weekblad-logo

week 49-2018

Deze week kreeg u twee e-mails met aankondiging van een quiz. Dat zijn twee verschillende quizzen, namelijk deze voor week 49 en die voor de Eindejaarsquiz. Niet één van beiden weggooien dus! De Eindejaarsquiz komt wat vroeger dan u gewend bent omdat ook de sluitingstijd vervroegd is. Ook dit jaar wordt er weer een proefabonnement Ons Amsterdam verloot.

Fotoquiz snelste

De snelste met het goede antwoord op de opgave van vorige week was Rob Philip. Hij zag geen kans een nieuwe opgave in te leveren dus zochten wij zelf een leuke oude foto uit. De vraag is:

Waar is dit?

Oplossingen via deze link

Foto: Stadsarchief Amsterdam

Oplossing vorige week

Eitje! De nieuwbouw van deze brug kwam een paar weken geleden nog langs, samen met de gerestaureerde Magerebrug. Toen vertelden we dat die in één ruk gebouwd werd met de Sloterdijkerbrug (#321) over de Prinseneilandsgracht. Op de achtergrond zien we het Prinseneiland met in het verlengde van de brug de Galgenstraat. Links daarvan zien we de pakhuizen die bekend zijn onder de naam Vrede.

Paul Graalman maakte ons erop attent dat deze tekening volgens de beschrijving in de Beeldbank een gouache is (pastelkrijt).

De tekening werd gemaakt door Willem Hamel.

 

Beide afb: Stadsarchief Amsterdam

Goede oplossingen kwamen van Rob Philip, Anneke Huijser, Anthony Kolder, Kees Boas, Anje Belmon, Arjen Lobach, Ria Scharn, Carol de Vries, Han Mannaert, Cor van Duinen, Robert Raat, Dirk Fuite, Mike Man, Adrie de Koning, Patrick Nieuwenhuis, Paul Graalman, Hans Olthof, Hans van Efferen,

Fotoquiz: Dick's keuze

Dick is verguld met elke nieuwe aanwinst en wil die graag met u delen. De aquarel heeft (ingelijst) erg geleden door daglicht en daarom is 't misschien wat moeilijk te onderscheiden waar we precies zijn. Dat maakt hem dan weer heel geschikt als raadplaat.

Waar is dit?
Welke molen is hier afgebeeld?

Oplossingen graag via deze link

Oplossing: Anje's keuze

Inderdaad was deze foto eerder te zien in deze quiz. Toen moest, behalve het water op de foto ook vermeld worden waar de fotograaf stond. Wel..., het water is nog steeds de Plantage Muidergracht en vanaf de Valckenierstraat maakte de fotograaf deze foto van een bijzondere school: de Prof. H. Burgerschool voor slechthorenden. Er zijn in de Beeldbank tientallen foto's van deze B.L.O.-school (ook van het interieur en de lespraktijken) te vinden via het adres Plantage Muidergracht 30.

Goede oplossingen kwamen van Kees Huyser, Arjen Lobach, Ria Scharn, Harry Snijder, Anneke Huijser, Robert Raat, Mike Man, Jos Mol, Paul Graalman, Hans van Efferen,

Heeft u ook een opvallende foto gevonden?

Laat ons meegenieten en stuur hem naar de redactie. Graag via deze link en alléén via deze link a.u.b.
Blijf sturen, zodat wij de aantrekkelijkste platen kunnen kiezen!

Fotoquiz Waar? Wat?

Een monument wordt gerenoveerd en zal daarna een woonfunctie krijgen. De oorspronkelijke functie heeft 't al meer dan twee eeuwen niet meer.

Waar is dit?
Wat was dit oorspronkelijk?

