weekblad-logo

week 10-2020

Fotoquiz snelste

De snelste met het juiste antwoord op de foto van vorige week was Kees Huyser. De nieuwe opgave komt dan ook van hem. De foto legt het klassieke probleem bloot dat de aansluiting van daken op een geveltop met zich meebrengt: waterdicht maken en houden. Dit is dus een momentopname die vandaag zeker niet meer te vinden is. De vraag is:

Welke hoek is dit?

Oplossingen via deze link

Foto: Stadsarchief Amsterdam

Oplossing vorige week

Dit is de originele foto. Het is hopelijk duidelijk dat we de tekst moesten verduisteren. Dit huis staat in de Maarten Jansz Kosterstraat en heeft het nummer 18-20. Dit is het linkerdeel van het pand.

Foto: Wouter Bregman
Foto onder: SAA

 

Goede oplossingen kwamen van Kees Huyser, Rob Snijders, Ria Scharn, Mike Man, Arjen Lobach, Jos Mol,

Fotoquiz: Paul's keuze

Deze keuzefoto betreft een locatie buiten de Singelgracht.

Alweer maakt Paul het u niet moeilijk. Hij is benieuwd of u dit punt herkent, ondanks de afbraak. Hij wil het volgende van u weten:

Waar is dit?
Wat is er gesloopt?
Wat kwam ervoor in de plaats?

Oplossingen graag via deze link

Foto: Stadsarchief Amsterdam

Oplossing: Jos' keuze

Deze nieuwbouw heeft klaarblijkelijk veel dubbelgangers. gezien de niet juiste varianten die binnenkwamen. Dit gebouw stond in de Eerste Constantijn Huygensstraat met het huisnummer 20. Het is het Swammerdam Instituut van de UvA.
Ook het gevraagde superlatief gaf geen eensluidend antwoord. Daar zat Het Parool dwars met zijn jarenlange bewering dat dit het lelijkste gebouw van Amsterdam was. Jos beweerde dat dit (jarenlang) het grootste gebouw van Amsterdam was, maar daar kwam niemand mee. Daar Het Parool toch ook een autoriteit is, hebben wij over deze vraag niet moeilijk gedaan.

Swammerdam woonde boven de drogisterij van zijn vader op de Oudeschans 18. Hij bleef daar tot zijn dood wonen. De entourage van de steen in dat pand laat zien wat het vakgebied van hem was: Bloedelooze Dierkens ofwel insecten. Zijn belangrijkste werk was een studie over bijen.
Lees meer...

Van Jan Swammerdam is geen officieel portret beschikbaar, alleen een kopie van de kop op het schilderij Anatomische les van professor Tulp. Of dit werkelijk Swammerdam is, wordt nergens bevestigd. Een paar slagen om de arm is dus verstandig.

Goede oplossingen kwamen van Carol de Vries, Arjen Lobach, Fanta Voogd, Onno Boers, Ria Scharn, Otto Meyer, Adrie de Koning, Ton Brosse, Robert Raat, Ton Hupkens, Mike man, Bert van Veen, Hans van Efferen, Anthony Kolder,

Heeft u ook een opvallende foto gevonden?

Laat ons meegenieten en stuur hem naar de redactie. Vanaf 2020 moet het onderwerp zich juist buiten de Singelgracht bevinden. Wij verwachten wel een niet alledaags beeld dat ook niet-buurtbewoners wel eens op het netvlies kregen. Graag via deze link en alléén via deze link a.u.b. Blijf sturen!

Fotoquiz Wat? Waar?

Kees Boas stuurde deze foto voor de keuzerubriek maar daar past hij tegenwoordig niet meer in. Daarom hier en omdat dit de watwaar-rubriek is, meer dan één vraag. Dit hebben wij u ooit eerder laten zien. Daarom willen wij wat meer dan alleen de locatie van u weten. Bijvoorbeeld:

Waar is dit?
Wat is de naam van het gebouw?
Wie was de opdrachtgever?

