weekblad-logo

week 48-2018

Fotoquiz snelste

De snelste met het goede antwoord op de opgave van vorige week was Jos Mol. De nieuwe opgave komt dus van hem. Voor de afwisseling weer 'ns een aquarel. De vragen zijn:

Welke brug is hier in aanbouw? (of nummer?)
Over welk water komt deze brug te liggen?
De pakhuizen in de achtergrond hebben een gezamenlijke naam. Welke?

Oplossingen via deze link

Afb: Stadsarchief Amsterdam, maker aquarel hoort u volgende week

Oplossing vorige week

Jan Six heeft 't u weer niet al te moeilijk gemaakt. Hij stapte met een camera de deur uit, liep naar de Herengracht en maakte deze foto door de bogen van brug #35 (tegenwoordig de Hendrick Jacobsz Staetsbrug). Wat hielp was de stalen ophaalbrug op de andere oever van de Amstel, brug#237 (tegenwoordig als houten wipbrug Walter Süskindbrug) over de Nieuwe Herengracht.

Goede oplossingen kwamen van Jos Mol, Anneke Huijser, Mike Man, Arjen Lobach, schipperpaul, Wim Huissen, Ria Scharn, Kees Huyser, Fanta Voogd, Robert Raat, Anje Belmon, Patrick Nieuwenhuis, Adrie de Koning, Erik Dahlander, Carol de Vries, Han Mannaert, Otto Meyer, Onno Boers, Hans van Efferen,

Fotoquiz: Anje's keuze

Ja, zou best kunnen dat deze foto al eens eerder was, maar toen was Anje Belmon nog geen deelnemer. Dan maar een extra vraag erbij.

Waar staat de fotograaf?
Voor wie of wat is het gebouw op de andere oever gebouwd?

Oplossingen graag via deze link

Foto: Stadsarchief Amsterdam

Oplossing: Anneke's keuze

En weer zorgde een foto die niet uit de Beeldbank kwam voor verwarring. Dit pandje in afbraak is op diverse manieren eerder langs geweest. Op deze foto nummerde het Gasthuismolensteeg 20 en het stond op de hoek met de Herengracht. In 1900 werd dit pand afgebroken om plaats te maken voor een nieuwbouw door architect Gerrit van Arkel. De winkel werd in gebruik genomen door de opdrachtgever die er een tabakswinkel in opende. Hij noemde zijn pand De Transvaalse Boer omdat de Boerenoorlog in Zuid-Afrika in die jaren de gemoederen zeer bezig hield.
Alle verdere informatie haalt u uit aflevering 4 van het Jaarboek 2015.

Ria Scharn stipte nog een inconsequentie in de nummering aan. De bovenverdiepingen hebben in de nieuwbouw een eigen ingangsdeur en nummeren Herengracht 243A en B, terwijl de winkel nu Gasthuismolensteeg 18 nummert.

Foto: Rijksmuseum

Goede oplossingen kwamen van Arjen Lobach, Erwin Meijers, Anna Denekamp, Ria Scharn, Mike Man, Kees Huyser, Jos Mol, Adrie de Koning, Onno Boers, Anje Belmon, Hans van Efferen,

Heeft u ook een opvallende foto gevonden?

Laat ons meegenieten en stuur hem naar de redactie. Graag via deze link en alléén via deze link a.u.b.
Blijf sturen, zodat wij de aantrekkelijkste platen kunnen kiezen!

Fotoquiz Waar? Wat?

 

Lijkt wel een oplaadpaal, links op deze foto. Alleen bestonden die nog niet toen deze foto gemaakt werd. Kunt u paal en attribuut duiden?

Waar is dit?
Wat is de relatie van de voorwerpen links met het gebouw erachter?

