weekblad-logo

week 19-2016

Fotoquiz snelste

Het juiste antwoord op de vraag van vorige week kwam niet. Daarom een nieuwe opgave uit de reservebak. Helemaal niet zo'n oude foto. Winkelopschriften genoeg om mee te stoeien.

Waar is dit?
Welke winkel kwam er voor deze afbraak in de plaats?

Oplossingen via deze link

Oplossing vorige week

Keizersgracht 233-237 met links een huis in de Hartenstraat.

Dit was duidelijk "een brug te ver" voor de deelnemers. Zelfs als je hier dagelijks langsloopt valt het kwartje niet onmiddelllijk.

Dit is nog maar weer eens een aansporing de opgaven niet zó moeilijk te maken dat er geen oplossingen binnenkomen. We krijgen liever veel post!

Nog even ter overtuiging...

De goede oplossing kwam niet.

Fotoquiz: Erwin's keuze

Erwin Meijers kwam deze prentbriefkaart tegen. Na enig puzzelen kwam hij erachter waar dit is, of liever was. Het is onwaarschijnlijk dat u vandaag nog één baksteen op dezelfde plaats aantreft.

Waar is dit?

Uw oplossing via deze link.

U kunt ook zelf afbeeldingen insturen als opgave voor deze rubriek. Graag via deze link.

Oplossing: Otto's keuze

Frederiksplein 37. Foto: SAA

Op de foto de verbouwing van de Frederiksschool - alias Vluchthaven -tot ASVO-school. Deze school heeft een hele geschiedenis.

Ze staat aan het Frederiksplein en werd in 1873 geopend als burgerschool voor meisjes. Al in 1876 werd het een ULO 2e klasse voor meisjes en werd de naam veranderd in Frederiksschool. Nog weer iets later, in 1886, werd de school 4e klasse voor meisjes.
Tijdens WO2 werd de school aangewezen als verzamelschool voor niet-joodse leerlingen die tot dan op gemengde scholen (met joodse leerlingen) les kregen. Als pendant kwam er in de Voormalige Stadstimmertuin een Frederikschool (met één 's') speciaal voor joodse leerlingen met uitsluitend joods onderwijspersoneel. Lees meer over de 'ont-joodsing van de Amsterdamse scholen tijdens WO2.
Maaike de Graaf verzamelde een aantal krantenknipsels over de bestemmingen van dit gebouw ná de oorlog.

Direct na de oorlog, in mei 1945, werd in deze school de Vluchthaven gevestigd. Het was geen school maar meer een internaat en bedoeld voor ontspoorde jeugd, waarbij de hoop bestond dat zij weer op het rechte pad zouden komen als ze uit hun milieu weggehaald werden.

In 1952 werd het gebouw toegewezen aan de ASVO (Amsterdamse Stichting voor Opvoeding en Onderwijs). De Vluchthaven kreeg een nieuw onderkomen, maar dat was nog niet zo snel gevonden. Het gebouw moest voor de 300 kinderen van de ASVO aangepast en gemoderniseerd worden en dat nam een paar jaar in beslag. In 1954 kon de ASVO het gebouw in gebruik nemen.

De kinderen van de Vluchthaven kregen de Floraschool in Amsterdam-Noord toegewezen, maar ook die moest eerst verbouwd worden. Die had jaren als fabrieksruimte gediend. In de tussentijd werden de kinderen ondergebracht in een school in Betondorp en het Amsterdamse kinder-vakantiehuis in Oud-Valkeveen.

Op deze foto is de locatie wat beter te herkennen. Links begint de Achtergracht, het laatste stukje dat daarvan over is. Rechtsachter is het Oosteinde. Foto: SAA

De scholen voor de kinderen van de hogere sociale klasse (burgerscholen, waar immers meer schoolgeld werd betaald) zoals de openbare burgerschool voor meisjes op het Frederiksplein, hadden een meer opvallende stedenbouwkundige positie. Gebouwen met meer classicistische detailleringen zoals gepleisterde blokvormige gevels, pilasters, frontons en Romeinse cijfers. Deze school was geen ensemble van drie gebouwen, zoals bij de armenscholen, maar een groot symmetrisch gebouw met twee bouwlagen en een kap. De gevel had een midden- en twee zijrisalieten bekroond met frontons. In de zijpaviljoens lagen monumentale ingangen met trappen en op de verdieping was de verticale richting benadrukt door grote raampartijen. Links was de woning van het hoofd der school en rechts de gymzaal met erboven een speelzaal. De risalieten hadden ter hoogte van de kap raampartijen met pilasters. Bron: Schoolvoorbeelden

De goede oplossing kwam van Maaike de Graaf.

Fotoquiz Wat? Waar?

Weer eens een bouwfoto. Het barst van de aanwijzingen dus ik laat het hierbij. Foto: pinterest.com

Wat? Waar?

Oplossingen graag via deze link.

