Fotoquiz Amsterdam - Theo Bakker's Domein

Theo Bakker's DomeinHieronder staat een historische foto of prent van een topografische situatie in Amsterdam en u raadt om welke gebouw, straat, plein, gracht, enz. het gaat. Hieronder staat ook een link, waarmee u de oplossing kunt doorsturen. De eerste goede oplossing wint en stuurt dan, na mijn uitnodiging, de volgende opgave in. De foto of prent haalt u uit de rijke collectie van het Stadsarchief Amsterdam. Uw keuze ligt in principe binnen de Singelgracht of u bent van mening dat een beetje Amsterdammer de situatie moet herkennen. Als de afbeelding van buiten de Singelgracht is zal dat uitdrukkelijk vermeld worden.

De winnaar van vorige week was José Goud. Hieronder haar afbeelding voor week 26. Stuur uw oplossing via deze link.

Nog niet eens zo lang geleden, dat deze steeg onderwerp van een quizopgave was. Alleen keken we toen de andere kant uit.

Oplossing vorige week: Houtkopersburgwal, hoek Uilenburgergracht - brouwerij De Waereld

Ik weet niet of mijn artikel over Amsterdamse bierbrouwerijen Anna op een idee heeft gebracht, maar haar opgave sluit daar in ieder geval prima bij aan. Op de aquarel van Gerrit Lamberts, gemaakt in 1816, zien we bierbrouwerij De Waereld aan de Houtkopersburgwal. In de beschrijving lezen we dat de brouwerij in 1833 zijn deuren sloot. De oudst bekende kadasterkaart is bijgewerkt tot 1832 zodat op het onderstaande fragment de gebouwen van De Waereld te zien moeten zijn. Op de kadasterkaart van 1853 zijn die gebouwen verdwenen. (Inzet: logo De Waereld)

Er wringt iets in de beschrijving van de aquarel; de laatst actieve brouwer Jan Hillegaart verkocht op 18 april 1758 de brouwerij, compleet met mouterij, inventaris en alle gereedschappen aan Barend Luykink voor ƒ 44.000,-. Luykink was eveneens brouwer maar hij kocht De Waereld niet om er te brouwen, maar om haar te saneren. Hij deed dat ook niet voor eigen rekening maar in opdracht van de Sociëteit der Brouwers, het vroegere Brouwersgilde. Die sociëteit nam zelf het initiatief de branche ‘op te schonen’ en het bleef niet bij De Waereld alleen. Dezelfde Luykink had in 1753 al brouwerij De Engel op de Prinsengracht opgekocht en gesloten. Uit de doorverkoop van De Waereld blijkt de bedoeling; op dezelfde dag 18 april 1758 worden de gebouwen aan Gerrit Braamcamp doorverkocht, zonder de gereedschappen en de inventaris van de brouwerij en onder voorwaarde dat in de gebouwen gedurende 99 jaren geen brouwerij gevestigd zou worden. Deze clausule was al eerder met Braamcamp in een contract overeengekomen. Ook Gerrit Braamcamp is geen onbekende naam in Amsterdam en dan gaat het meestal om de wijnkoper, destillateur en kunstverzamelaar die van 1699 tot 1771 leefde. Het is niet ondenkbaar dat Braamcamp De Waereld kocht om te laten omschakelden op destillatie van sterke drank of het opslaan van vaten wijn.
Blijft toch het bijschrift uit 1816, dat het hier om een brouwerij gaat terwijl er ook een bierpaal en een waterschuit (gecorrigeerd) afgebeeld worden. We moeten aannemen dat dit weer eens een historiserende plaat is van Lamberts. Hij had ooit een hele stapel tekeningen van een overleden topografische tekenaar (H.P.Schouten?) bemachtigd en had al veel tekeningen gekopieerd zonder de stoffering aan te passen. Het zal dus eerder zo zijn dat de brouwerij niet in 1833 zijn deuren sloot maar dat de gebouwen toen werden afgebroken.

Het grondstuk bleef tientallen jaren braak liggen; aan de Uilenburgerstraat werd wel een nieuwe manufacturenfabriek gebouwd, maar het erf daar achter aan het water van de Uilenburgergracht bleef liggen tot 1878. In dat jaar begon de bouw van de stoom-diamantslijperij van de gebroeders Israël, Marcus en Hartog Boas, die in 1879 in bedrijf kwam. De broers waren hun bedrijf in 1870 op de Nieuwe Keizersgracht 16 begonnen, maar hun tweede stap leverde op dat moment meteen de grootste slijperij van Europa op, met 357 slijpers aan evenveel slijpmolens, 122 verstellers, 142 leerlingen en 52 loopjongens.
In de crisisjaren na 1930 stortte de handel in; Boas probeerde de slijpmolens aan particuliere slijpers te verhuren maar de sluiting van het bedrijf was onvermijdelijk. Tot WO2 werd het gebouw door allerlei werkplaatsjes gebruikt en na 1940 werd het door de bezetter gevorderd. Ook na de oorlog bleef het moeizaam om het gebouw rendabel te laten zijn en vonden allerlei bedrijfjes (textiel, manufacturen, pantoffels, enz.) er een onderkomen.