Oplossingen graag via deze link

Foto: Stadsarchief Amsterdam

Oplossing vorige week

Té makkelijk! Wij wilden eens wat anders laten zien maar dit schijnt gesneden koek te zijn.
Op de foto staat Willem Kes, de eerste dirigent van het orkest van het Concertgebouw. Dat omschrijven we wat ingewikkeld om duidelijk te maken dat het orkest toen niet een zelfstandige entiteit was maar een zaak van de beheerders van het gebouw.
Willem Kes had bij zijn vorige aanstelling als dirigent van het vaste orkest van de Parkschouwburg al gepoogd de luistercultuur te veranderen en voerde dat in het Concertgebouw tot in het extreme door. De bezoekers waren gewend aan tafels te zitten, kregen versnaperingen geserveerd door rondrennende obers en liepen naar believen in en uit de zaal. Ook hield men zijn mond niet maar keuvelde rustig met tafelgenoten. In het Concertgebouw speelde Kes het klaar bij teveel rumoer in de zaal het podium af te lopen met het hele orkest in zijn kielzog. De eerste slag die hij won was het verdwijnen van de tafeltjes uit de zaal en dat al na een jaar. Voortaan regeerde het orkest de zaal en niet andersom.

Foto: Stadsarchief Amsterdam

Willem Kes begon zijn loopbaan als violist en concertmeester van het orkest van de Parkzaal van J.E.Stumpff Na de bouw van de Parkschouwburg op dezelfde plaats kreeg hij een aanstelling als dirigent van het orkest aldaar. In 1888 kreeg hij de kans als dirigent over te stappen naar het nieuwe Concertgebouw. Behalve musicus en dirigent was Kes ook nog componist. Lees meer over Willem Kes op Wikipedia. Foto: Wikipedia

Lees aflevering 1 van Geert Mak over het eerste decennium van het Concertgebouw en -orkest.

Op de foto hieronder een vroege foto van de grote zaal van het Concertgebouw. Voor het orkest staat (zit) dan al de opvolger van Kes, Willem Mengelberg. Foto: Stadsarchief Amsterdam.

Goede oplossingen kwamen van Arjen Lobach, Jos Mol, Anna Denekamp, Ria Scharn, Mike Man, Kees Huyser, Anje Belmon, Adrie de Koning, Robert Raat, Bob Bommellaan, Hans van Efferen,

Met de camera op pad...

Kom, we doen weer eens een foto met versiering voor een of ander evenement of gebeurtenis.

Waar is dit?

Laat het ons weten via deze link

Foto: Stadsarchief Amsterdam

Foto van vorige week

We hebben dan wel de reclameletters op de auto geblurrd, die van café-restaurant De Kroon op de volant van het zonnescherm achter de auto laat geen twijfel bestaan: de auto staat op het Rembrandtplein. De deelnemers met nog goede ogen ontdekten ook de tekst 'Bioscoop - Variété' op de luifel van het Rembrandttheater. De foto zou van 1931 zijn.
Pietje Precies meldde nog dat onder deze hoek gezien de auto dus niet voor nr. 17 (De Kroon) stond maar voor nr. 13-15 (Heck's).

Foto: Stadsarchief Amsterdam

Goede oplossingen kwamen van Arjen Lobach, Anneke Huijser, Mike Man, Hans Goedhart, schipperpaul, Anna Denekamp, Ria Scharn, Paul Graalman, Harry Snijder, Kees Huyser, Ton Hupkens, Robert Raat, Anje Belmon, Hans van Noort, Jos Mol, Otto Meyer, Adrie de Koning, Carol de Vries, Han Mannaert, Maaike de Graaf, Onno Boers, Hans van Efferen,

en dan nog even over...

...de scheepsbouw op Wittenburg. Behalve dat bij de werven op Wittenburg ook die op Katten- en Oostenburg, grenzend aan de Kattenburger- en Wittenburgervaart, door ons al tot één en dezelfde cluster werden gerekend meldt Han Mannaert dat op de vergaderingen van de scheepmakersvereniging "Eendracht" ook steeds Daniel Goedkoop Jr. van werf 't Kromhout aanwezig was. Zijn werf lag aan de Nieuwevaart en is vandaag nog steeds aanwezig, zij het als (openlucht-) museum.