Laat het ons weten via deze link

Foto: Stadsarchief Amsterdam

Oplossing vorige week

De teksten "Het Leven" brachten de uitkomst. Dat was een populair tijdschrift in de stijl van wat vroeger bijvoorbeeld de Panorama was met nieuws en weetjes en met veel foto's. Uitgever was De Spaarnestad die opging in VNU. De foto's uit de periode 1906-1941 worden beheerd door uitgeverij Spaarnestad en daar putten wij voor deze site ook wel eens uit.
De kist bevatte een Rolls Royce reservemotor voor het in Turkije gestrande FVIIa Fokker-vliegtuig H-NACC dat op weg was voor de eerste KLM-vlucht naar Nederlands-Indië in 1924. Gezagvoerder was Jan van der Hoop.
De eindbestemming van de kist was Philippopel, het huidige Plovdiv in Bulgarije. Dat was aanleiding voor de veronderstelling dat het vliegtuig helemaal niet in Turkije gestrand was, maar in Bulgarije. Dat lijkt dan weer onwaarschijnlijk omdat in Het Leven ook foto's verschenen van een boemelende crew in Angora (Ankara). Ria Scharn deed uit de doekjes dat er in Plovdiv op 3 oktober een noodlanding gemaakt werd en dat het toestel daar provisorisch gerepareerd werd. Verder gevlogen werd er pas op 2 november en die maand gebruikte de crew dus voor sightseeing. De enige link van Plovdiv met Turkije is het feit dat de stad tot 1878 deel uitmaakte van het Ottomaanse Rijk.

Dit vliegtuig is het eerste van vijf geweest dat de KLM bij de Fokkerfabriek in Amsterdam-Noord bestelde voor passagiersvluchten. Er konden 8 passagiers mee, de motor was een Rolls Royce motor van 360PK. Het werd in juli 1924 ingezet voor vluchten op Londen en de eerste maanden werden vele verbeteringen doorgevoerd. Ook werden later andere motoren uitgeprobeerd. Eerst werd het vliegtuig als H-NACA geregistreerd wat later gewijzigd werd in H-NACC, waarschijnlijk door de wijzigingen. Het vliegtuig beschikte over draadloze telefonie, dubbele besturing en verwarmde cabine. Ditzelfde vliegtuig zou twee jaar later (1926) nabij Wolvertem neerstorten in dichte mist.

Goede oplossingen kwamen van Kees Huyser, Otto Meyer, Anneke Huijser, Jos Mol, Arjen Lobach, Han Mannaert, Maaike de Graaf, Ria Scharn, Adrie de Koning, Ton Brosse, Robert Raat, Mike Man, Hans van Efferen, Anthony Kolder,

Met de schilderskist op pad...

Ook al zijn er deelnemers die gruwen van schilderijen als opgave, hier is er weer een. Deze keer lijkt het ons een eenvoudige situatie. De schilder was te gast in Amsterdam en bekeek dit tafereel vanuit zijn kamer. Een topografisch juiste weergave is het niet bepaald geworden maar u komt er toch wel uit. Hij maakte twee schilderijen vanuit hetzelfde standpunt maar op het tweede is de toren eenvoudiger te herkennen. Deze vreemde toeter tart natuurlijk alles!

Welke gracht/burgwal/kade is dit?

Oplossingen graag via deze link

Foto: Bob de Jong, gemaakt in het Leopoldmuseum in Wenen

Foto van vorige week

Om met het antwoord te beginnen: dit is de Koningssluis, brug#29 (en niet #20 zoals de beschrijving beweert). Deze brug ligt over de Herengracht, het hoekpand middenachter nummert Herengracht 439, rechts daarvan staat Koningsplein 20.
De paardentram is de lijn naar de P.C.Hooftstraat, de huidige lijn 2.

Dat onderstaande Street View van hetzelfde standpunt werd genomen moet u maar van ons aannemen. Herkenbaar is niets meer.