In 1990 kocht Samuel Gassan het pand en begon aan een ingrijpende restauratie en renovatie van het gebouw. Toen hij klaar was startte hier Gassan Diamonds, waar tot vandaag de toeristen met busladingen aangevoerd worden om diamanten aan te verkopen. Interessant aan Samuel Gassan is dat hij als leerling-slijper bij Boas was begonnen.
Recente Street View van Nwe Uilenburgerstraat met rechts de achterkant van de gebouwen aan de Jodenbreestraat (ter vervanging van het Maupoleum) en er tussen het water van de Houtkopersburgwal.

Miss Marple

Brouwersgracht 258, orgelverhuurbedrijf Henk Möhlmann

Koelbloedig fileerde Maaike de Graaf deze raadplaat in de onderdelen die houvast konden bieden: pierementen, firmaborden, notenbalk en de hint 'Warnies'. Ikzelf had al naar krantenadvertenties van zeilmakerij Schouten gezocht en niets gevonden. Niet al te makkelijk dus, dacht ik, dan kan deze plaat wel. Maar ik had niet op de vasthoudendheid van Maaike gerekend: zij vond het adres in een handomdraai: Brouwersgracht 256.
Ook Jan van Blanken had dit traject ontdekt. Maaike heeft echter het boekje dik verdiend vanwege de beschrijving van de hele zoektocht.

"Mijn zoektocht is begonnen met de zeilmakerij van Schouten op te sporen. Uiteraard heb ik daarbij gebruik gemaakt van de digitaal beschikbare kranten. Zo kwam ik op de Brouwersgracht nummer 256 uit. Daarna de Beeldbank van Amsterdam geraadpleegd. Met de locatie als zoekterm krijg je een foto (links) te zien. Na inzoomen is zowel het bord van zeilmaker Schouten zichtbaar, als bij de buren op nummer 258 de aanduiding 'DRAAIORGELS',  wat zou kunnen duidden op een stalling voor draaiorgels".

Dat klopte aardig met de pierementen op de raadplaat.

Draaiorgels in de Jordaan, dan valt toch meteen de naam Perlee, of niet? Maaike zocht opnieuw in kranten met als aanvulling de naam Perlee. Ze vond een groot artikel, notabene in de Leeuwarder Courant van 1957. Ook hier kwam de naam Warnies naar voren en tevens van de tweede draaiorgel-verhuurder in Amsterdam: Henk Möhlmann.
"Daarna ben ik gaan zoeken op Warnies en stuitte op info in de De Waarheid van 1950, welke ik weer ontleend heb aan het artikel over het draaiorgel en over Leon Warnies in het bijzonder.
De twee kleinzonen van Warnies zijn Gijs Perlee en Henk Möhlmann".

En dan die notenbalk. Daar had Maaike niet veel aan: "Voor wat betreft het noten kunnen lezen: nu kan ik toevallig noten lezen, maar ik kon er geen ‘chocola’ van maken zogezegd. Uit het notenschrift kon ik dat niet opmaken omdat het niet scherp genoeg was (of ik moet een ander brilletje aanschaffen). Echter na een speurtocht op de Beeldbank en inzoomen heb ik de oplossing gevonden".
Ik kon ook geen scherpere afbeelding plaatsen, want dan was het raadsel weggegeven. Het zijn geen noten maar letters. De versierinkjes moeten de indruk wekken dat het om noten gaat. Dat is de foto hierboven, een detail uit deze afbeelding. Tot zover Maaikes zoektocht. Raadsel opgelost.

En nu nog even over de foto die Ruud van der Sluis stuurde en die zojuist toch weer een heel verhaal over historisch Amsterdam opleverde. Hij vertelde bij de foto dat een oom van zijn vrouw vroeger orgeldraaier was. Van hem bestaan nog maar vier foto's, steeds mét orgel. Zijn naam was Frits Dreijhus. Hiernaast een van die foto's van Frits.

