weekblad-logo

week 08-2018

E-mailperikelen! Nog één week en uw webmaster gaat weer naar huis. Hopelijk gaat de e-mailverzending dan weer als vanouds, want vooral vorige week was het rampzalig. Sommigen van u kregen de mail pas op zondag, sommigen kregen hem drie keer. Excuses, excuses....

Fotoquiz snelste

De snelste met het goede antwoord op de opgave van vorige week was Jos Mol. Van hem komt dan ook de nieuwe opgave. Zijn oplossing kwam zo prompt binnen dat, ondanks dat sommigen de quiz pas zaterdag of zondag kregen, zij Jos toch niet hadden kunnen kloppen. Wij geven toe, zeker aanvechtbaar, maar iemand moet een nieuwe opgave leveren.
Jos hield het 'kortbij'. De vraag is:

Waar is dit?

Oplossingen via deze link

Foto: Stadsarchief Amsterdam

Oplossing vorige week

Na de taaie opgave van vorige week mocht er wel weer een makkelijke langskomen.
We kijken hier naar het einde van de Overtoom, waar die overgaat in de Amstelveenseweg. We staan in de Dubbele Buurt en zien rechts nog een deel van uitspanning en herberg 't Hof van Holland (1648-1927). Hoe Amsterdams deze plek is, beschreven we in de PDF over overtoom en Kostverlorenvaart.

Velen onder u memoreerden Autopon op deze plek of stuurden foto's daarvan.

Foto: Stadsarchief Amsterdam

 

Goede oplossingen kwamen van Jos Mol, Ria Scharn, Arjen Lobach, Maaike de Graaf, Age van der Veer, Mike Man, Anthony Kolder, Ton Brosse, Carol de Vries, Anje Belmon, Anna Denekamp, Fanta Voogd, Cor Fijma, Peter Pijst, Joke Verheul, Han Mannaert, Harry Snijder, Hans Goedhart, Aschwin Merks, Robert Raat, Ger Theuns, Wim de Rue, Hans van Efferen,

Fotoquiz: webmaster's keuze

Deze foto kwam in een bulk andere foto's langs toen iemand een hulpvraag instuurde. Hij is te leuk om niet te gebruiken. De firmanaam is weggepoetst om nog iets te puzzelen over te laten.
Kostelijke foto trouwens. De oudere panden rechts zijn op vlucht gebouwd, zoals de bouwverordeningen destijds gelastten. Het grote winkelpand niet en dat lijkt daardoor achterover te hellen. Dan weet u precies waarom destijds op vlucht gebouwd werd. Lees nog eens wk01 van 2015: Merkwaardigheden

Waar is dit?

Laat het ons weten via deze link

Foto: Stadsarchief Amsterdam

Oplossing: Ria's keuze

De zijstraat loopt af naar een lager gelegen punt. Een dijk dus? Of wat ooit een dijk was? Dat maakte de zoektocht een stuk eenvoudiger: Nieuwendijk, Zeedijk, Jodenbreestraat, Haarlemmerdijk? Het hoekhuis met nummer 47 bracht de oplossing voor degenen die dit traject volgden. Anderen beten zich vast in de fotograaf die we nog niet wilden prijsgeven. De foto is te jong voor fotografen als Rooswinkel en Oosterhuis. Breitner misschien?
Maakt niets uit welke weg u volgde, als u maar uitkwam op Haarlemmerstraat met doorkijkje door de Binnen Visserstraat richting Brouwersgracht. De foto werd inderdaad door George Breitner gemaakt.
Sindsdien is de gevel, inclusief de zijgevel van nr.49 flink verbouwd. Voor wie daar wel eens langs kwam, dit is de winkel die velen van ons kennen als die van rijwielhandel Presto. Die is inmiddels al weer naar de overkant verhuisd.

Foto: Stadsarchief Amsterdam

Goede oplossingen kwamen van Jos Mol, Arjen Lobach, Maaike de Graaf, Robert Raat, Mike Man, Anje Belmon, Anneke Huijser, Robert Raat, Hans van Efferen, Han Mannaert,

Heeft u ook een opvallende foto gevonden?