Foto: Stadsarchief Amsterdam

Goede oplossingen kwamen van Kees Huyser, Anneke Huijser, Arjen Lobach, Jos Mol, Onno Boers, Harry Snijder, Otto Meyer, Ria Scharn, Adrie de Koning, Robert Raat, Mike Man, Han Mannaert, Hans van Efferen, Anthony Kolder,

Hulp gevraagd...

Dit is weer een foto uit de Beeldbank met de beschrijving "locatie onbekend". Dit keer staat er het vermoeden bij dat dit de Ridderstraat zou kunnen zijn. Net als het Stadsarchief zijn we natuurlijk pas tevreden als we de huisnummers weten. Kan u helpen?

Welke straat is/was dit?
Wat zijn/waren de huisnummers van deze huizen?

Als u een idee heeft waar dit is/was, laat ons het weten via deze link

Hulp gevraagd... en gekregen

De kano's dobberen in de Reguliersgracht. Op brug#73 staan wat mensen te kijken. Die brug ligt in de Prinsengracht over de Reguliersgracht. Links achter de rest van het nieuwsgierige publiek weten we het Amstelveld. In 1881 werden de drie houten bruggen op dit kruispunt van grachten vervangen door dit soort liggerbruggen. Zoals uit onderstaande Street View blijkt, zijn die bruggen alweer vervangen door gemetselde boogbruggen (1963).
Op de foto van Jacob Olie hieronder is de brug vanaf de Prinsengracht bekeken. De ruiter rijdt op brug#71.

Afb: Stadsarchief Amsterdam

Paul Graalman zocht nog even uit wat deze verzameling kanovaarders daar in de Reguliersgracht deed. Hij kwam op een drietal mogelijkheden die alle drie met verkiezingen te maken hebben. Hij ontcijferde een naam die op "..DA" eindigde en een nummer 16. In het jaar 1937 dat de beschrijving noemt, waren er landelijke verkiezingen maar lijst 16 is toen voor de Hervormde Gereformeerde Staatspartij. Zoiets frivools als een wervende kanotocht zag Paul niet zitten voor die club. Dan waren er in 1935 gemeenteraadsverkiezingen en daarbij was lijst 16 voor de SDAP met als lijsttrekker Monne de Miranda. Een naam eindigend op DE. Ook een aardige is het jaar 1933 met opnieuw landelijke verkiezingen. Op 19 april 1933 schreef dagblad Het Volk over een door de AJC georganiseerde 'roode canovloot' op zondag 23 april 1933. Vertrek vanaf het kantoor (en winkel) van de AJC op Reguliersgracht 78! Paul vond het echter onwaarschijnlijk dat op 23 april de bomen al zover in blad zouden staan en opteert nu voor optie 2: de gemeenteraadsverkiezingen in 1935. De kanotocht was in 1933 zo goed aangeslagen dat ze die in 1935 kennelijk herhaalden. Dit sterke vermoeden is aan de Beeldbank doorgegeven.

Goede oplossingen kwamen van Arjen Lobach, Anneke Huijser, Adrie de Koning, Paul Graalman, Mike Man, Jos Mol,

redactioneel

stelling van Bakker -2

Zelfde afbeelding als vorige week, nieuw vraagstuk waarop ik een stelling loslaat.

