weekblad-logo

week 14-2020

Fotoquiz snelste

De snelste met het juiste antwoord op de foto van vorige week was Anthony Kolder. Hij leverde een nieuwe opgave die enkele jaren geleden al eens verscheen, maar dat kon hij niet weten omdat hij nog niet zo lang meedoet. Op ons verzoek een nieuwe te bedenken hoorden wij niets en daarom nu een uit de reservebak, ingestuurd door Harry Snijder. De nieuwe opgave komt dan ook van hem en Anthony kan gewoon meedoen. De vraag is:

Welke kruising van straten is dit?

Oplossingen via deze link

Foto: Stadsarchief Amsterdam

Oplossing vorige week

Er kwamen drie soorten antwoorden op deze opgave. Dat stemt toch tevreden, dat er in onze stad nog meer van dit soort fraaie renaissance-huizen staan. Maar dit is niet het Rembrandthuis en ook niet één van de drie Hendrikken op de Bloemgracht. Nee, dit is de Leeuwenburg op de Oudezijds Voorburgwal 14, het Goodwill Center van het Leger des Heils.

Foto: Stadsarchief Amsterdam

De gevelsteen toont het wapen van Riga. Klik de foto om de uitleg van de VVAG te lezen.

Foto: VVAG

Goede oplossingen kwamen van Anthony Kolder, Ria Scharn, Jos Mol, Olaf Horn, Carol de Vries, Ger Lange, Maarten Gaillard, Adrie de Koning, Kees Huyser, Robert Raat, Fanta Voogd, Arjen Lobach, Dirk Fuite, Anje Belmon, Lyn Erisman, Hans Olthof, Jaap van Strien, Mike Man, Ruud Fontijn, Otto Meyer, Patrick Nieuwenhuis, Hans van Efferen, Anne Eijsten, Louis Castelijn,

Fotoquiz: Jos' keuze

Deze keuzefoto betreft een locatie buiten de Singelgracht.

Jos pakte een detail uit een foto van een groot gebouw. Hij wil het volgende van u weten:

Welk gebouw is dit?

Oplossingen graag via deze link

Foto: Stadsarchief Amsterdam

Oplossing: Paul's keuze

De fotograaf stond op de Amstelkade, niet ver van het Muzenplein en keek uit over de werkzaamheden aan Apollopaviljoen en Apollohal. Het water in de voorgrond is de Boerenwetering waar van rechts (onzichtbaar) het Amstelkanaal in uitmondt en daarna splitst in Noorder- en Zuider Amstelkanaal (links). De brug in beeld is #405 in de Stadionweg, onofficieel ook wel Mozartbrug genoemd naar de dichtbij liggende Mozartkade t/o de Reinier Vinkeleskade.

Foto: Stadsarchief Amsterdam

Goede oplossingen kwamen van Arjen Lobach, Maarten Helle, Robert Raat, Anneke Huijser, Ria Scharn, Jan Six van Hillegom, Anje Belmon, Adrie de Koning, Harry Snijder, Mike Man, Jos Mol, Ton Brosse, Otto Meyer, Hans van Efferen,

Heeft u ook een opvallende foto gevonden?

Laat ons meegenieten en stuur hem naar de redactie. Vanaf 2020 moet het onderwerp zich juist buiten de Singelgracht bevinden. Wij verwachten wel een niet alledaags beeld dat ook niet-buurtbewoners wel eens op het netvlies kregen. Graag via deze link en alléén via deze link a.u.b. Blijf sturen!

Fotoquiz Wat? Waar?

Nog een oudje, wat ons betreft een vondst. Het herkennen van dit water geeft steeds weer problemen, dus heeft u er nu nog eentje bij.

Welke water is dit?
Hoe heet het gebouw in het midden van de foto?