Oplossingen graag via deze link

Foto: Stadsarchief Amsterdam

Oplossing vorige week

De onderdoorgang in de verte gaf de doorslag: hier hebben wij te maken met de Voormalige Stadstimmertuin. Diezelfde onderdoorgang speelde een paar weken geleden een rol in deze quiz, dan gezien vanaf de Amstel.
Het ging om de brandmelder links en diegenen die de foto in de beeldbank vonden weten nu dat het om een test ging in 1927. De brandmelder staat dan ook aan de achterkant van de brandweer-kazerne Nieuwe Achtergracht 24-36. Nog meer wijst op die test: bij de melder staat een lege kabelhaspel en verderop in de straat een radiowagen van de brandweer.

Foto: Stadsarchief Amsterdam

Pieter Marnette was van 1908 tot 1948 architect in dienst van Publieke Werken. Behalve gebouwen met hun omgeving ontwierp hij ook veel straatmeubilair zoals deze brandmelder: de Rode Wachter. Op de achtergrond ziet u een ander item uit zijn oeuvre, de bus van de Gemeente Giro. Verder heeft hij een afvalbak, diverse soorten straatlantaarns, 3 soorten GEB verdeelkasten en de telefoonkast bij taxistandplaatsen ontworpen. Al zijn producten waren gewichtig en bestand tegen vandalisme, namelijk van massief (giet-)ijzer of staal. Hij ontwierp geheel in de stijl van de Amsterdamse School.

Foto's: Wendingen

Goede oplossingen kwamen van Anneke Huijser, Arjen Lobach, Kees Huyser, Mike Man, Anthony Kolder, Adrie de Koning, Carol de Vries, Ria Scharn, Han Mannaert, Kees Valentijn, Jos Mol, Robert Raat, Maaike de Graaf, Otto Meyer, Freek Dozy, Paul Graalman, Nico Prinse, Anna Denekamp, Dirk Ruijer, Hans van Efferen,

Met de camera op pad...

Veel van wat op deze foto te zien is, zult u vandaag vergeefs zoeken. Ja, de locatie met de bruggen is nog ongewijzigd maar het meeste is herbouwd, inclusief die bruggen. De drie klokgevels? Verdwenen.

Welke grachten komen hier bij elkaar?

Laat het ons weten via deze link

Foto: Stadsarchief Amsterdam

Foto van vorige week

Er zat een luchtje aan de quiz van vorige week..., een brandlucht.
De raadplaat van vorige week betrof namelijk de brandweerkazerne 'W' op het Weesperplein, hoek Valckenierstraat. Die werd in april 1879 versierd omdat koning Willem III binnenkort met zijn Emma zou trouwen. Vandaar de initialen 'W' en 'E" in de versiering. Dat was helemaal geen vraag maar we kregen dat als extraatje diverse keren erbij vermeld.

Foto: Stadsarchief Amsterdam

Goede oplossingen kwamen van Arjen Lobach, Kees Huyser, Anneke Huijser, Harry Snijder, Ria Scharn, Kees Valentijn, Mike Man, Maaike de Graaf, Robert Raat, Jos Mol, Freek Dozy, Paul Graalman, Adrie de Koning, Anna Denekamp, Hans van Efferen,

Hulp gevraagd


Ruud van der Sluis (Stichting NDSM-Herleeft) scoorde op Marktplaats deze foto van het 'huisorkest' Crescendo van de NSM, de latere NDSM. Op zich niet bijzonder, maar wel de plek waar het orkest poseert. Boven de ingang is een tekst leesbaar: Laboratorium voor de Gezondheidsleer. Dat is een afdeling van de Universiteit van Amsterdam die een aantal malen is verhuisd. In dit geval is het 't gebouw aan de Mauritskade 57, vandaag heeft het LAB een plek op het Roeterseiland. Maar wat had het bedrijfsorkest van de NSM in hemelsnaam te maken met dit laboratorium? Wat weet Ruud inmiddels wèl over deze foto? Dit gebouw werd geopend in 1917 maar dit zal nauwelijks de opening zijn waarbij Crescendo het geheel opluistert. Het gebouw is niet versierd, er zijn geen bobo's te zien en de luxaflex van het linker raam hangt op half-zeven. Gezien de kleding en de andere foto's van Crescendo in de Beeldbank bekeken vermoedt Ruud dat deze foto in de 20-er jaren is gemaakt. Hij suggereert nog dat directeur Daniël Goedkoop vele connecties in de Amsterdamse upper-ten had en dat dat misschien de link kan zijn. Blijft de vraag:

Bij welke gelegenheid werd deze foto gemaakt?