Oplossing vorige week

U begrijpt hopelijk dat er een stuk van de foto van vorige week afgesneden was? Dat dit de achterkant van Tuschinski is staat er namelijk met grote letters op. Het oude pandje ernaast was natuurlijk het eigenlijke onderwerp van de quizfoto. Dat stond achter een der vroegste bioscopen van Amsterdam: Nöggerath, met zijn front aan de Reguliersbreestraat. Het pandje er achter was een voorloper van die bioscoop en op de foto links, nog zonder Tuschinski, is dat nog te lezen.
Rechts ervan begint de Schapensteeg, veelvuldig genoemd bij de oplossingen.

Foto: Stadsarchief Amsterdam (SAA)

Natuurlijk is het pandje gesloopt en door een nietszeggend baksteengeval vervangen.

Lees meer over de pioniers van de Amsterdamse bioscoopwereld in het uitgebreide werkstuk van Bram Huyser. Klik de afbeelding.

Goede oplossingen kwamen van Kees Huyser, Mieke Hebink, Arjen Lobach, Ria Scharn, Han Mannaert, Dick van der Kroon, Maaike de Graaf, Minne Dijkstra, Anna Denekamp, Robert Raat en Otto Meyer.

Met de camera op pad...

Waar eens een foto van Carol de Vries. Eén tip krijgt u bij voorbaat mee: deze foto maakte hij twee minuten na de vorige foto (week 9) toen hij op de Sarphatikade stond.

Waar is dit?

Uw oplossing graag via deze link.

Foto van vorige week

Niet alleen de Nieuwezijds Voorburgwal tussen Hekelveld en Nieuwezijds Kolk (foto hieronder) was op weekdagen een chaos met ladende en lossende vrachtauto's van bodediensten, maar ook de Spuistraat op dezelfde hoogte. Daarvan is deze foto een voorbeeld. Geen doorkomen aan!!
Dat duurde totdat in februari 1957 het nieuwe distributiecentrum aan de Pontanusstraat geopend werd.

Beide foto's: Stadsarchief Amsterdam (SAA)

Goede antwoorden kwamen van Anneke Huijser, Arjen Lobach, Henk Swart, Ton Hupkens, Kees Huyser, Han Mannaert, Jos Mol, Ria Scharn en Anna Denekamp.

Jacob van Lennepkanaal

Wist u dat het Jacob van Lennepkanaal voor het grootste deel door een particuliere onderneming is gegraven? Amsterdam begon op het eigen grondgebied in 1884 te graven, maar had geen zeggenschap over het deel van de polder dat toen nog tot Nieuwer-Amstel behoorde. Veel bouwgrond in de Stads- en Godshuispolder was opgekocht door de bouwonderneming 'Overtoom' van architect en projectontwikkelaar Nicolaas Redeker Bisdom. Ook de delen op het grondgebied van Nieuwer-Amstel waar het kanaal ontworpen was.

Het kanaal kwam helemaal niet voor in de uitbreidingsplannen zoals nog geen tien jaar daarvoor gepresenteerd door Ir. Kalff. Zeker is het niet maar het vermoeden bestaat dat tijdens de werkzaamheden de behoefte ontstond de Overtoomsevaart te dempen en een parallel kanaal te graven. De Overtoomsesluis had een enorme sluiskolk en dat zal de schutsnelheid nadelig beïnvloed hebben. De schepen en schuiten die de sluis door de Overtoomsevaart benaderden kwam aan de kop van de wachtrij in de Kostverlorenvaart aan en dat zal veel bedonder gegeven hebben. Door het graven van het Jacob van Lennepkanaal zou alles opgelost zijn.
De basis voor het nieuwe kanaal lag er al kant en klaar. Het was namelijk een bestaande weersloot van de Stadspolder. Die moest natuurlijk wel verbreed worden en dat ging ten koste van bijvoorbeeld landgoed Ypenwoud en een flink stuk van de grond van het Buitengasthuis. Bovendien verdeelde het ad-hoc gegraven kanaal de Da Costabuurt in twee delen. De De Genestetstraat is het verlengde van de Da Costastraat en had eigenlijk ook die naam zullen dragen. Omdat uit krenterigheid een brug tussen beide straten achterwege bleef werden ze wreed gescheiden.

De stad had grote problemen ondervonden van huisjesmelkers die geen boodschap hadden aan de wensen van Amsterdam wat betreft ophoging, riolering en stratenpatroon. De ervaring met Redeker Bisdom leerde dat die wèl meeging in de wensen van de stad en daarom kwam men met deze ondernemer overeen dat hij de rest van het kanaal tot aan de Kostverlorenvaart zou graven naar de voorschriften van Publieke Werken.