Al meer dan een eeuw verbazen de geleerden zich over een bijzonder fenomeen. Alle stegen tussen de Dam en het IJ van de Nieuwezijds Voorburgwal naar Nieuwendijk maken eenzelfde soort bocht voordat ze op de Nieuwendijk aansluiten. Omdat deze stegen de gedempte weersloten van de ontginning van het Amstelland zijn en alle andere weersloten recht-toe-recht-aan gegraven zijn, is het inderdaad een vreemde afwijking op het patroon.
Wij moeten ons echter realiseren dat die ontginning bijna twee eeuwen duurde en dat die in de 11e eeuw begon bij de Bovenkerkerweg om in de 13e eeuw te eindigen bij de Spaarndammerdijk (en dat is een stuk binnen de Haarlemmerstraat/-dijk). Als u op de globale tijdspanne (11e-13e eeuw) gelet hebt, ziet u dat de ontginning de laatste fase inging toen Amsterdam al bewoond was. Ook al weten we nog niet zeker dat de westzijde van de Amstel (Windmolenzijde) de eerste bebouwing vertoonde, zeker is inmiddels - door opgravingen - dat er vanaf ±1225 bewoning was langs de Nieuwendijk. Aannemelijk is ook dat de bodem van de polder al zodanig ingeklonken was dat directe lozing van de weersloten op de Amstel niet meer mogelijk was. Uit de eerder vermelde opgraving (bioscoop Royal) zien we dat de weersloten niet meer tot de dijk reiken en halverwege stoppen. Vanaf daar verloopt het pad langs die weersloot in een tracé dat bijna haaks op de dijk eindigt. Meer bijzonderheden over de ontginning vindt u in onze PDF daarover. Er staat nog enkele PDF's ter beschikking over de allerlaatste weersloten van de polder, die in de Jordaan met de voorloper van de Palmgracht als nooduitgang voor de Kostverlorenvaart. Voor het noordelijkste puntje van de Jordaan met de Nieuwe Braak klikt u hier, voor de perikelen rond de Kostverlorenvaart klikt u hier.

Vraag: de Schinkel

Er kwam weer eens een vraag binnen die we hier willen beantwoorden. Het kwam er op neer dat de vraagsteller wilde weten waar de oorsprong en de uitmonding van de Schinkel zich bevonden.
Voor beantwoording nemen we er even een kaart van de drooggemaakte Haarlemmermeer bij. Hij is ingevuld volgens de hypothese van Melchior Bolstra van 1745.

De bron van de Schinkel is niet met zekerheid vast te stellen, maar het was ongetwijfeld een afwatering voor de Slooterpolder die in zuid-oostelijke richting naar een van de vele veenplassen in Noord-Holland-Zuid stroomde. Dat was de Oude Meer die in de loop der eeuwen opging in de Haarlemmermeer. Een deel van de Schinkel trad buiten zijn oevers of kalfde die oevers zodanig af dat een verbreding ontstond die we Nieuwe Meer zijn gaan noemen. Dat langgerekte meertje is niet te vergelijken met de huidige Nieuwe Meer; dat ontstond door zandafgraving en is veel daardoor breder geworden. De op de kaart aangegeven contouren binnen de drooggemaakte Haarlemmermeer zijn conform een hypothese van kaartmaker Melchior Bolstra.
Bij de droogmaking van de Haarlemmermeer werd de Nieuwe Meer niet mee ingepolderd. Dat waren beslissingen die te maken hadden met het streven naar een zo kort mogelijke maar wel sterke ringdijk tegen de laagst mogelijke kosten. Zo'n ringdijk werd bij voorkeur op het vaste land gelegd zodat er geen dijk in het water gelegd hoefde te worden. U ziet de ringdijk op bovenstaande kaart als brede groene lijn. Mede ingepolderd werd de benedenloop van de Schinkel die allang daarvoor opgenomen was in de grote watermassa die de Haarlemmermeer geworden was.

De reden waarom we de bovenloop van de Schinkel niet kennen is te zoeken in het jaar 1431. Toen werd vanaf een punt van de Schinkel een kanaal gegraven richting 't IJ: de Kostverlorenvaart. Als u de politieke perikelen van die aktie wilt nalezen kan dat via onze PDF daarover. Bij deze actie verdween het natuurlijke verloop van de bovenloop van de Schinkel in de polderstructuur van Slooten.

Kent u het Jaagpad nog? Dat was ook de Schinkel. Tekening: Maria de Clercq - 1818 (SAA)

Vraagsteller Emmanuel Zegeling werpt nog een ander vraagstuk op waar we géén antwoord op hebben omdat het tijdens de IJstijd te situeren is. Daar mag u over meedenken! In de woorden van Emmanuel:

Eén grote ijslob zou het bekken van het Amstelland hebben gevormd. En de westgrens daarvan lag waar nu de Schinkel en de Kostverlorenvaart liggen [ook eeuwenlang de grens tussen heemraadschappen Rijnland en Amstelland /red]. Ik zeg niet dat de Kostverlorenvaart niet gegraven is… maar ik liep daarnet nog even langs mijn stukje Schinkel, tussen Hoofddorpplein en Overtoom, en dat is ook kaarsrecht. Niet per se gegraven, maar duidelijk vergraven. Voor een vreemde is het verschil tussen de Schinkel en de Kostverlorenvaart niet eens te zien. Hoe dan ook, voordat ie gegraven werd, was het al de scheiding tussen twee veenkussens. Ik denk niet dat het ver gezocht is om te veronderstellen dat de Kostverlorenvaart een vergraven tak van de Schinkel is. Waar had die Schinkels anders op moeten uitlopen?

Deze laatste opmerking speelt in op een andere hypothese, namelijk dat de stroomrichting van de Schinkel ooit andersom was, niet naar de Oude Meer maar naar 't IJ. Iets dergelijks wordt ook beweerd over de rivier de Amstel. Het is allemaal gebaseerd op het inklinken van het pakket hoogveen waaruit Holland ooit bestond. Het IJ werd toen laagste punt en afvoer van water naar de Almere (later Zuiderzee).

Sloterdijk..., op een haartje na van de kaart geveegd

Onlangs kwam een foto van de Spaarndammerdijk ter hoogte van de Petruskerk in Sloterdijk voorbij. Uw webmaster groeide daar in de buurt op en kwam dus regelmatig in dat dorpje, net in de periode dat de grote kaalslag begon.
Sloterdijk, ooit begonnen als Sloterdam, lag net als Amsterdam aan de uitwatering van het achterliggende veengebied. Amsterdam voor Amstelland, Sloterdijk voor Sloten.
Amsterdam ging zich na 1529 intensief met de regio bemoeien door het kopen van een aantal heerlijke rechten van Reinout van Brederode waar Sloterdijk en Sloten deel van uitmaakten.

Hoezeer Amsterdam ook de regio toegedaan was, de liefde stopte zodra grote werken in het kader van verbeteringen van Amsterdams bereikbaarheid in het geding kwamen. Het begon direct met de aanleg van de Haarlemmertrekvaart die in 1631 in gebruik genomen werd. Die moest zonodig langs een liniaal ontworpen worden zonder rekening te houden met obstakels onderweg. Niet alleen zullen van Sloterdijk een aantal huizen opgeofferd zijn, ook werd het dorp van zijn achterland (Sloten) afgesloten. Een voor zo'n kleine gemeenschap dure brug werd noodzakelijk. We mogen hopen dat de stad daaraan bijdroeg.

Na de Franse overheersing, onder het Koninkrijk Nederland, maakte de Gemeentewet een einde aan die middeleeuwse onzin en was de gemeente Sloten inclusief Sloterdijk zelfstandig. De regio floreerde op een gezapige manier en Sloterdijk pikte een graantje mee van het toenemende verkeer over de Haarlemmerweg. Stedelijke fabrieken en werkplaatsen (Boldoot, Linmij) vertrokken naar omliggende dorpen en brachten arbeidsplaatsen. Intussen werd de dorpskern een pareltje, hier de Dorpsstraat.

Sloterdijk werd een zondagse bestemming voor stedelingen. Zoals een 18de-eeuws vers luidt:

Hoe zal ik, sier'lyk dorp! u op het best begroeten
Die d' Amstelaar vaak op uw buiten léven nood,
Wanneer hij rustdag houwd, dan ziet men klein en groot
Met vaartuig, of ten voet vol blydschap u genaken.

Op de foto links de eerste invloeden van de overloop, in de verte industrie op de Molenwerf.

In 1839 sneed de HIJSM-spoorlijn naar Haarlem dwars door het dorp met opnieuw een obstakel voor de samenhang van het dorp: die vermaledijde spoorwegovergang. Vooral de verdubbeling van het spoor en het stroomlijnen van het traject hadden grote invloed op het dorp.
Op deze luchtfoto uit 1923 herkent u de oude dorpskern aan de Spaarndammerdijk rechts. Richting Amsterdam is beneden en richting Haarlem boven.
Tot 1905 had Sloterdijk een halte in de spoorlijn, maar in dat jaar werd die opgeheven.