Laat ons meegenieten en stuur hem naar de redactie. Graag via deze link en alléén via deze link a.u.b.

Fotoquiz Waar? Wat?

Makkelijk? Lees dan eerst maar wat de vragen bij deze foto zijn.

Waar is dit?
Welk water moest eerst gedempt worden voordat de tram daar kon rijden?

Oplossingen graag via deze link

Foto: collectie DvdK

Oplossing vorige week

Amsterdam was het hart van financieel Nederland maar dat wilden ze weten ook. Elke onderneming die iets in Amsterdam voor elkaar wilde krijgen was aangewezen op de financiële instellingen in de stad en die lieten zich daarvoor riant betalen. In 1861 stichtten een achttal Twentse fabrieken op instigatie van Bankvereeniging B.W.Blijdenstein & Co een eigen bank in Amsterdam: de Twentsche Bankvereeniging C.V. met een kantoor op het Rokin 62. Financieel Amsterdam was ontdaan, was beledigd en liet alle slagbomen neer. De Twentse bank zou geboycot worden waar men maar kon. Helaas voor hen liep de bank van de Twentenaren als een trein, temeer omdat Blijdenstein de klappen van de zweep in de Londense bankwereld had geleerd en enkele daar geleerde nieuwigheden (bijv. consignatiekrediet) introduceerde waar ook anderen gebruik van wilden maken. Rokin 62 was snel te klein en de bank verwierf een aantal panden in de Spuistraat (138-144), liet ze afbreken en naar ontwerp van W.A. Froger dit nieuwe gebouw liet neerzetten (1873-'74).

Foto: collectie DvdK

Het was op de groei gebouwd en aanvankelijk werden een aantal verdiepingen verhuurd. Daaronder was zelfs een Amsterdamse bank: Boissevain & Co, de voorganger van Pierson & Co. Die huurders verdwenen de een na de ander en ook het gebouw in de Spuistraat werd te klein. Tot en met het Witte Huis aan de Raadhuisstraat kocht de bank alle panden in de Spuistraat op (en een aantal aan het Singel) en liet een tweede gebouw neerzetten (v.a. 1921). Dat gebouw reikte tot aan het Singel, maar de ingang bleef in de Spuistraat. Dit zou tot 1964 de zetel van de Twentse Bank blijven. In de Beeldbank zit nog een foto van die uitbreiding waarbij tijdens werkzaamheden de voormalige Donkere Sluis tevoorschijn kwam. Vandaag vindt u hier het P.C.Hoofthuis van de UvA. In 1917 werd de naam gewijzigd in Twentsche Bank N.V. en in 1964 fuseerde de bank met de Nederlandse Handels Maatschappij tot Algemene Bank Nederland.

Bron: Historisch Centrum Overijssel
Foto: Afbraak Twentse Bank, bron: Stadsarchief Amsterdam

Goede oplossingen kwamen van Arjen Lobach, Ria Scharn, Mike Man, Robert Raat, Jos Mol, Anna Denekamp, Hans van Efferen,

Met de camera op pad...

De gevel van dit van oorsprong dubbele woonhuis werd in de loop der eeuwen diverse keren stevig verbouwd. De ene na de andere gebruiker breidde ook nog uit door aangrenzende huizen op te kopen zodat het oorspronkelijke pand op deze foto al geen eigen ingang meer heeft. Achter de koets staat zo'n bijgetrokken pand. Dat uitbreiden is sindsdien nog even doorgegaan.

Welk adres heeft dit pand?

Uw oplossing graag via deze link

Foto: collectie DvdK (ook deze foto zult u tevergeefs in de Beeldbank zoeken, maar er zijn er van dit pand genoeg om te controleren)

Foto van vorige week

De firmanaam die verwijderd werd, luidde: Stoomrijstpelmolen AKYAB. Wanneer u dat in de Beeldbank nog eens controleert krijgt u een foto van het personeel dat voor de fabriek poseert. Het bijpassende adres is Nieuwe Achtergracht 184-188. De huidige "gebruiker" van deze plek is de UvA die vandaag zo'n beetje driekwart van het Roeterseiland in beslag neemt.