Over draaiorgels....
Liefhebbers van draaiorgels zijn er in soorten en maten. Soms rollen ze vechtend over de vloer over technische futiliteiten, soms staan ze gearmd en met tranen in hun ogen naar hun favoriete instrument te luisteren. Hoe het draaiorgel in Amsterdam terecht kwam is een heel verhaal. In het kort komt het er op neer dat Leon Warnies zgn. 'orchestrions' uit Frankrijk importeerde, als dansorgel, als kermisorgel en op een kar gebouwd als straatorgel. Hier een luistervoorbeeld van de klank van het orchestrion De Wilhelmina. Dat ging goed zolang de orgels stationair opgesteld stonden. Het straatorgel echter had van twee dingen erg veel last: van bestrating met kinderhoofdjes raakten de orgels makkelijk ontstemd en door het straatrumoer werden ze makkelijk overstemd. Carl Frei uit het Duitse Schiltach, die tijdelijk naar Breda verhuisde, had voor beide problemen een oplossing en hij begon orchestrions om te bouwen zodat ze luider klonken en beter bestand waren tegen schokken. Dat werd het huidige draaiorgel. Hier onder staat een link naar de Kring van Draaiorgelvrienden met o.a. een site vol specifieke informatie.

De Belg Leon Warnies (1835-1903) had al een avontuurlijk leven achter de rug als kermisreiziger en variétéartiest toen hij in 1874 in Amsterdam neerstreek. Hij werd op het schip, dat hem vanuit Zuid-Amerika terugbracht naar Europa, door blikseminslag in de mast blind en moest steeds begeleid worden als hij zijn huis wilde verlaten. In 1875 streek hij in de Amsterdamse Jordaan neer en daar zou hij zich werpen op het importeren en verkopen van orgels, van buikorgel tot dansorgel. Hij zorgde ook voor de muziek op die orgels, eerst de cylinders met pennen, later de draaiboeken.
De anecdote gaat dat hij vanuit de woning met het bonken van zijn stok aangaf hoeveel tandjes de stemsleutel nog moest draaien om op toon te komen. Zijn echtgenote Suzanna van Himste (1845-1910) nam een flink deel van de zakelijke leiding op zich en was goed in de contacten met de huurders van orgels, vaak arme sloebers. Suzanna was ook zeer sociaal bewogen en verleende allerlei hulp aan buurtbewoners. Zij was dan ook ongekend populair in de Jordaan.

Leon Warnies had twee dochters Sus en Tume, of officieel Maxima Suzanna (trouwde met Hendrik Möhlmann) en Leontine Ermina (die trouwde met Gijsbert Perlé). Dat werden de moeders van respectievelijk Henk Möhlmann en Gijs Perlee Jr (i.p.v. Perlé). Deze kleinzonen zetten in de vorige eeuw het werk van opa voort door draaiorgels te laten bouwen, te verhuren, te onderhouden en te stallen! Dat was Gijs Perlee in de Westerstraat en Henk Möhlmann op de Brouwersgracht 258.

De familie Warnies kwam in 1895 op het adres Brouwersgracht 214 wonen, na jarenlange omzwervingen in de Jordaan. Het onderstuk kende toen nog een diepe loods op de begane grond en was verder zó groot (vier woonlagen) dat de complete familie met aanhang er kon wonen.
Na het overlijden van Leon Warnies in 1903 werd het bedrijf voorgezet door zijn zonen Leon jr. en Gabriël onder streng toezicht van de weduwe Suzanna. Toen dat toezicht door plotseling overlijden in 1910 wegviel ging het bergaf met de zaak en in 1923 werd de hele handel - 54 orgels - via een opzienbarende veiling in Frascati verkocht. De weduwe van Hendrik Möhlmann, Suzanna, kocht uit die boedel een aantal orgels terug en zette de orgelverhuur met haar zoon Henk voort. Gezien deze gang van zaken lijkt het geen vrijwillige verkoping te zijn geweest (let op, gecorrigeerd). Leontines man Gijsbert was in een ander circuit ook met orgels bezig, had eerst de broers Warnies geassisteerd en was na 1910 alleen verder gegaan. Dat werd de Perlee-tak van Leon Warnies' erfenis.

Nu zitten we nog met het verschil tussen Brouwersgracht 214, de basis van het Warnies-imperium, en nummer 258 van de raadplaat, de werkplaats van Möhlmann. De overgang van Warnies op 214 naar Möhlmann op 258 schijnt niet gedocumenteerd, maar het meest waarschijnlijke scenario is het "faillissement" in 1923 en het verplicht ontruimen daarna. Nummer 214 was inderdaad een groot woon/werkpand naast de serie pakhuizen 'het Groene Hert' (204-212). Nummer 214 was in 1871 verbouwd van pakhuis tot kuiperswerkplaats met vier woonlagen daar boven. Het pandje 258 was veel kleiner met maar twee woonlagen erboven.