Op de foto de stapelloop van de eerste gemeente-stoompont

Lees alles over de rol van de Goedkoops in de Nederlandsche Scheepsbouw Maatschappij (NSM)

Hulp gevraagd... en gekregen

Anje Belmon wist wel raad met deze foto, bekeek eerst eens wat er in de Beeldbank nog meer was over 'schaatsen op de gracht' en meende bij een van de eerste al de oplossing gevonden te hebben. Allereerst de doorvaart: een brede in het midden entwee kleine links en rechts. Verder de pijlers met een halfrond voorlangs, rechtdoor naar het wateroppervlak met op de iets uitstekende onderrand een laagje sneeuw. Verder de snelle overgang naar de lage wallekant. Vergelijkt u dit eens met de foto van brug #22 in de Raadhuisstraat over de Herengracht (linksonder).

Als we proberen de pijlers dichterbij te halen, blijkt dat die recent zijn vernieuwd, althans het bovenste deel. Vergelijk de foto links met de beide foto's hieronder: de huidige toestand met de nieuwe granieten pijleropbouw en een detail uit de foto zoals wij die kregen toegestuurd.
Gaat u hierin mee?

Een tweede poging kwam van Paul Graalman, waarvan wij de suggestie voor een jaartal overnemen: feb1956 als winter waarin het streng genoeg vroor om op de grachten te kunnen schaatsen. Het jaar 1963 was al te laat: toen waren de lage railingen langs de kades er al.

Oudste huis van Amsterdam

Daar hebben we er paar van afgewerkt, van de oudste huizen van Amsterdam. De bekendste kent u wel, het Houten Huis op het Begijnhof en het houten huis 't Aepgen op de Zeedijk (tekening onder). Daar zag je de ouderdom aan af, dat was duidelijk zichtbaar.

Wat een deceptie toen in 2012 Gabri van Tussenbroek publiceerde een veel ouder huis ontdekt te hebben: Warmoesstraat 90 (foto). Als u gaat kijken geloofd u hem niet. Daar staat een 19de-eeuwse gevel en dat zou het oudste huis zijn?
Van Tussenbroek zette moderne middelen in om een leeftijd te bepalen, namelijk dendrochronologisch ofwel jaarringen-onderzoek. Dat geeft een ongevere tijdspanne bouwtijd van niet vóór maar logischerwijs niet ná een bepaald jaar. Zo'n onderzoek leidde tot de vaststelling dat het Houten Huis van 1525 (plus/min 10 jaar) was. Zo'n zelfde onderzoek leidde voor Warmoesstraat 90 tot een bouwdatum van 1485, met net zo'n marge.

De twee enorme stadsbranden van 1421 en 1452 hebben er voor gezorgd dat er maar weinig oudere huizen bleven staan. Daarbij komt ook nog dat wat er gespaard bleef van een bouwtrant was die in elk geval geen honderden jaren langer zou overleven. In de weke Amsterdamse bodem werd uiterst licht gebouwd: niet al te zware houtskeletten met 'zacht' dekking en lemen wanden. Alleen zoiets als een stookplaats werd van steen gebouwd. Voor deze lichte constructies werd ook niet geheid. Een fundament werd opgebouwd uit gestapelde stenen poeren op een plaat sloopmateriaal of een afgedankte scheepsbalk of -roer.

Wij besteedden eerder aandacht aan het funderen van de vroegste huizen. Lees nog eens het item 'Woonhuizen in het veen'.
Op de foto een fundering met palennesten in een rooster.

De fundering bepaalde ook of er daken met dakpannen en stenen muren konden komen en ook het aantal verdiepingen werd daardoor bepaald. Tot slot het gebruiksdoel van het huis. Kooplieden woonden in hun pakhuis. Een behoorlijke woonverdieping: er onder een pakkelder en boven pakzolders. Dat verhoogde nog eens het totale gewicht. Menig huis zakte weg door slechte fundering.