Foto: collectie DvdK

Goede oplossingen kwamen van Arjen Lobach, Carol de Vries, Hans van Efferen en Ria Scharn. Mike Man zocht het aan de juiste gracht maar had het verkeerde pand op 't oog.

Hulp gevraagd... en gekregen

En dan te weten dat we dit hoekpand in week 5 uitgebreid in beeld brachten. Toen was er sprake van een foto van de Utrechtsestraat met de bouwwerkzaamheden voor de Amsterdamsche Bank. Die nieuwbouw reikte tot de Herengracht en dit zijn de huizen aan die gracht, hoek Utrechtsestraat.

Goede oplossingen kwamen Arjen Lobach, Anje Belmon, Han Mannaert, Harald Advokaat, Robert Raat, Ria Scharn,

Halsgevel of klokgevel?

Enkele maanden geleden presenteerden wij u een artikel en een PDF over de architect Philips Vingboons, die rond 1640 zijn classicistische versie van het smalle Amsterdamse woonhuis introduceerde. Dat type noemen we sindsdien halsgevel en Vingboons kreeg vele navolgers. Het was niet altijd even stijlgerecht wat andere architecten bouwden. De huizen werden van baksteen gebouwd i.p.v. met natuursteen, pilasters werden weggelaten en op zich kostbare sierelementen als klauwstukken werden van baksteen gemaakt. Als het klauwstuk in het vlak van de gevel opgebouwd werd krijgen we een overgangsvorm naar de klokgevel. Architectuur-theoreticus J.J.Vriend noemt de gevel hiernaast, Spuistraat 13 (1663), een klokgevel, ook al zijn er nog wel (gemetselde) pilasters te zien, die aan een halsgevel doen denken. Een punt van verhitte discussies: is dit een hals- of een klokgevel? Onderstaande gevel laat geen twijfel over: dat is een klokgevel.

Beide foto's: Stadsarchief Amsterdam

Amsterdam en de stoepen

In week 46 van 2016 schreven wij uitgebreid over de stoepen van Amsterdam, hoe het zo gekomen was en hoe de Gemeente Amsterdam in de 19de eeuw daar anders over ging denken. Men stelde namelijk dat stoepen op gemeentegrond stonden en dus onderhevig waren aan precario, een soort belasting op boven gemeentegrond uitstekende delen van huizen. Voor u verder gaat kunt u beter even opfrissen wat we toen schreven: Stoepen nader bekeken.
Daaruit leren we dat in het Middeleeuwse Amsterdam de aanwonenden zorg droegen voor het onderhoud van de wegen en dat daaruit ontstond dat men ook vrijelijk over de weg beschikte, met instemming van of tenminste gedogen door de overheid. In 1561 volgde een keur die gebruik van de openbare ruimte buiten de rooilijnen regelde. De stad stelde toen dat bouwen buiten de rooilijn onderhevig was aan vergunning. Ter gelegenheid van de grote uitbreidingen van 1613 en 1662 werden regels opgesteld over de hoogte en breedte van stoepen, maar de stad was de eerste die daarbij de hand lichtte. De regels werden voor de Vierde Uitleg zelfs aanzienlijk versoepeld, wat hogere stoepen dan in de Derde Uitleg opleverde. Pothuizen waren echter verboden. Ook al was de precario toen al gebruikelijk, voor stoepen werd die - voor zover wij weten - niet geheven. In de praktijk werden stoepen en vooral de ruimte tussen stoepen ingelijfd bij het huis.