Als u een suggestie heeft, is Ruud misschien geholpen. Laat 't ons weten via deze link

Circus Oscar Carré

Hoe kwam de Duitser Oscar Carré in Amsterdam verzeild?
Ook Circus Carré was een rondtrekkend gezelschap met een verplaatsbare houten circustent. Oscar werd in 1845 geboren als zoon in de circusfamilie Carré. Zijn vader Wilhelm bereisde aanvankelijk heel Europa en Rusland maar dat beperkte zich steeds meer tot West-Europa met een hevige voorkeur voor Nederland. Twee zaken speelden hem daarbij in de kaart: Nederland kende wel een kermis-cultuur maar was redelijk onbekend met het circus. Ten tweede was Oscars moeder Nederlandse: Cornelia Adriana de Gast uit Rotterdam. Adriana's moeder had het kind op 6-jarige leeftijd meegegeven aan circusdirecteur Christian Gärtner. Deze beloofde het kind op te voeden en een vak te leren. Cornelia werd 'Kätchen' en legde zich toe op paardendressuur. Kätchen ontmoette Wilhelm Carré die ook met paarden werkte en als zijn echtgenote werkte zij samen met hem in diverse circussen. Zij belandden in circus Wollsläger dat zich beperkte tot enkele steden waar hij langer stond. Daaronder Amsterdam, waar zij optraden op het Amstelveld tijdens de jaarmarkt. In 1875 verbood Amsterdam de jaarmarkten met de 14-daagse kermis die verspreid was over vele pleinen in de stad: Botermarkt, Amstelveld, Koningsplein en Nieuwmarkt. Zoon Oscar Carré (foto) zag zijn kans schoon en sprong in het gat.

In 1875 vormde Carré een eigen gezelschap en bespeelde behalve Nederland ook o.a. Duitsland en Oostenrijk. Hij geloofde in de formule van Wollsläger en probeerde in diverse steden permanente circusgebouwen te stichten. In Amsterdam verzocht hij de stad een terrein aan te wijzen waar hij een gebouw kon plaatsen en kreeg in 1876 de mogelijkheid een terrein op bolwerk Wetering naast de gasfabriek van Bruyn & Zn. te pachten. Carré hapte toe, maar te snel. Aan de Binnen-Amstel kon hij even later een veel interessanter terrein bemachtigen, dat van de voormalige raspmolen van het Rasphuis. Hij werd ontslagen van de pacht van de Wetering, waar iets later het Tweede Weteringplantsoen met de eerste speeltuin van Amsterdam op zou komen (nu: Van Randwijckplantsoen). In Wenen bouwde Carré in 1873 een permanent circusgebouw en in Keulen kwam er in 1878 ook een met 3000 zitplaatsen. Wat ze gemeen hadden, was de multifunctionaliteit: behalve een piste voor circusvoorstellingen kwam er ook een bühne voor toneel- en revuevoorstellingen. Het latere Carrégebouw aan de Amstel zou geen uitzondering vormen; nog steeds ligt onder de verwijderbare zaalvloer een circuspiste.

Handelsblad van september 1875

Al die jaren speelde circus Carré in een verplaatsbare houten tent tot de Gemeente dat in 1882 verder verbood. Als tussenoplossing bouwde Carré, intussen op zijn eigen grondstuk aan de Amstel, een stenen voorgevel voor zijn houten tent (links), maar de stad was daarvan niet onder de indruk. Het brandgevaar werd er niet minder om. Carré had maar één optie: nieuwbouw in steen. Niet dat hij daarvan afkerig was, hij had immers in Wenen en Keulen al zulke gebouwen. In 1886 begon de bouw van een circusgebouw naar ontwerp van de architecten J.P.F. van Rossem en W.J. Vuyk, met stallen, een toneelhuis, een voorgebouw met foyer en hal en daarboven de woonvertrekken van de familie. In december 1887 opende het nieuwe gebouw.