Onderheien deed de gemiddelde Amsterdammer niet uit vrije wil. Het Stadsbestuur was al tijden aan het lobbyen voor bouwen in steen maar de bouwheren zagen tot hun schrik de helft van de bouwkosten onder de grond verdwijnen: in de fundering. De eigenaar van Warmoesstraat 90 was iemand die het wèl goed wilde aanpakken en daarom staat achter die 19de-eeuwse voorgevel nog een woonhuis dat rond 1485 gebouwd werd. Ook al staat het allemaal niet meer zo rechtop....

Tek.links: Bureau Monumenten & Archeologie

Foto: Zolder met houtskelet, bron: Frank van Vuuren

Natuurlijk stond er voor het in 1452 verbrandde huis ook al een huis. Ir. J.G.Kam publiceerde in 1968 de resultaten van een onderzoek naar de bewoningsgeschiedenis van alle huizen in de Warmoesstraat, aan de hand van bewaard gebleven akten en nr.90 hoorde daar natuurlijk bij. De eerste vermelding van een huis op die plek vond hij voor 29 januari 1394. Zelfs dát huis zal niet het eerste zijn geweest omdat deze plek ter hoogte van de Oudekerk waarschijnlijk de vroegste bewoning gekend zal hebben (13de eeuw) maar dan moeten we aan een veredelde hut denken.
Houtskelet 2e verd.: Bouwwereld

Het lijkt er op dat het huis niet (al te ernstig) geleden heeft onder de brand van 1421 omdat over 1426 nog een akte opduikt die duidelijk over hetzelfde huis nr.90 gaat. Aangenomen mag worden dat het oude huis in 1452 wel verbrand is en dat er nieuw gebouwd is. Er valt namelijk een gat tot 31 januari 1560 en dan blijkt dat de bebouwing nu tot aan het water van het Damrak doorloopt. Dan wordt ook de Kerckstraat voor 't eerst Warmoesstraat genoemd. Tussen voor- en achterhuis is een binnenplaatsje uitgespaard om daglicht in beide huizen te brengen. In 1584 blijkt het huis een naam te hebben gekregen: 'daar de Rosijnencorff vuythangt'. Die naam vinden we nog in een aantal varianten terug: de Rasijnecorff, de twee Rosijn Corven, en de Rosijnkorf. Tweemaal heeft een eigenaar een andere naam aan het pand gegeven: Huybert de Flines draagt het huis als 'Muyden' over aan Jan Straalman (1695) en de erven Straalman doen het pand als 'Ghent' over aan Carel d'Amour (1723). Daarna keert de originele naam 'de Rozijnkorf' terug, totdat huisnamen na 1796 in onbruik raken.

Foto: Middeleeuws peerkraal-versiering sleutelstuk eerste verdieping, bron: Frank van Vuuren

In het pand hebben vele mensen hun bedrijf uitgevoerd. We komen een wijnhandelaar tegen, een lakenkoopman en recent is het een hotel geweest.
Vandaag wordt de benedenverdieping ingenomen door een homobar en zijn op de verdiepingen woningen.

Het achterhuis heeft vandaag huisnummer 25 in de Beursstraat en de toestand van die gevel en ook het huis achter die gevel doen vermoeden dat bovenstaand verhaal alleen voor het huis aan de Warmoesstraat opgaat. De hele bouwtrant van Beursstraat 25 is eind 19de eeuw (Street View).

Amsterdamse hofjes: het Zonshofje

Zonshofje 
door Adrie de Koning en Jos Mol
Inleiding
Zoals bij het Van Brienenhofje reeds aangekondigd, dit keer het er vlakbij gelegen Zonshofje, eveneens een hofje dat een bezoekje zeker waard is. Het hofje werd ook wel het Nieuwe Hofje genoemd. De naam wordt ook wel als Zon's Hofje of Hofje 'De Zon' geschreven.
Ligging
Het Zonshofje ligt aan de Prinsengracht 159-175. Dat is vlakbij de hoek van de Prinsenstraat in de richting van de Brouwersgracht.