In 1921, na annexatie door Amsterdam, was het gedaan met de zelfstandigheid. Steeds meer havenactiviteiten en industrie verhuisden uit de stad naar de nieuw verworven ruimte in de polders ten zuiden van het Noordzeekanaal. De kaalslag waar hierboven sprake van was, volgde op de industrieterreinen Sloterdijk I, II en III. Daar slingerde de Spaarndammerdijk als een kronkelende worm in doodsstrijd doorheen. De Dorpsstraat, intussen herdoopt in Velserweg, moest verbreed worden om het drukke verkeer naar de industrieterreinen betere doorgang te verschaffen, wat ten koste ging van de westelijke huizenrij.
In 1956 kreeg het dorp zijn halte terug maar die was natuurlijk bedoeld voor de wijk Bos&Lommer en de industrie. Door een groot deel van de Molenwerf af te breken werd ruimte gemaakt voor een heus Station Sloterdijk en een eindhalte voor stadsbussen.
Al deze ingrepen bleken overbodig na aanleg van de A10 met behoorlijke afritten naar de industrieterreinen en de bouw van een nieuw station Sloterdijk. Het grootste deel van Sloterdijk is afgebroken en vervangen door nieuwe woningen en kantoren.

Alle afbeeldingen komen uit de Beeldbank van het Stadsarchief Amsterdam, behalve bovenstaande luchtfoto (Luchtfotografie Aviodome) en onderstaande Google Maps View. In het rode kader wat er over is van Sloterdijk en dat is waarschijnlijk te danken aan de wil de Petruskerk te behouden.

Column: de Gooise moordenaar

aarom bewaren de vele tramliefhebbers zulke tedere herinneringen aan de blauwe tram naar Zandvoort met de Boedapester als toppunt van tramzaligheid, terwijl de Gooise in de tramhistorie de bijnaam 'Gooise moordenaar' meevoert? De Kikkers en Boedapesters van de Zandvoortse tram zijn beslist niet voor ongevallen gespaard gebleven, maar de ongelukken die de Gooise stoomtram in haar 60-jarige bestaan zijn overkomen, spraken méér tot de verbeelding van de grote massa. Zelfs liet de destijds populaire illustrator Johan Braakensiek in een van zijn karikaturen de dood alias Magere Hein de Gooise stoomtram met 'collega' aanspreken.
Vooral de lotgevallen van uitgerekend tramlocomotief nummer 13 kwamen tegemoet aan de sensatielust van pers en publiek. Op een dag verleende een van de eerste pantserwagens van het Nederlandse leger in de straten van de vesting Naarden de van rechts aanpuffende stoomtram geen voorrang en werd prompt door locomotief nummer 13 met zijn 15½ ton gewicht tegen de pui van een kapperswinkel klem gereden. Een dergelijk ongeval kon de omstanders nog wel een glimlach ontlokken, maar veel tragischer was het ongeluk op zondag 7 augustus 1927, een stralende zomerdag, toen extra trams werden ingelegd. Getrokken door locomotief 13 was een tramtrein van drie volgrijtuigen van Amsterdam Weesperpoort onderweg naar Laren. Men verwachtte voorbij Bussum een rustige rit zonder tegenliggers.
Maar er was verzuimd bij hotel de Gooische Boer nadere rij-instructies te vragen en uit Laren was een trein van vijf rijtuigen, getrokken door twee locomotieven, richting Amsterdam vertrokken.