Laat het ons weten via deze link

Foto: Stadsarchief Amsterdam

Oplossing vorige week

Grappig hoe vaak een onjuiste naam van deze sluis kwam en hoe weinig deelnemers maar weten dat dit de Rapenburger(schut)sluis is. Omdat het ook verkeerd in de beschrijving van de Beeldbank staat zullen wij daar niet moeilijk over doen. Afgaande op de grondige kennis van Kruizinga over bruggen in Amsterdam is de naam van de ijzeren ophaalbrug over deze sluis Scharrebiersluis. Zeer ongewoon: in onze stad is een brug van hout of staal en sluis als zij van steen gemetseld is. Dat brug #278 toch sluis genoemd wordt bewijst onderstaande foto van de site 'Bruggen van Amsterdam'.

Foto sluis: Stadsarchief Amsterdam; foto brugnaam: bruggenvanamsterdam.nl

Interessant is nog de draaibrug aan het eind van de sluis (waar de brugwachter op staat), bedoeld voor voetgangers gedurende de lange tijd dat de ijzeren ophaalbrug open kon staan. Let op het contragewicht om de brug door één man te laten sluiten. Die voetbrug is nu verdwenen.
De huizen in de achtergrond staan langs de Nieuwe Herengracht. Links nog een Street View vanaf de andere kant genomen, de Latjesbrug in de Anne Frankstraat.

Goede oplossingen kwamen van Anneke Huijser, Carol de Vries, Adrie de Koning, Kees Huyser, Arjen Lobach, Anthony Kolder, Robert Raat, Ria Scharn, Anje Belmon, Jos Mol, Anneke Huijser, Harry Snijder, Mike Man, Ton Brosse, Peter Pijst, Jos Mol, Hans van Efferen,

Met de camera op pad...

Als uitzondering een door Dick van der Kroon ingestuurde prentbriefkaart, maar binnen de Singelgracht dus geen keuze-onderwerp meer. Nu dus het 'plaatje van de week'.

Waar zijn we hier?

Oplossingen graag via deze link

Foto: collectie DvdK

Foto van vorige week

Omdat het meer dan duidelijk was dat dit een koninklijk gezelschap was, leverde deze foto niet veel moeilijkheden op. De dame in het zwart is koningin-regentes Emma naast haar dochter Wilhelmina, in 1895 - toen deze foto genomen werd door Jacob Olie - nog prinses. Via het herkennen van de foto in de Beeldbank was het niet moeilijk uit te vinden dat de koets net de Nieuwe Spiegelstraat uitrijdt en de Prinsengracht oversteekt.

Foto: Stadsarchief Amsterdam

Goede oplossingen kwamen van Anneke Huijser, Jos Mol, Arjen Lobach, Adrie de Koning, Kees Huyser, Robert Raat, Anthony Kolder, Ria Scharn, Anje Belmon, Harry Snijder, Mike Man, Ton Brosse, Hans van Efferen,

Hulp gevraagd...

Dit is nog een foto uit de Beeldbank met de beschrijving "locatie onbekend". Het gaat om een achtergevel, dus dat bemoeilijkt het zoeken aanzienlijk. De foto kunt u klikken voor een grotere versie in de Beeldbank. Het is niet zeker of dit binnen de Singelgracht is maar de typische kadering van foto's van Bureau Monumenten doet geloven dat dit wel degelijk Amsterdam is. Het wel heel typische trappenhuis zou toch te herkennen moeten zijn?

Op welk adres vinden wij dit trappenhuis?

Als u een idee heeft waar dit is/was, laat ons het weten via deze link

Foto: Stadsarchief Amsterdam

Hulp gevraagd... maar niet gekregen

Het is vorige week niemand gelukt de foto te plaatsen. De suggestie dat dit een ingang van het Vondelpark zou zijn kan niet bevestigd worden door andere foto's. De rails zouden op een (paarden)tram kunnen duiden maar dit is niet de ingang aan de Amstelveenseweg. Daar waren nooit zo massaal kastanjebomen achter het hek. Alle andere gokjes hebben wij één voor één gecontroleerd en moeten verwerpen.
Een herkansing dus. Als u een idee heeft waar dit is/was, laat ons het weten via deze link

Heeft u de tramrails op de straat gezien?

redactioneel

Gebruikerstest Beeldbank

 

Het Stadsarchief Amsterdam is serieus geïnteresseerd in uw mening over het werken met de nieuwe Beeldbank-software. Via een reactieformulier kunt u spuien wat u ervan vindt.