Ontstaansgeschiedenis 
De naam van het hofje is afkomstig van de vroegere kerk De Zon aan de Singel 118. Daar hielden de Waterlandse en Vlaamse doopsgezinden hun diensten. Maar zij hadden een extra vergaderruimte in een schuilkerk aan de Prinsengracht, die De Kleine Zon werd genoemd. Deze schuilkerk werd in 1720 verkocht aan de Friese doopsgezinden. Deze noemden het gebouw De Arke Noachs, omdat hun vorige kerk ook zo heette. In 1752 fuseerden de Friese doopsgezinden met de Doopgezinde gemeente. Vervolgens werd besloten twee hofjes die de gemeente elders (in de Tuinstraat) bezat, te verkopen, de kerk af te breken en een hofje te stichten. In het hofje zou ook een weeshuis komen. Het duurde geruime tijd voordat de plannen tot realisatie kwamen, maar in 1765 kwamen de eerste bewoners in het hofje. En de naam werd toen Zonshofje.

Afbeelding: entree ±1835, bron: Stadsarchief Amsterdam

Bijzondere kenmerken
Het hofje heeft aan de Prinsengracht een eenvoudige toegangsdeur met daarboven een bord met Zon's Hofje. Achter de deur leidt een smalle gang (de Zonsgang) naar het hofje met de pittoreske binnentuin. Aan de gracht ligt ook de conciërgewoning op nr. 173. Hier bevindt zich ook de regentenkamer. In het hofje bevonden zich in eerste instantie zes benedenwoningen met kelder. Op de 1e en 2e etage waren nog eens twaalf éénkamerwoninkjes met turfzolders. In 1882 vond een uitbreiding plaats met een nieuwe vleugel met negen woningen.

 
Boven een van de deuren bevindt zich een steen waar de Ark van Noach in is uitgehouwen, welke beschenen wordt door de zon. De voorstelling symboliseert het samengaan van de Friese Doopgezinde Gemeente 'De Arke Noachs' met de eveneens Doopsgezinde Gemeente 'De Zon'. Boven het reliëf is in een eenvoudige omlijsting een klok opgenomen met daaronder een zesregelig vers en het jaartal MDCCLXV (=1765). De tekst van het vers luidt:

t Geloof heeft hier Gods woord ontvouwd;
De Liefde ons dit verblijf gebouwd;
De Hoop blijve ons geduurig noopen,
Om op der zielen Zon te Zien,
Den tijd zorgvuldig uit te koopen,
en dus tot de Ark des heils te vlien.

Foto: Doopsgezind Amsterdam

Overige foto's: Amsterdamsehofjes.nl tenzij anders vermeld

Het pand Prinsengracht 175 was wel eigendom van het hofje, maar maakte er niet echt een onderdeel van uit. Toch is het de moeite waard even naar dit pand te kijken, als u er toch bent, want het heeft drie aardige gevelstenen in de pui. Links één met een staand schaap met de tekst Out Schaep, middenin een stier met D*Bonte Os en rechts een lam met Iong Lam (de J werd als I geschreven).

Doelstelling
Het hofje verleende aanvankelijk alleen onderdak aan vrouwen van 50 jaar en ouder, die ten minste drie jaar belijdend lid van de Doopsgezinde Gemeente Amsterdam waren geweest. Maar velen verhuisden naar het Rijpenhofje op de Rozengracht nadat dit begin vorige eeuw was gemoderniseerd. De laatste halve eeuw wonen er daarom 30 vrouwelijke studenten. Zij worden alleen toegelaten wanneer zij het bestuur ervan kunnen overtuigen dat zij gemotiveerd zijn om in een gemeenschap van 30 vrouwen te wonen en de daaruit voortvloeiende taken op zich te nemen.