Toen deze bij de villa Groenendaal op het Laarderhoogt een onoverzichtelijke bocht moest nemen, sukkelde daar van de andere zijde locomotief 13 met zijn trein aan, snelheid 25 kilometer per uur. Met een enorme klap schoten de tramtreinen op elkaar, Loc 13 dook vooruit, de achterzijde werd opgelicht en het volgende open rijtuig schoof onder de locomotief. Vier doden en een flink aantal zwaar gewonden kostte dit ongeluk.
Lang in de herinnering bleef eveneens een ongeluk, dat in de mobilisatietijd 1914-18 gebeurde voor de remise aan de Middenweg in Amsterdam, hoewel daarbij loc 13 niet was betrokken. In die dagen werden regelmatig militairen van de Oranje-Nassaukazerne naar het schietkamp Crailoo op de hei bij Laren vervoerd. Op een ochtend reed zo'n tram met soldaten over de Middenweg, terwijl bij de remise de dochter van de machinist met brood en koffie wachtte om haar vader aan te reiken. Zij stond bij de remise en toen de tram langs haar reed, grepen de wielen haar wapperende rokken. Een verbrijzeld been met complicaties was het gevolg, waardoor zij vele jaren in ziekenhuizen moest doorbrengen.

In onze dagen behoren verkeersongelukken tot de dagelijkse routine, waaraan slechts statistische aandacht wordt geschonken; in de dagen van de Gooise stoomtram echter was elk ongeluk op de weg 'hot news', dat lang in de herinnering van het publiek voortleefde en deze tramonderneming zelfs aan de beruchte bijnaam hielp.

--- E. Weber

Liedtekst: Lena is weer bezig

ena is weer bezig
Dames, opgepast
Er dreigt gevaar
Bindt uw mannen vast aan het dressoir

Lena zoekt weer sjans
In de Jordaan
Geef haar niet de kans
Haar slag te slaan!

Met die zwoele blik
Op haar gelaat
Is die meid de schrik
Van onze straat

Wolken van parfum zijn weer aanwezig
Lena is weer bezig

De hele dag maar pronken
Naar alle mannen lonken
Geen ene huwelijksband
Is tegen haar bestand

Ze maakt aan één stuk brokken
In strakke mini-rokken
Ze werkt met haar figuur
Als olie op het vuur

De hele hengelclub
Bezwijkt aan haar make-up

Alle kerels daar
In het café
Worden gek van haar
Decolleté

Deinend loopt ze langs
Met veel poeha

Als een tweederangs
Cleopatra

Zij is zo bekoorlijk
En zo hip
En ze is zo boordevol
Begrip

Alle ouwe trucs zijn weer aanwezig
Lena is weer bezig!

Ze wandelt in de zonde
Ze richt je man te gronde
En heus niet hem alleen
Het mens is zo gemeen!

Ze heeft al honderdtallen
Gehad, en laten vallen
En menig huisgezin
Ging mee de afgrond in!

En 't loeder gaat maar door
En schaamt zich nergens voor!

Vrouwen, niet gezwicht
Voor die terreur
Houdt uw ramen dicht
En sluit de deur!

Laat uw man geen
Minuut onbewaakt
En als ie misschien
Bezwaren maakt:

Hou dan voet bij stuk
En schop een rel
Uw gezinsgeluk
Staat op het spel!

'k Zeg het maar tot allen hier aanwezig:
Lena is weer bezig!

Adèle Bloemendaal - 1969

Tekst:
Eli Asser

Muziek: Harry Bannink

© Manuscript

Luisteren...

 

Poortjes van Amsterdam 1571-1782

Van oorsprong een inventarisatie door Minne Dijkstra en nu in afleveringen hier; waar nodig geactualiseerd.

1637 - Schouwburg

Keizersgracht 384

Historie
Van 1617 tot 1637 stond hier een houten schouwburg gebouwd in opdracht van Samuel Coster. In 1638 werd naar een ontwerp van Jacob van Campen een stenen schouwburg opgeleverd. De opening werd gevierd met de opvoering van Vondels Gijsbrecht op 3 januari 1638.
Het poortje voerde het opschrift:
De Weereld is een Speel-Tooneel
Elck speelt zijn rol en krijght zijn deel.