Klik hier om te beginnen.

Sint Willibrordus buiten de veste

Sinds de 17de eeuw waren er direct buiten de stad diverse schuilkerken in boerenschuren ingericht, zo ook de statie Sint Willibrordus buiten de veste. Eerst aan het Kuiperspad en later aan het Hoedenmakerspad. In 1856 verhief de bisschop van Haarlem, niet meer gehinderd door het verbod op katholieke kerken, alle staties tot parochiekerk. In dat jaar was net een nieuwe pastoor aangetreden: Joannes Wubbe, toen 30 jaar oud. Wubbe had vernomen van de ambitieuze plannen van Samuel Sarphati voor het gebied buiten de Singelgracht, tegenover zijn geplande Paleis voor Volksvlijt. Wubbe was minstens zo ambitieus als Sarphati en droomde van een statige nieuwe kerk voor de buurt met welgestelde Amsterdammers, daarbij zwaar leunend op het door Van Niftrik in 1866 gepresenteerde plan voor stadsuitbreiding buiten de Singelgracht. Zoals we nu weten ging dat plan niet door vanwege de hoge kosten en zou in 1876 Ir. Kalff een zwaar afgeslankt plan indienen dat de buurt een heel stuk eenvoudiger maakte: de Pijp. Maar toen was het eerste deel van de Willibrordus al in gebruik.

In 1863 kreeg Wubbe van het kerkbestuur opdracht de bouw van een nieuw kerkgebouw te onderzoeken. Als architect benaderde deze niet de eerste de beste, de befaamde Pierre Cuijpers. Die liet zich meeslepen en ontwierp een kathedraal aan de Amstel. Het kerkbestuur kocht in alle stilte enkele weilanden, net binnen de gemeentegrens van Amsterdam (de huidige Willibrordusstraat) dat bekend stond als 'het land van Stolk'. Zonder enige kennis van het stratenplan dat Amsterdam zou uitrollen zodra het betreffende deel van Nieuwer-Amstel geannexeerd was, sloeg Cuijpers aan het tekenen. Die annexatie ketste af en zou pas in 1896 plaatsvinden maar de Ceintuurbaan werd vast aangelegd. Om die op de gewenste breedte aan te leggen moest een deel van de aangekocht grond voor de kerk 'om niet' aan de stad afgestaan worden, een streep door de rekening want de kerk moest nu smaller worden. Bovendien legde de stad een smalle straat direct tegen het grondstuk voor de kerk die zijn hoofdingang niet aan een beoogd plein maar aan die Servaes Noutsstraat kreeg. In ruil voor de gratis grond kreeg het kerkbestuur ƒ16.000 o.a. om een hek rond het grondstuk te bekostigen. Cuijpers liet zich niet ontmoedigen en versmalde de zijbeuken maar liet de machtige middenbeuk van 14 meter breed in stand. De kerk zou de grootste kerk van Amsterdam worden, zelfs van Nederland: 95½m lang, 46½m breed en torens tot 108m hoog. Boven de viering zou een koepel komen van 86m hoog.

In 1857 werd definitief besloten de kerk te bouwen. Er was besloten eerste het koor, een deel van de middenbeuk tot het dwarsschip en de pastorie te bouwen. Eens kijken hoever het bijeengeschraapte geld - ƒ120.000 - reikte. In juni 1871 ging de eerste paal de grond in en op 10 september 1873 nam pastoor Wubbe zijn nieuwe kerk in gebruik. Het voorlopige eind van de kerk werd met planken afgesloten.
De 'turfschuur', zoals zijn oude kerk aan het Hoedenmakerspad genoemd werd, werd voor de laatste keer afgesloten, net op tijd want het regende in alsof er geen dak op lag.
Pas in 1899 was de kerk helemaal af, met dien verstande dat de koepel nog moest komen en dat alle grote torens geschrapt waren.