Toegankelijkheid
Het hofje is van maandag tot en met vrijdag van 8 tot 18 uur toegankelijk. Op zaterdag en zondag is het gesloten. Als u zachtjes met de deur doet en geen herrie maakt, zal men u rustig laten genieten van dit unieke, tamelijk sober vormgegeven, plekje binnen de grachtengordel

Column: Ode aan de dijk

n de jaren veertig/vijftig was ik een Pleiner. Ik moest wel, want ik had het levenslicht aanschouwd op een levendig plein in de Spaarndammerbuurt. In de jaren zestig werd ik getransformeerd tot Dijker omdat er niet echt een plein in de buurt was, maar wel de Ringspoordijk in aanleg natuurlijk waar de hele tuinstedelijke jeugd op avontuur ging. U snapt het al, ik heb een hang naar het fenomeen Pleiner én het fenomeen Dijker! Een Plijker was ik, een Deiner! Een tussengevalletje. Ik was een van de eerste verwarde mannen, want ik was gek op mijn Kreidlerachtige brommer, op Elvisvetkuiven, op dametjes met getoupeerde kapsels en luchtige petticoatjes, maar daarnaast kon je me ook voorbij zien scheuren op mijn nieuwste Puch-achtige brommer met een fikse baard, wapperende haren en een pijp in mijn mond! Over het plein hebben we het nog wel een keer.

Nu even over het dijkgedeelte. Ik vond het wel wat. De huizen in de tuinsteden waren net opgeleverd en het speelterrein was eindeloos! Allemaal braakliggend land met woeste kwelders en kikkerpoelen én…de Ringspoordijk!  Het was een grote python van zand en aarde die om Mokum heenkronkelde om ooit de trein te dragen maar tot die tijd een uitgelezen biotoop voor naar de buitenlucht hunkerende Mokumse puberkereltjes. Elke dag zaten we op de dijk! O dijk! Uitzicht had je er, je kon hem aflopen naar de andere kant van de stad en je kon de veldleeuweriken kwinkelerend zien opstijgen.

alauda arvensisJe kon er gaten in graven en ondergrondse hutten bouwen. Old Shatterhand speelden we er en Winnetou, en we vochten na schooltijd urenlang tegen de oprukkende coibois, natuurlijk met afgeslepen takken die onze indiaanse dolken voorstelden. We lieten er de hond uit en we sleeden het besneeuwde dijklichaam af tot ver over de bevroren Tienhovengracht, gevaarlijk, er was er al eens eentje verdronken! We vreeën er met onze geliefde onder het ‘genot’ van de dampen van de ‘poepfabriek’ (de waterzuiveringsinstallatie tussen Sloterplas en Fruinlaan) tot we door al dat juveniele vrijen beneden-aan bleken te liggen of we maar huiswaarts gingen vanwege de komst van Malle Pietje, de dijkvoyeur. We vierden er feesten met leeftijdgenoten met een groot fik dat eigenlijk niet mocht van de toegesnelde Hermandad, maar vanwege de geboorte van een nieuwe Oranjetelg oogluikend werd toegestaan. O dijk! Je ging er over naar school (van de Vlugtlaan naar de Postjesweg) en nam er de tijd voor zodat je onderweg even de aparte flora en fauna kon bestuderen of liefdesgedichtjes kon pennen op een gevonden patatzakje.  Of je groef je verborgen sigarenkistje even op om een ouwe peuk op te branden.
Vandaag zit ik in de trein. De treinviaducten zijn al jaren klaar. De trein heeft vrij baan. Waar ik met de slee de dijk afroetsjte is nu station Burgemeester Vlugtlaan. Ik kijk uit het raampje, geen veldleeuwerik te zien. O dijk!

