gemeentelijke Verordening scherper gedefinieerd tot er geen plaats meer voor was en naar het bijzonder onderwijs overgeheveld werd. De overheid, zeker de stedelijke, was van mening dat elk kind neutraal onderwijs verdiende. De confessionelen weerden zich duchtig

De afbeeldingen komen uit de Beeldbank van het Stadsarchief Amsterdam, tenzij anders aangegeven.

Column: Het vertrouwde pontjesgevoel

In mijn jeugd hadden we niet veel uitjes en dergelijke. Daar was gewoon geen geld voor. Met zijn zessen naar Artis hakte flink in de portemonnee van de patriarchale kostverdiener, genaamd Pa. We deden dus gewoon een wandeling naar het park in de buurt of met zijn allen op visite in Geuzenveld, waar alle zussen en broers van mijn moeder woonden. Of op visite op de Marnixkade waar de zus van mijn vader in een spannende woonboot vertoefde en in de huizen daarnevens woonde een broer van Oma Anne uit de Kamillestraat. Of we liepen een verrassingstocht, tijdenlang wandelen en dan bleken we bij het huis van een vriend of kennis van mijn vader waren aangeland.
Een ander ‘uitje’ was lopen naar de IJ-pont achter het CS en daar overvaren naar Noord voor een gezellig samenzijn bij Opa Dirk en Oma Anne en soms waren daar dan nog wat extra tantes en nichtjes aanwezig.
Op de pont waaide je lekker uit en renden we de trappen op om op het ruitje van de pontkapitein te kloppen en naar hem te zwaaien. Soms bofte je en mocht je in de stuurhut even naast de pontbaas staan om alle knopjes, lampjes en hendeltjes van dichtbij te zien. We hadden stukjes oud brood bij ons om naar de meeuwen te gooien die dat als ware acrobaten altijd op tijd wisten op te vangen.
Je had ook de Distelwegpont en de Valkwegpont. Die namen we ook wel eens, dan werd de wandeling weer anders en kwamen we in Noord langs een kennis die een allerhandewinkeltje had waar we allemaal een dingetje mochten uitzoeken.
De boeiendste tochten waren die met het bootje van Scheepjeswol e.a. Dát was pas varen, want dat was geen grote pont en het vaartuigje deinde dus op de soms onstuimige golven. Het bracht je helemaal naar Tuindorp Oostzaan. In elk geval was je dag weer goed, want..., je had een hele spannende tocht op de woelige baren gemaakt!
Amsterdam gaf tijdens mijn jeugd vaak dat vertrouwde dorpse gevoel omdat er nog kleine winkeltjes en ambachtelijke lieden bestonden, pothuisjes met een schoenmakertje of een authentiek bakkertje. Je kon even met deze mensen praten of gewoon gedag zeggen. Ze kletsten meestens gezellig terug, je leerde van ze.
Mijn opa van moeders kant, de ex-Deventenaar en Lindengrachtjordanees Opa Gerrit had een houtdraaierijtje in de Westerstraat.

Hij maakte met name schilderijlijsten. Hij speelde ook rolletjes in de plaatselijke operette. Wat had ik hem graag gekend. Maar hij is helaas vroeg gestorven. Mijn andere opa, Opa Dirk hield van poep-en-pies-grappen zoals ik eerder berichtte. Hij vertelde vaak het verhaal van het schoenmakertje in een grachtenpothuisje vlakbij een brug. Kwajongens hadden op het ledigenpedaal van de Boldootwagen (de poepwagen) getrapt, waardoor een stroom menselijke uitwerpselen de kade afstroomde en in het betreffende pothuisje verdween. De schoenmaker sprong naar buiten en balde zijn vuist onder het schreeuwen van de triviale uitroep: ‘Hee zeg…, moet ik dit allemaal voor zoete koek slikken?’, waarna wij, kleinkinderen, elke keer weer op onze rug lagen te spartelen van het lachen. 

Ja, ja, ook pontjesbazen waren belangrijke gesprekspartners voor me. Ze zagen er woest en noest uit en deden handelingen die veel Amsterdamse straatjochies wel intrigeerden. Ik was niet weg te slaan van de gratis IJ-pont en kreeg waar voor mijn geld door vele tientallen keren mee op en neer te varen. Mijn vader deed dat al toen hij jong was. De sport in zijn tijd was, om op het laatste moment op de zakkende klep te springen en dan ging het erom wie het eerste op de klinkers terechtkwam, een gevaarlijke bezigheid. Hij had zelfs wel eens tussen de klep gezeten, beweerde vader en liet zijn kromme ringvinger zien.
Ponten moeten natuurlijk moderner. Dat is met alles zo. Auto’s moeten rijden via stroom en zo ook boten en ponten. Er varen nu dus ultramoderne ponten op en neer. Ze lijken ook minder herrie te geven, alhoewel: Ik sprak mensen van een zwemgroepje dat elke ochtend in het IJ duikt, weer of geen weer. Ze zwemmen vlakbij de pontensteigers en weten de ponten goed te ontwijken. ‘Onder water hoor je precies welke pont er nadert. Maar…, weet wel, die zogeheten elektrieke, met hun zogeheten gedempte motor, nou…, onder water maken ze een klereherrie!’