Tussen het bovenstaande en wat hierna volgt past de successtory van theater CarrĂ©. Daar zijn boeken over volgeschreven. In dit kader zijn we echter meer geïnteresseerd in de familie CarrĂ© en dat is een treuriger verhaal.

Het stenen circusgebouw betekende niet dat circus Carré het hele jaar door aan de Amstel optrad. Dat was ook de zin van een podium naast de piste. Carré bleef reizen door West-Europa. In 1891 kreeg Carré een zware klap te verwerken. De trein die zijn circus naar Hannover zou transporteren kwam in botsing met een goederentrein bij Kirchlengern in Duitsland. Een aantal mensen vond de dood waaronder Carré's echtgenote Amalia, twee van zijn kinderen en zijn ster-ruiter. Een groot deel van het circusmateriaal werd eveneens vernield en Carré moest vier dagen na deze ramp met geleend materiaal optreden..., niet van harte zoals u zult begrijpen. Deze slag is hij nooit te boven gekomen. De extra schuldenlast drukte zwaar op het circus en in 1897 zag Carré dat hij niet meer onder een faillissement uitkwam. Hij schoot zijn lievelingspaarden in de Scheveningse duinen persoonlijk dood, liever dan ze aan een wildvreemde te verkwanselen. Eén daarvan had hij nog van keizerin Sissi cadeau gekregen in ruil voor de privelessen die Oscar haar had gegeven. De familie trok zich terug uit de exploitatie van theater Carré, Oscar kreeg gezondheidsproblemen en overleed in 1911 in Kopenhagen. Het jaar erop werd hij bijgezet in het eigen mausoleum van de familie op Zorgvlied (foto; bron: Wikipedia).

Amsterdamse hofjes: het Catharinahofje

Catharinahofje 
door Jos Mol, Han Mannaert en Adrie de Koning 

Het hofje achter de Egelantiersgracht
De geschiedenis van het hofje begint bij Gerrit Fikkert Jansz. (1828-1895), die de makelaardij van zijn vader na diens overlijden in 1853 voortzet. Hij koopt in 1862 drie huisje (nr. 205/207/209) die gelegen zijn achter de woonhuizen van de Egelantiersgracht en koopt later, in 1888, een vierde huisje (nr. 211). Je kon het hofje bereiken langs een smalle gang die tussen de nr's 203 en 213 naar achteren aan de Lijnbaansgracht doorliep. Deze gang werd ook wel 'Vierhuizengang' genoemd. Toen Gerrit in 1889 de huisjes af had en aan zijn familie toonde, opperde zijn ongetrouwde zuster Alida Catharina Margaretha Fikkert (183?-1907) het idee er een hofje van te maken. Op 20 december 1889 werd het idee geconcretiseerd bij notariële akte en werd het Catharinahofje officieel gesticht met haar tweede naam als naamgever. Het bijzondere is dat dit hofje niet bij testament maar bij leven van de weldoeners, die beiden kinderloos waren, werd gesticht. Maar gedurende de crisisperiode werd er weinig aan onderhoud gedaan. Huizen en woningen raakten in verval en gedurende de 2e wereldoorlog werd al het hout uit de vier huisjes gesloopt om als brandhout te dienen. Gelukkig had Alida toen al lang besloten, namelijk toen Gerrit in 1895 overleed, een nieuw hofje te bouwen in de nieuwe wijk West aan de Overtoom. De toegang tot de 'Vierhuizengang' is nog duidelijk aanwezig maar is afgesloten.