Foto: VVAB

In de 19de eeuw was het begin van 'onze' Industriële Revolutie en het groeien van de economie het keerpunt. De aanzet kwam van bewoners zelf. Sommige straten veranderden in winkelstraten zoals de Kalverstraat en de radiaalstraten, en om de winkelruit toegankelijker te maken verwijderde men eventuele stoepen en andere obstakels. De volgende stap was vanaf 1862 de verwijdering van stoepen uit smalle verkeersaders als Halsteeg, Molsteeg, enzovoort. Dat gaf al meer weerstand maar nu trad de stad fermer op, in het belang van de doorstroming. De stad formuleerde in dat jaar de normen voor stoepen, pothuizen, enzovoort en voerde de heffing van precario in. Vooral dat financiële effect bracht mensen in het geweer. Het standaard verweer was het gewoonterecht dat ontstaan was door jarenlang gedogen van uitbouwsels en dat de stad niet zomaar de regels kon veranderen. In 1896 volgde een opname van uitbouwsels en de sommatie die te verwijderen of er precario over te betalen. Het gebakkelei nam 40 jaar in beslag, niet in 't minst omdat de stad het niet op de spits wilde drijven. Kort voor de Tweede Wereldoorlog bracht de stad de kwestie voor het gerecht en kreeg van de Raad van Beroep voor de Directe Belastingen gelijk. Daarna kwam de zaak voor de Hoge Raad die de stad eveneens in het gelijk stelde. Sindsdien kan de stad naar believen stoepen en andere uitbouwsels laten verwijderen als de omstandigheden dat vergen. En belasting betalen zullen ze!

Tekening: Kalverstraat in 1848; bron: Stadsarchief Amsterdam

De stelling lijkt gerechtvaardigd dat alle stoepen en pothuizen op gemeentegrond staan. Lijkt..., maar niet altijd waar. Hiernaast een foto van een uniek huis, waarbij het grootste deel van het pothuis op eigen grond staat: Beulingstraat 27, zijde Herengracht. Dit laatste blok huizen voor het Koningsplein kreeg door de gewijzigde plannen voor de Vierde Uitleg een andere rooilijn en de aanwonenden kregen in 1658 de gelegenheid de driehoekige strook grond voor hun deur te kopen. De meesten bouwden een nieuwe voorgevel en verlengden hun huis. De laatste erven voor het Koningsplein bouwden zelfs een heel nieuw huis voor het oude. Zo'n huis kwam tevoorschijn bij afbraak van Herengracht 437: daar achter stond De Oude Man. Aan de andere kant, het hoekhuis aan de Beulingstraat, vond men het allemaal niet de moeite waard, kocht het puntje grond voor ƒ51:3:0 en verlengde alleen het pothuis. Wel tot de voorgeschreven maximale maat buiten de nieuwe rooilijn!

Foto: Stadsarchief Amsterdam

Column: Omstreden zieneres Martine Wittop Koning

as in 1884 kwam Martine (1870-1963) met haar ouders in Amsterdam wonen. Tegen haar zin werd Martine door haar moeder ingeschreven voor de eerste huishoudschool aan de Prinsengracht. De weerzin verdween en zij voelde zich prima op die school. Zo zelfs dat zij een lerarenopleiding volgde en in 1893 gediplomeerd kookschoollerares werd. Op dezelfde huishoudschool waar ze begon, kreeg ze een aanstelling als inwonend lerares. In 1895 verhuisde ze met de school naar het Zandpad.
Buiten de school was ze ook actief door zich aan te sluiten bij een aantal vrouwen dat een ander leef- en eetpatroon propageerde. Ze schreef voor de Maatschappij tot Nut van ’t Algemeen twee brochures. In 1900 werd ze secretaris van de Bond van Leraressen bij het Huishoudonderwijs. In die hoedanigheid raakte ze in conflict met het bestuur van haar eigen school, door zich te mengen in een competentiestrijd tussen leraressen en schoolbestuur. In 1904 werd zij daarom ontslagen maar met haar nam het grootste deel der leraressen en de directrice Suze Meyboom ontslag. Samen richtten zij in 1906 een nieuwe huishoudschool op in de Gabriël Metsustraat, waar ze tot 1935 actief bleef als lerares.
Martine Wittop Koning is de productiefste kookboekenschrijfster uit de Nederlandse geschiedenis. Zuinig, smakelijk, hoge voedingswaarde en eenvoudig en goedkoop te bereiden waren de steeds terugkomende kernbegrippen in haar werk. Haar basis-kookboek voor de Nieuwe Huishoudschool bereikte een oplage van 310.000 exemplaren. Ook schreef ze kookboekjes voor een aantal voedselproducenten.