Alle grootse plannen ten spijt stond de machtige kerk in een eenvoudige arbeidersbuurt. Het ideaal om van de Sint Willibrordus een bisschopskerk te maken en de bisschop uit Haarlem naar Amsterdam te lokken viel in duigen. Geldnood maakte dat het nog bijna een kwart eeuw duurde voor de koepel eindelijk gebouwd kon worden en dat alleen nog door een gigantische gift van een parochiaan. Architect werd de kleinzoon van Cuijpers, ook een Pierre. De koepel werd veel lager dan grootvader bedoeld had maar het was al duidelijk geworden dat het fundament het gewicht nooit kon dragen. Maar eerlijk is eerlijk, in 1923 stond er toen wel een indrukwekkende kerk, ook al is de krans van acht torens rond de koepel nooit gebouwd. Het bleven spitsjes. Net als andere kerken van Cuijpers die met beperkte budgetten gebouwd waren, begonnen een kwart eeuw later de problemen. Het gebouw vertoonde ernstige bouwtechnische mankementen.

In 1966 werd de kerk gesloten voor de eredienst. Reparatie was te duur en de Gemeente Amsterdam en het Rijk waren niet bereid subsidie te geven voor ingrijpend herstel. De parochie week uit naar een ander gebouw in de Van Ostadestraat en fuseerde uiteindelijk (1994?) met de parochie die in de Vredeskerk kerkte.
Het gebouw aan de Amstel bleef staan tot er een koper kwam. Er lag een bod van ƒ5 miljoen van de NMB die er het hoofdkantoor zou bouwen, maar zover is het nooit gekomen. Intussen leed het interieur van de kerk door de leegstand. Er werd geleurd met het orgel dat in 1968 uiteindelijk voor een paar gulden aan een orgelbouwer werd overgedaan als hij het er maar zelf uithaalde. Het ging na reparatie en uitbreiding naar de bisschopskerk in Haarlem en schittert in de jaarlijkse Haarlemse Orgelmaand. Het kleine orgel ging naar de R.K. St. Johannes de Doper in de Heemstedestraat.
Het gebouw aan de Amstel werd speeltuin voor de jeugd en verloederde verder.
In 1970 brandde de pastorie af en in 1971 de hele kerk. Toen werd er gesloopt.

Klik hier voor een 3D animatie over de Sint Willibrorduskerk zoals Cuijpers hem bedoelde en hoe het is geworden.

 

Alle afbeeldingen bij dit item komen uit de Beeldbank van het Stadsarchief Amsterdam.

Grote brand in de Admiraliteitslijnbaan - 1673

Op 12 januari 1673 ontstond een grote brand in de Admiraliteitslijnbaan op Oostenburg. Voor 't eerst werd bij deze brand de nieuwe slangspuit van de gebroeders Jan en Nicolaas van der Heijden ingezet..., en met groot succes. Zij wisten in een overtuigende demonstratie de brand te blussen zodat niet de hele lijnbaan verloren ging. Groot succes voor Van der Heijden en groot succes voor burgemeester Hudde die hen de kans had gegeven hun uitvinding productierijp te maken en in te zetten. Op bovenstaande ets van Romeyn de Hooghe staan de oude en nieuwe installatie in de voorgrond.

In een in 1690 uitgegeven beschrijving van de brandslangspuit dragen de gebroeders Van der Heijden de spuit op aan hun gunner burgemeester Hudde. De broers melden trots dat zijn door gewichtsbesparing de spuit optimaal mobiel hadden gemaakt. Een verdere noviteit was de dubbelwerkende pomp. Via een slang in gracht of sloot werd water aangezogen en met dezelfde moeite via een slang op de brand gespoten. Voor die tijd moest een reservoir met emmers gevuld worden voordat er water uit de slang kwam. Met de nodige vertraging van dien. Ook kon de slang door zijn grote lengte dichter bij de vuurhaard gebracht worden. Bij de oude installatie (A-links) zat de blusser op de pomp met een korte spuitmond (D), bij Van der Heijdens pomp (B-rechts) werd de slang naar de brandhaard gebracht en de andere in de gracht gehangen.