Op de zeldzame foto hierboven het Catharinahofje aan de Egelantiersgracht; foto Nico Swaager, bron: Stadsarchief Amsterdam
De aquarellen hieronder maakte Herman Misset in 1909, voorafgaand aan de sloop; © Erven Misset, bron: Stadsarchief Amsterdam

Het hofje aan de Overtoom
De aanbesteding van het nieuw te bouwen Catharinahofje aan de net gedempte Overtoom was begin 1905 en op de daardoor ontstane bouwgrond verrees een nieuw Catharinahofje. Per 6 juni 1906 huisden de eersten in. Daarna is het hofje overgegaan in de nog steeds bestaande 'Stichting Het Catharinahofje'. Boven de poortingang was de regentenkamer gevestigd, waar vroeger de regentes woonde die van daaruit een goed overzicht over de vrouwelijke bewoners had. Later is de regentenkamer omgebouwd tot extra woonruimte, in totaal 11 woonruimten. De huisjes zijn links achter het poortgebouw gelegen en daar tegenover ligt de tuin. Aan de rechterkant van het poortgebouw ligt het huis van het beheerdersechtpaar. Wat heel bijzonder is, zijn de nog steeds bestaande beerputten, die eens per jaar moesten worden geleegd (dat is nu verleden tijd). In de gang hangen daarvan nog de ingelijste tekeningen.  De architect was Posthumus Meyes sr. die het gebouw in neo-renaissance stijl optrok.

Doelstellingen
Het hofje was bedoeld voor 11 ongehuwde oudere vrouwen van Nederlands-Hervormde huize. Het had zich als doel gesteld de bewoners voor een matige prijs te laten wonen. Er werd tevens aan hen een uitkering verstrekt. Hier woonden naast oudere vrouwen ook leerlingen die de opleiding tot vroedvrouw volgden. De woningen bevinden zich op het binnenterrein.

Beide kleurenfoto's: Hofjesberaad.nl

Toegankelijkheid
Het hofje is afgesloten en niet toegankelijk voor bezichtiging, waardoor de vroedvrouwen in opleiding in alle rust kunnen studeren!

En dan nog dit...
Op een foto uit Beeldbank staat voor het huis, met de 'Vierhuizengang', o.a. een zus van de 91-jarige buurvrouw van Han Mannaert die nog steeds op de Egelantiersgracht woont (net als Han) en zich dus veel kan herinneren van de geschiedenis van het hofje.

Foto: Stadsarchief Amsterdam

Column: Valeriusplein 7 en 8

arenlang stonden ze aan 't oog onttrokken, verborgen onder plantsoengroen. Twee pissoirs, maar wat voor pissoirs! De exploitatie was in de 70-er jaren gestopt omdat er bakken met geld bij moesten. Publieke Werken heeft ze toen onbruikbaar gemaakt om oneigenlijk gebruik te voorkomen. Ze wisten niets beters te bedenken dan ze vol te storten met beton. De huisjes, zo lekker buiten zicht, waren broedplaats voor aanstormende graffiti-artiesten. En dat terwijl het sinds 1996 al erkende rijksmonumenten zijn: subcategorie straatmeubilair. Met de ingezette verloedering gingen stemmen op dat de gebouwtjes toch opgeknapt konden worden en verhuurd om een tweede leven te beginnen. De plaatselijke jeu-de-boul-club zag er wel brood in, als honk.

In 2011 viel eindelijk het besluit tot renovatie en in 2013 werd een begin gemaakt. Men zal zo z'n problemen met het interieur gehad hebben, zo volgestort met beton. In 2015 werden ze 'den volke' gepresenteerd en verhuurd.

De pissoirs werden in 1921 ontworpen door Jan de Meyer in opdracht van Publieke Werken. Er kwamen er meteen twee, daar op het Valeriusplein. Gespiegeld op de hoeken van de korte kant aan de noordzijde van het plein. De oplevering was in 1922. De Meyer ontwierp toen in de stijl van de Amsterdamse School en dat is duidelijk te zien aan de hoeveelheid smeedijzeren hekwerk en de decoratieve ruitverdeling in de deuren. De gebouwtjes zijn half in de grond ingelaten en te bereiken door een trap af te dalen. Beneden waren drie deuren: links en rechts naar de toiletruimten en in het midden voor de toiletjuffrouw. Eindelijk konden ook dames beschaafd naar een openbaar toilet!
Vandaag zijn ze daar echter opnieuw in de weer met spuitbussen. Deze keer zijn ze gevuld met lak..., haarlak..., van de hairstylist. Vroeger heette dat 'kapper' en die vroeg toen een joetje. Om de huur op te brengen van dit monument zal de stylist wel iets meer moeten rekenen.