Ook al was dat Nieuwer-Amstels gebied, de stad was eigenaar van grote delen van de rest van de polder. Dat waren bijvoorbeeld de gronden van het Sint Pietersgasthuis, het Burgerweeshuis en het Buitengasthuis. Die liepen soms tot aan de Kostverlorenvaart door. Redeker Bisdom werd nu uitgenodigd op deze gronden te bouwen. Hij kreeg het recht (en de opdracht) in het Nieuwer-Amstelse gebied een stratenpatroon neer te leggen dat volledig zou aansluiten op dat van Amsterdam. Het ging om het verlengde van de Kinker-, Jacob van Lennep-, Kanaal-, Wilhelmina-, Nicolaas Beets- en om de Borgerstraat en de dwars verlopende Ten Katestraat.
Amsterdam, ook niet helemaal van gisteren, bedong voor het totale lengte van het kanaal het verbod van lozing van faecaliën en ander verontreinigd water. Dat dwong Nieuwer-Amstel tot maatregelen voor de afvoer daarvan. Amsterdam bepaalde ook de afmetingen van het knaaal en de uitvoering van de beschoeiing.
Dat alles zou voor Amsterdam een win-win-situatie zijn geweest, ware het niet dat maatschappij "Overtoom" soms wel heel sobere woningen creëerde. Niet voor niets zijn grote delen van de genoemde straten gerenoveerd of vervangen.

Genomineerd voor de sloop

Ook over dit pand hebben we het eerder gehad. Het is Bloemgracht 10, toen het ging over de instelling van de Schoonheidscommissie 100 jaar geleden. Voor dit pand werd advies ingewonnen bij de Monumentencommissie en de Welstandscommissie, die beiden een gunstig advies afgaven, waarop de Schoonheidscommissie eveneens zijn fiat gaf. Van Carol de Vries mag het best weer afgebroken worden. Van ons mag de Schoonheidscommissie weer aan het werk.

Sloopt u ook mee?

Wat steekt u de ogen uit als u door de binnenstad loopt/fiets/rijdt? Wij nodigen u uit ons mee te laten gruwen van wat u een doorn in 't oog is. Alles is goed; laat ons weten waarom u het object zo verschrikkelijk vindt of u schrijft er verder niets bij en wij bedenken zelf wat tekst erbij. Uw reactie a.u.b. via deze link.

Deze week honderd jaar geleden

Woensdag 10 mei 1916 - Vandaag wordt een Uitvoerend Comité gevormd om nu eindelijk te komen tot de oprichting van het Nederlandsch Historisch Scheepvaartkundig Museum. De plannen ontstaan tijdens de succesvolle scheepvaart-tentoonstelling ENTOS in 1914.
Onder voorzitterschap van C.J.K. van Aalst, president van de Nederlandsche Handelsmij., vergadert het comité en wordt een voorlopig bestuur gekozen. Zitting nemen H.M.van Bemmelen, Smidt van Gelder en Van Aalst zelf. Prins Hendrik wordt beschermheer.

Het comité geeft architect Guillaume La Croix (tekening links) opdracht om aan de De Lairessestraat, hoek Cornelis Schuytstraat een museumgebouw te ontwerpen. La Croix is een architect uit de Amsterdamse School, maar het museumgebouw is daar wel een heel gematigd voorbeeld van.
De bouw gaat niet snel, ongetwijfeld door de voorlopig schamele financiën. Bij de oprichtingsvergadering stelde de voorzitter dat z.i. ƒ1 miljoen nodig zou zijn voor de exploitatie. Dat zal zeker de eerste periode niet gehaald zijn.
De bouw neemt van 1917 tot de oplevering in 1920 in beslag. Ook dat zal weer met de financiën te maken hebben.

Alle afbeeldingen, behalve het portret van La Croix, komen uit de Beeldbank van het Stadsarchief Amsterdam.

In 1973 verhuisde het Scheepvaartmuseum naar 's Lands Zeemagazijn op Kattenburg. Vandaag beschikt het museum over ongeveer 300.000 maritieme objecten en is daarmee een der grootste en belangrijkste maritieme musea ter wereld. De objecten kwamen in eerste instantie volledig uit de collecties van rederijen, marine en particulieren.

Op de foto links twee museum-bestuurders van het eerste uur, de heren Kooppman en Lucassen.

Klik de onderstaande afbeelding voor een fimpje over de verhuizing in 1973.

Oude afleveringen

Hieronder weer een keuzemenu naar oude afleveringen van het jaar 2016. De keuze '2015' leidt naar de laatste aflevering van 2015, met onderaan een eigen menu voor dat jaar.

2015 wk01 wk02 wk03 wk04 wk05 wk06 wk07 wk08 wk09 wk10 wk11
wk12 wk13 wk14 wk15 wk16 wk17 wk18 wk19        

Wilt u zelf ook eens grasduinen in een kwart miljoen afbeeldingen van Amsterdam? Bezoek het Stadsarchief Amsterdam online.

 
Aanmelden voor deze digitale uitgave    -    Afmelden voor deze digitale uitgave