Tot slot: vroeger waren er overal kleine handige pontjes en kettingpontjes, vaak midden in de stad. Ook waren er veerwagens, dat zijn ponten met staken en wielen die op rails reden die onder water lagen. Erg leuk om daarmee over te steken. De rest van het verhaal vertelt zichzelf via de onderstaande foto’s.

Foto links: Pontje van begraafplaats Zorgvlied - rechts: pontje over de Singelgracht t.h.v. molen De Victor

Foto boven: Branie of haast? Ongeduld bij het verlaten van de pont over 't IJ; foto door Dolf Toussaint, geplaatst met welwillende toestemming van de erven. Bron: Stadsarchief Amsterdam

Foto's boven en onder: Reederij Bergmann onderhield een veerdienst op Noord met de zgn. "Wolscheepjes", Bootje van Scheepjeswol of "Heen-en-Weer" vanaf het Noord-Hollands Koffiehuis. Later kregen ze ook een steiger voor rondvaartboten t/o het Victoria Hotel.

Foto linksboven: Kettingpont over de Schinkel met op de achtergrond huizen aan de Schinkelkade
Foto rechtsboven: Kettingpont over de Binnen-Amstel met op de achtergrond het Diaconie Weeshuis

Foto linksboven: Kettingpont over het Rokin - rechts: Kees Hartog van de pont over de Oosterringdijk

De afbeeldingen komen uit de Beeldbank van het Stadsarchief Amsterdam, tenzij anders aangegeven.

 

Nieuwe raadplaat voor week 12

De vragen zijn:

Wáár speelt dit lieve meisje?
Wié schiep haar?

NB: Naast haar staan haar vele vriendjes.

Laat ons het antwoord op de vragen weten via deze link

 

Oplossing raadplaat week 11

De steen hangt in de Nieuwe Looiersstraat 40.

Lees ook wat de VVAB hierover te vertellen heeft. Klik hier...

Foto: VVAG

Goede inzendingen stroomden binnen van: Harald Advokaat, Ria Luijben, Anneke Huijser, Marike Muller, Jos Mol, Adrie de Koning, Han Mannaert, Mike Man, Hans Olthof, Kees Valentijn, Hans van Efferen en Aschwin Merks.

Het betreft twee leerlooiers. Links op de steen staat een meester (looiman of louman) een runderhuid te keuren. De boomsman, rechts op de gevelsteen, haalt zijn gebogen trekmes op en neer. Zijn voorschoot beschermde hem tegen het vuile afval, dat weer gebruikt werd voor de lijmproductie. 

De afbeeldingen bij deze column komen uit de eigen schoenendoos of de Beeldbank van het Stadsarchief Amsterdam, tenzij anders aangegeven.

YouTube: Marineterrein

Deze week honderd jaar geleden

 

Maandag 20 maart 1922 - In Sloten worden de laatste trampaarden publiekelijk verkocht. In 1918 had de gemeente Sloten met veel tamtam een paardentramlijn geopend van de dorpskern naar de Overtoomsesluis. Na de annexatie in 1922 liet de GTM de lijn nog even bestaan maar in februari werden de paarden vervangen door een tractor. Nu is het gedaan voor de paarden. Op de foto de tram door de Jacob Marisstraat, een foto uit de collectie van René van Lier via Traminfo. Daar leest u veel meer over de lijn.

 

 

Woensdag 22 maart 1922 - De gemeente neemt het besluit tot de instelling van een tweede openbare handelsschool op de Jozef Israëlkade, hoek P.L.Takstraat 33. Die 2e Openbare Handelsschool zal gebouwd worden in 1923-'24 en bij u mogelijk beter bekend zijn als het huidige Berlage Lyceum. Een heel markant gebouw in gele Waalsteen.

Lees meer over dit rijksmonument #527797 bij Wendingen.

 

Foto: Stadsarchief Amsterdam

Oude afleveringen

Hieronder weer een keuzemenu naar oude afleveringen van het jaar 2022. De keuze 2014 t/m 2021 leidt naar de laatste aflevering van het betreffende jaar, met onderaan een eigen menu voor dat jaar.

2014 2015 2016 2017 2018 2019 2020 2021 wk01 wk02 wk03 wk04
wk05 wk06 wk07 wk08 wk09 wk10 wk11 wk12 wk13 wk14 wk15 wk16
 

Aanmelden voor deze digitale uitgave    -    Afmelden voor deze digitale uitgave