Vergelijking tussen de werking en toepassing van oude brandspuiten en de nieuwe slangbrandspuiten. Links staat het oude model weergegeven en rechts het nieuwe systeem, waarbij waterslangen de verschillende elementen met elkaar verbinden. Door deze slangen, die een bereik van 300 meter hadden, was het voor het eerst mogelijk om tot de kern van de brandhaard te komen, zelfs al moest je door smalle stegen. Uit: Jan van der Heyden, Beschryving der nieuwlyks uitgevonden en geoctroyeerde slang-brandspuiten, en haare wyze van brand-blussen (Amsterdam 1690).

Column: Kikkie de kargadoor

Christiaan Smit heet hij eigenlijk, maar dat weten maar weinig mensen. Kikkie is zijn naam in het dagelijks gebruik en Kikkie trekt karren over de hoge bruggen die over de Prinsengracht liggen. Bijvoorbeeld de Reesluis waarover alle karren van en naar de honderden nerinkjes in de zuidelijke Jordaan onderweg zijn. Die brug is Kikkies werkterrein, altijd present, hoe beroerd het weer ook is. Hij heeft honderd baantjes gehad maar het was nooit een blijvertje. Hij heeft zijn vrijheid nodig.
Het tarief varieert met het gewicht van de kar en bedraagt 1 tot 3 cent, later oplopend van een halve tot een hele stuiver. Kikkie heeft een leren lap over een schouder, daarover een lijn met aan een kant een lus en aan de andere kant een ijzeren haak. Die pikte hij aan een kar en sjouwt al trekkend de kar over de brug. Midden op de brug pikt hij de haak los en laat de kar aan zijn lot over. Als jongens staan wij gefascineerd naar zo'n klus te kijken. Niet alleen om het zwoegen maar ook om wat van het vocabulair van Kikkie op te steken. Hij heeft een geweldig arsenaal van krachttermen en vloeken paraat. Of naar zijn dagelijkse pretje als de 'koffiepiksters', struise Jordaanmeiden die van hun werk in de pakhuizen komen en in breed uitwaaierende slierten dwars over straat en dus ook de brug lopen. Kikkie posteert zich steevast midden op de brug en dan begint het spel. De meiden dollen met het kleine mannetje en die probeert met zijn touw met haak onder de rokken van de meiden te komen en trekt die dan met een ruk omhoog. Meestal delft Kikkie het onderspit maar o wee als hij 'beet' heeft. Zijn dag kan niet meer stuk... en de onze!

Hij leunt tijdens het wachten tegen de brugleuning, bij regen heeft hij een zeiltje over zijn jas en bij vorst gaat daar nog een extra jas overheen. Kraag omhoog, de pet diep over de ogen getrokken en die eeuwige dot pruimtabak in de wang. Altijd loopt er een straaltje bruin speeksel over zijn wang. Af en toe gaat er een straal tabakssap in de Prinsengracht. Bij slecht weer besteedt Kikkie een paar van zijn verdiende centen in de slijterij vlakbij aan een 'graantje'. Onderwijl houdt hij zijn brug nauwlettend in de gaten, hij laat niets lopen.
Alles bij elkaar is het armoe troef!

In de Bloemstraat numero vijf
daar woont Kikkie met z'n wijf.
Zeven stoelen zonder matten
en een tafel zonder latten
en een pispot zonder oor.
Zo gaat Kikkie er vandoor.

De grote vrachtschepen verdwenen uit de Prinsengracht en één voor één werden de bruggen verlaagd. Het vak van kargadoor verdween en Kikkie verhuisde naar het oudemannenhuis in de Roetersstraat. Op 5 februari 1940 overleed Christiaan Smit, 82 jaar oud.
                                                  -- Croese

Liedtekst: de Sweepstake!