 

Deze week honderd jaar geleden

Woensdag 11 december 1918 - In de Gemeenteraad wordt de motie-Fabius met 21 tegen 7 stemmen verworpen. Het Anti-Revolutionaire raadslid D.P.D. Fabius stelde de motie op na het uitblijven van afkeuring van Troelstra's revolutieplannen in november 1918 door de SDAP-fractie en in het bijzonder beide SDAP-wethouders.
Naar de zin van Fabius hadden de Sociaal-Democraten in de Raad zich onvoldoende gedistantieerd van Troelstra's revolutieprediking. Met name Wibaut en Vliegen moesten het ontgelden. Zij konden in zijn ogen onmogelijk in hun ambt blijven en om dat te bereiken diende Fabius zijn motie in, met bovenstaande uitslag. Zelfs partijgenoten lieten hem in de steek en ARP-er en rechtsgeleerde J.W. Noteboom stelde dat vanuit dat standpunt ook liberalen niet tolerabel waren, wat onzin was. Overigens blokkeerde geen enkel ARP-raadslid ooit een benoeming van een SDAP-er in welke functie dan ook.

Vrijdag 13 december 1918 - De voltallige Raad van Sloten is in vergadering bijeen om de annexatieplannen van Amsterdam te bespreken. Een krappe meerderheid (7-5) van de Raad is van mening dat een drukker bevolkt deel van Sloten buiten de annexatie dient te vallen, om de landelijke bevolking te sparen. Een raadslid argumenteerde dat de bevolking van Sloten ook weinig goeds te verwachten had. De bewoners bijvoorbeeld langs de Amstelveenseweg waren al 25 jaar bij Amsterdam en hadden nog steeds geen waterleiding. Raadslid Het Lam wilde weten wie die onzalige annexatie had bedacht: Amsterdam, de Provinciale Staten of Den Haag? En was er al een afkeurend besluit aan de regering gestuurd? Op zijn eerste vraag wist de burgemeester geen antwoord, de tweede kon hij bevestigen. Sloten had zich al tegenstander verklaard. Datzelfde raadslid Het Lam bleek bij de stemming toch niet afkerig te zijn van annexatie, als er maar goede afspraken over verbeteringen voor de Slotenaren gemaakt konden worden.
In tegenstelling tot deze 'stemming' in de gemeenteraad van Sloten zal de annexatie en de voorbereiding opvallend soepel verlopen. Er wordt druk met Amsterdam overlegd bij alle infrastructurele werken tot 1921. Heel anders dan Nieuwer-Amstel dat zich tot de laatste seconde weert en dwars ligt en saboteert waar het maar kan.

Oude afleveringen

Hieronder weer een keuzemenu naar oude afleveringen van het jaar 2018. De keuze 2014 t/m 2017 leidt naar de laatste aflevering van het betreffende jaar, met onderaan een eigen menu voor dat jaar.

2014 2015 2016 2017 wk01 wk02 wk03 wk04 wk05 wk06 wk07 wk08
wk09 wk10 wk12 wk13 wk14 wk15 wk16 wk17 wk18 wk19 wk20 wk21
wk22 wk23 wk24 wk25 wk26 wk27 wk28 wk29 wk30 wk31 wk32 wk33
wk34 wk35 wk36 wk38 wk39 wk40 wk41 wk42 wk43 wk44 wk45 wk46
wk47 wk48 wk49 wk50 wk51 wk52 oudjaar          
 
Aanmelden voor deze digitale uitgave    -    Afmelden voor deze digitale uitgave