Deze dubbele pet zou haar op de nodige kritiek komen te staan, vooral bij de arbeidersklasse.
Wat haar ook niet in dank afgenomen werd, was haar strijd voor vegetarisme en geheelonthouding. Ook hierin lieten vooral de lagere klassen zich niet de wet voorschrijven. Haar alternatief voor vlees (peulvruchten) was ook moeilijk smaakvol te krijgen.
Aan de andere kant was zij ook onder vegetariërs niet onomstreden; in haar kookboeken bleef ze recepten met vlees beschrijven. In 1919 werd ze gedwongen haar positie in het hoofdbestuur van de Vegetariërsbond op te geven.

Martine werd in 1916, midden in de Eerste Wereldoorlog,  medeoprichter en bestuurslid van de Centrale Keuken in Amsterdam. Omdat er veel commentaar bleef op het functioneren van de Centrale Keuken kreeg Martine de nodige spot en scheldkanonnades te verduren. Opnieuw speelden haar connecties met voedselproducenten haar parten. Zij werd beschuldigd met haar fanatisme het plezier aan koken en eten te vergallen. Zij zou schuld hebben aan de teloorgang van de Nederlandse “burgerkeuken”.
Onder vakgenoten genoot en geniet ze nog steeds het nodige aanzien. Pogingen om haar als profetes van de volkspot te rehabiliteren zijn min of meer mislukt. En geef toe…, ook al heeft u nog een exemplaar van een van haar boeken tussen de andere kookboeken staan, heeft u wel eens iets daaruit bereid?

Martine Wittop Koning bleef haar hele leven ongehuwd.

Deze week honderd jaar geleden

Zaterdag 23 februari 1918 - Een militaire patrouille, bestaanden uit twee soldaten en een sergeant brachten een deserteur (Want) van politiebureau Nes naar de Oranje-Nassaukazerne. Bij het passeren van een café kwam een stel opgeschoten jongens naar buiten die de patrouille aanviel en probeerde de deserteur te bevrijden. De militairen losten een aantal schoten waarvan drie op de vluchtende deserteur, die dodelijk geraakt werd. Ook enkele van de aanvallers werden geraakt, waarvan één ernstig. De familie van Want wil de begrafenis vanuit het ouderlijk huis op de Krom Boomssloot laten plaatsvinden, maar de legerleiding dringt aan op een militaire begrafenis. De familie weigert dit aanvankelijk maar wordt zodanig bewerkt dat ze uiteindelijk toestemmimg geven.

Woensdag 27 februari 1918 - De Gemeente geeft opdracht aan de Amsteldijk nabij de Watertoren een houten noodremise voor de Gemeentetram Amsterdam (GTA) te bouwen. Na tien jaar zou deze remise vervangen worden door de Remise Lekstraat. Toen die in 1929 in gebruik genomen werd was het de grootste tramremise van Europa. Op de plaats van de noodremise ligt nu de Waverstraat.

Oude afleveringen

Hieronder weer een keuzemenu naar oude afleveringen van het jaar 2018. De keuze 2014 t/m 2017 leidt naar de laatste aflevering van het betreffende jaar, met onderaan een eigen menu voor dat jaar.

2014 2015 2016 2017 wk01 wk02 wk03 wk04 wk05 wk06 wk07 wk08
wk09 wk10 wk11 wk12 wk13 wk14 wk15 wk16 wk17 wk18 wk19 wk20
 
Aanmelden voor deze digitale uitgave    -    Afmelden voor deze digitale uitgave