't Was mis met ome Arie, eens een keurig nette vent
Bij ieder om zijn overdreven zuinigheid bekend
Die zeegras rookte uit een stenen pijpie van drie cent
Maar eensklaps tot verkwisting was gekomen
Hij kwam zo door een toeval bij een waarzegster terecht
Die hem had uitgekruist en op de tafel neergelegd
Er liggen centen op uw huis zo had ze toen gezegd
En Arie had een Sweepstake lot genomen
Toen zat hij in des noodlots klauw
En 't praatje circuleerde gauw:

Refrein

De buurt had van de Sweepstake nog niet al te veel verstand
Alleen de kapper wist het uit een buitenlandse krant
Die zei: Als Aries paarden winnen is ie uit de brand
Dat nieuwtje werd meteen flink overdreven!
Algauw ging er een wonderlijk gerucht door de Jordaan
Dat ome Arie paarden in z'n keldertje had staan
En dat ie 's nachts die beesten uitliet op de Kalfjeslaan
En dan weer in de duisternis liet leven
Het buurtblad plaatste interviews
Gewijd aan dat sensatienieuws:

Refrein

De stemming van de menigte was spoedig zo gegist
Dat men een lichte wrevel niet meer in te houden wist
De jeugd schold al voor dierenbeul en had hem graag gekist
Toen Arie argeloos nog liep te fluiten!
De bakker zei heel zacht: Ik heb al maanden zo'n idee
Dat Arie ook een rol gespeeld heeft in Matuschka twéé
De massa spande samen maar de bakker smeet privé
Voorlopig vast een steen door Aries ruiten!
Agenten kwamen toegesneld
En 't werd in hun rapport vermeld:

Refrein

De openbare mening werd algauw opnieuw verstoord
De buurman had des nachts een klagend hinneken gehoord
Toen broeide er een stemming op het kantje van een moord
Men wou als oef'ning Aries vrouw vast worgen!
Er kwam een troep vrijwilligers die 'n zware heipaal droeg
Waarmee men Aries keldertje tot een ruïne sloeg
Men vond een krolse kat maar dacht dat Arie 's morgens vroeg
Zijn schimmels op de vliering had verborgen
Men dichtte er een lied op dra
En zong bij de harmonica:

Refrein

En Arie wist het vege lijf te redden in de stad
Alwaar hij angstig in een klein en donker kroegie zat
En niet wist dat hij juist de eerste prijs gewonnen had
Omdat hij zat te beven voor z'n leven
En toen men hem vertelde dat hij rijk was als een vorst
Toen had hij voor een deel uit angst en voor een deel van dorst
Voor zeven lichte catzen en een stukje leverworst
Zijn lot juist aan de kroegbaas afgegeven
Eerst werd hij wit - toen werd hij rood
Toen zei hij stik - toen was hij dood.

Refrein

Refrein:
Ome Arie heeft een lot gekocht
Van de Sweepstake! Van de Sweepstake!
Hij is al bij voorbaat stijf in 't vocht
Van de Sweepstake! Van de Sweepstake!
Voor de mazzel gaat ie 's nou naar bed
Met een paardenhoef en een jockeypet
Ome Arie is totaal van streek
Van de Sweepstake! Van de Sweepstake! Ome Sweepstake!

 

 

Louis Davids - 1932

Tekst: Jacques van Tol

Muziek: Louis Davids

© Cor B. Smit

Luisteren... (naar een sterk ingekorte versie om op een 78-toerenplaat te passen)

Poortjes van Amsterdam 1571-1782

Van oorsprong een inventarisatie door Minne Dijkstra en nu in afleveringen hier; waar nodig geactualiseerd.