 

Bij de foto's:

1. Dijkers
2. Biotoop Ringspoordijk
3. Trein rijdt, einde biotoop
4. Gijsbreght verklaart op de dijk zijn liefde

Links:

Ringspoorbaan/Wiki
Geheugen van West
Andere Tijden

Deze week honderd jaar geleden

Zondag 1 december 1918 - Afscheidsfeest voor de publicist, journalist, schrijver en dichter Jacob Israël de Haan. De avond wordt georganiseerd door twee afdelingen van de Nederlandse Zionistenbond en wordt gehouden in de bovenzaal van de diamantbeurs aan de Nieuwe Achtergracht. Als we de geschiedenis volgen komen we De Haan in Israël tegen als anti-Zionist. Hoe zit dat?
Jacob Israël de Haan wordt geboren in Smilde in een orthodox Joods gezin. Hij is het jongere broertje van schrijfster Carry van Bruggen. Hij wordt onderwijzer en verhuist naar Zaandam. In Amsterdam komt hij in aanraking met Henriëtte Roland Holst en Frederik van Eeden. Hij wordt Marxist en lid van de SDAP. Hij schrijft voor dagblad Het Volk maar studeert daarnaast rechten, doet doctoraal in 1909 en promoveert in 1916. Daar nog eens naast schrijft hij proza en poëzie en in 1904 komt zijn eerste boek uit. Dat verwekt nogal opschudding door de onomwonden wijze waarop hij de homoseksualiteit beschrijft. Geen wonder als blijkt dat hij ook homoseksueel is. Zijn tweede roman doet daar nog een schepje bovenop. Ondertussen heeft De Haan het socialisme de rug toegekeerd en wordt lid van de Zionistenbond. Hij wordt weer orthodoxer en besluit kort van WO1 dat hij naar Palestina wil om daar te helpen een Joodse staat op te bouwen. Hij vertrekt begin 1919.

Aangekomen in Palestina wordt hij politiek actief als een der leidende figuren in de Edah HaChareidis, een organisatie die streeft naar vreedzaam samenleven van Joden en Arabieren in Palestina. Ontevreden met de lijn van leiders der Joodse samenleving komt hij steeds verder weg te staan van het handelen der Zionisten. Het draait erop uit dat De Haan actief anti-Zionist wordt. Dat bekomt hem slecht; op maandag 30 juni 1924 wordt hij op de stoep van een ziekenhuis door drie pistoolschoten om het leven gebracht.
Na jaren pas blijkt dat die aanslag uitgevoerd werd door leden van de Hagana en dat betekent niet alleen de eerste politieke moord in Israël maar schokt niet alleen Palestina maar ook de rest van de wereld. In het Jodendom is het ondenkbaar dat de ene Jood de andere vermoordt.

Op deze sokkel op de Sint Anthoniessluis staat een gedicht van Jacob Israël de Haan:

Die te Amsterdam vaak zei 'Jeruzalem' en naar Jeruzalem gedreven kwam,
hij zegt met een mijmerende stem:
'Amsterdam, Amsterdam'

Oude afleveringen

Hieronder weer een keuzemenu naar oude afleveringen van het jaar 2018. De keuze 2014 t/m 2017 leidt naar de laatste aflevering van het betreffende jaar, met onderaan een eigen menu voor dat jaar.

2014 2015 2016 2017 wk01 wk02 wk03 wk04 wk05 wk06 wk07 wk08
wk09 wk10 wk12 wk13 wk14 wk15 wk16 wk17 wk18 wk19 wk20 wk21
wk22 wk23 wk24 wk25 wk26 wk27 wk28 wk29 wk30 wk31 wk32 wk33
wk34 wk35 wk36 wk38 wk39 wk40 wk41 wk42 wk43 wk44 wk45 wk46
wk47 wk48 wk49 wk50 wk51 wk52 oudjaar          
 
Aanmelden voor deze digitale uitgave    -    Afmelden voor deze digitale uitgave