Als u uw oude jaargangen Ons Amsterdam heeft gekoesterd vindt u uitgebreide artikelen over Leon Warnies en Henk Möhlmann in Jg.37 (1985), pp.30-35 en over de familie Perlee in Jg.35 (1983), pp.9-11.

Op YouTube staat een geluidsopname van o.a. het Möhlmann-orgel De Klok. De foto erbij is genomen op de Oranjebrug over de Brouwersgracht. Dicht bij de stalling van Möhlmann dus.
http://youtu.be/0HhE1TyzIpE

Nog meer orgelklanken via YouTube.

Weet u precies hoe een draaiorgel werkt? Grondige uitleg vond ik alleen in kinderprogramma's, maar als u 't echt niet weet zijn deze links een manier om er achter te komen. Klokhuis geeft nog de beste info.

Willem Wever: http://www.youtube.com/watch?v=w-yQKxW-p3U#t=11

Klokhuis: http://www.youtube.com/watch?v=FAYpZ2AcVRo en sla gerust de eerste 2min15 over.

Nog veel meer informatie over draaiorgels vindt u op de site van de Kring van Draaiorgelvrienden.

YouTube

Gerrit Schuurman is druk in de weer met het plaatsen van filmpjes over Amsterdam. Ik vond deze nieuwe voor u: Verdwenen stadsgezichten. Klik de afbeelding om af te spelen.

Oud-Amsterdammer wordt AmsterdamseKrant

De Oud-Amsterdammer heeft zijn laatste editie uitgebracht. Om de opvolger, de Amsterdamse Krant digitaal te blijven ontvangen dient u zich opnieuw in te schrijven. Doe dat door deze link te klikken: www.amsterdamsekrant.nl

Het Stadsarchief op Facebook

Als u een account op Facebook heeft kunt u genieten van een selectie Beeldbank-foto's op hoge resolutie. Klik deze link. Let maar niet op de reacties..., typisch Facebook.

Deze week honderd jaar geleden

26, 27 en 28 juni 1914 vierde de Roei- en Zeilvereniging De Amstel zijn 40-jarig bestaan. Waarom juist op die dagen en niet in september is niet duidelijk. De oprichting vond plaats op 11 september 1874 in sociëteit Concordia. Het eerste onderkomen vond de vereniging in de Amsteljachthaven bij de Hogesluis.

In 1876 kreeg De Amstel eerst één boog onder de Hogesluis en later een tweede ter beschikking. Dat duurde niet lang! In 1881 besloot de gemeente Amsterdam de brug te verlagen ten dienste van de paardentrams van de AOM en in 1882 werd De Amstel de huur opgezegd.

Na veel geschipper, in overdrachtelijke zin dan, kon in 1885 een in de Amstel gebouwd clubhuis betrokken worden. Dat gebouw was een heel vroege schepping van architect Bert Johan Ouëndag en het stond aan de Amsteldijk tegenover de 2e Jan Steenstraat, schuin tegenover het clubhuis van De Hoop aan de Weesperzijde.

Op de foto is het clubhuis van De Amstel links en dat van De Hoop aan de rechteroever.

Ook daar zou De Amstel niet eeuwig blijven; op 29 april 1954 betrok de vereniging een nieuw clubhuis aan de Hobbemakade 122, opnieuw met de voeten in het water, nu van de Boerenwetering. Het gebouw, samen met twee aangrenzende dienstwoningen, was ontworpen door Arthur Staal.

Oude afleveringen

Week 01

Week 14

Week 27

Week 40

Week 02

Week 15

Week 28

Week 41

Week 03

Week 16

Week 29

Week 42

Week 04

Week 17

Week 30

Week 43

Week 05

Week 18

Week 31

Week 44

Week 06

Week 19

Week 32

Week 45

Week 07

Week 20

Week 33

Week 46

Week 08

Week 21

Week 34

Week 47

Week 09

Week 22

Week 35

Week 48

Week 10

Week 23

Week 36

Week 49

Week 11

Week 24

Week 37

Week 50

Week 12

Week 25

Week 38

Week 51

Week 13

Week 26

Week 39

Oudejaarsquiz

Weeknummers die dit jaar nog moeten verschijnen betreffen opgaven van vorig jaar.
Het heeft geen zin oplossingen van oude quizvragen in te sturen. De uitslagen zijn immers al gepubliceerd.

Als snelheid belangrijk is zou het prettig zijn als u precies wist wanneer de nieuwe opgave geplaatst wordt. Dat kan !   U kunt zich op de mailinglijst laten zetten via deze link.