± 1675 - Portugese Synagoge

Jonas Daniël Meijerplein 3 en Muiderstraat

Historie
In de ommuring van de synagoge zijn twee poorten aangebracht. De hoofdingang is een poort in allereenvoudigste uitvoering, vrijwel volledig uitgevoerd in baksteen met een minimale natuurstenen versiering. In de muur langs de Muiderstraat is het tweede poortje aangebracht met als voorstelling de bijbelse pelikaan “die zijn jongen voedt met zijn eigen bloed”. Op verschillende plaatsen in de stad is dit zinnebeeld terug te vinden, niet alleen als joods maar ook als christelijk symbool.
Deze “Snoge” is de grootste van alle synagogen en op het Stadhuis na ook het grootste gebouw in de oude stad. De Sefarden kwamen vanaf 1590. De bouw nam pas een aanvang in 1671 naar ontwerp van Elias Bouman en Daniël Stalpaert naar het voorbeeld van de tempel van Salomon in Jeruzalem. Gereed in 1675. Georiënteerd op Jeruzalem. Tot heden in gebruik. Op de houten vloer nog steeds wit zand. In de bijgebouwen bevinden zich de wintersynagoge (1959) en de wereldberoemde bibliotheek Ets Haim. Het gebouw staat op palen. In de gewelven kan men met een bootje deze gewelven inspecteren. Gerestaureerd in 1955-59.

Toestand
Redelijk tot goed

Eigenaar
De Portugees-Joodse Gemeente

Huidige toestand
De poort in de Muiderstraat is helemaal opgeknapt en opnieuw geschilderd, die aan het plein is ongewijzigd.

1732 - Gasthuiskerk

Oude Turfmarkt 129

Historie
De toegangspoort van de vroegere kapel van het Nieuwe-Nonnenklooster en de latere Gasthuiskerk is nog aanwezig tussen het gebouw van het museum en het aangrenzende pand van het oude Binnengasthuis, aan de zijde van de Oude Turfmarkt tussen de nummers Rokin 125 en 127. Deze kapel heeft bestaan tot 1868, zij het voor zeer diverse doeleinden gebruikt. Van 1578 tot 1787 was het de Gasthuiskerk. In de Gasthuiskerk werd op 3 augustus 1791 de eerste predicatie voor de Hersteld Evangelisch Lutherse Gemeente gehouden. Deze gemeente werd geboren uit verzet tegen de steeds meer verstandelijke en moraliserende prediking van de aan Duitse hogescholen opgeleide predikanten. Men wilde een warmer en meer persoonlijke prediking en wilde samenzijn in een kring van gelijkgestemden.
Sedert 2007 vormt het de toegang tot de bijzondere collecties van de Universiteitsbibliotheek, met name de carthografische.

Toestand
Voortreffelijk, pas gerestaureerd

Eigenaar
Universiteit van Amsterdam

Huidige toestand
Ongewijzigd

Deze week honderd jaar geleden

Woensdag 7 april 1920 - Herdenking van 400 jaar Burgerweeshuis.
In feite ging deze herdenking aan de haal met de geschiedenis van het eerste Amsterdamse Weeshuis dat inpandig in de Kalverstraat werd ingericht door welgestelde burgers. In ±1560 werd aan de straat een nieuw gebouw opgetrokken dat na 1580 als de Keizerskroon bekend zou worden. Twee jaar na de Alteratie, in 1580 dus, betrokken de wezen het eerste deel van het Sint Luciënklooster. Het opnamebeleid was al die jaren hetzelfde gebleven. Alleen kinderen van poorters kwamen in aanmerking, alle andere werden geweigerd. In 1613 vormde de stad voor hen het college van aalmoezeniers die in 1666 pas een eigen huis kregen.

Vrijdag 9 april 1920 - Opening Derde Heemschut Conferentie in het American Hotel aan het Leidseplein. De conferentie zal ook de hele zaterdag nog in beslag nemen. Lezingen worden gehouden door voorzitter Prof. Dr. H. Brugmans (foto), A.W. Weismann, A.H. Wegerif Gzn, H.P.J. Bloemers, J.W. Gerhard, A. van Erven Dorens, W. Kromhout Czn en A. Keppler.

Oude afleveringen

Hieronder weer een keuzemenu naar oude afleveringen van het jaar 2020. De keuze 2014 t/m 2019 leidt naar de laatste aflevering van het betreffende jaar, met onderaan een eigen menu voor dat jaar.

2014 2015 2016 2017 2018 2019 wk01 wk02 wk03 wk04 wk05 wk06
wk07 wk08 wk09 wk10 wk11 wk12 wk13 wk14 wk15 wk16 wk17 wk18
 

Aanmelden voor deze digitale uitgave    -    Afmelden voor deze digitale uitgave