Na een verbouwing door Philips Vingboons werd in het fronton van de poort een cartouche aangebracht waarop “Schouburg” stond te lezen.
Op 11 mei 1772  brandde de Stadsschouwburg af. Op die plaats werd het gebouw voor het Rooms Catholiek Oude Armen Kantoor opgericht dat daar ruim twee eeuwen gevestigd zou blijven. In de cartouche werd het woord “Schouburg” vervangen door  “R.C. Oude Armen Kantoor”. Bij de verhuizing van het RCOAK  naar het Claes Reiniershofje op Keizersgracht 334 werd de cartouche meegenomen en aldaar in het hofje aangebracht.
In april 1999 is het pand in gebruik genomen als vijfsterrenhotel Blakes met een excentrieke bedrijfsvoering, in 2005 gevolgd door Hotel The Dylan. Het plan bestaat om zowel de oorspronkelijke tekst boven de poort als een replica van de cartouche in het fronton weer aan te brengen.

Toestand
Matig

Eigenaar
Niet vastgesteld

Huidige toestand
Ongewijzigd

1638 - Accijnshuis

Oudebrugsteeg 7

Historie
Twee toegangen tot het voormalige accijnshuis van de stad gesierd met een monumentale uitvoering van zowel het stadswapen als het stadszegel. Het is de enige plaats in deze opsomming waar een bordje met informatie over het gebouw (en dus zijdelings ook over de poortjes, is aangebracht.
Het Accijnshuis werd gebouwd in 1638. Voor 1638 stond hier het oude "Stadts - Exijnshuis met dezelfde functie. Hoewel het vanaf 1900 nogal onomwonden wordt toegeschreven aan Jacob van Campen wordt daaraan nu stevig getwijfeld “vanwege de klungelige uitvoering” zoals wordt gesteld. Het vermoeden is nu dat het een leerling van Van Campen was en wel Pieter de Keyser, in die tijd bouwmeester in stedelijke dienst. In dit "accijshuis" zetelden de 5 "Accijsmeesters" . Hun colleges was een van de weinige die niet in het stadhuis zetelden. Zij waren verantwoordelijk voor de inning van de zogenaamde "grote accijns", en wel op bier, wijn, graan, turf en kolen, die zo belangrijk waren dat de stad deze in eigen hand hield en niet verpachtte, zoals bijvoorbeeld wel die op slachtvee en boter. Het gebouw is later van een lelijke bovenverdieping voorzien. Het gebouw is in de loop der tijd geheel verknoeid. Het verloor zijn functie als belastinghuis na 1800 als gevolg van de belastingherziening naar Frans model. Het is waarschijnlijk daarna in particuliere handen overgegaan. Na 1880 was hier het kantoor van de Nederlandsche Electriciteits Maatschappij. Omstreeks 1890 werd het een tapperij, vanaf 1924 onder de naam Het Wapen van Amsterdam. In 1990 werd het café gesloten en stond het gebouw gedurende 10 jaren geheel verwaarloosd leeg. Daarna is het gerestaureerd en in mei 2000 werd café Heffer geopend

Toestand
Uitstekend

Eigenaar
Niet vastgesteld

Huidige toestand
Ongewijzigd

Deze week honderd jaar geleden

Eerste kwartaal 1920 - De internationale staking van havenarbeiders krijgt in Nederland een heel eigen invulling. Daarom wordt deze week van maart de leiding van de Federatie van Transportarbeiders door hun Engelse evenknie gekapitteld om de lijn niet te laten vertroebelen; het moet een actie tegen de grote reders blijven. In Nederland spelen andere belangen, er wordt actie gevoerd tegen vracht per spoor en per vliegtuig. Er wordt actie gevoerd tegen de graanelevators en -silo's, kolentips en bunkerelevators (mechanisatie) die honderden arbeidsplaatsen laten verdwijnen. Er wordt gestaakt om een flinke loonsverhoging en er wordt door havenarbeiders alleen in de Amsterdamse en de Rotterdamse haven gestaakt. Het ergst is nog dat actievoerders proberen een communistisch tintje aan de staking te geven. De vakbonden weigeren ook nog om alle ongeorganiseerden tijdens de staking toch te ondersteunen. Na 10 weken komt er een eind aan de staking; geen enkele eis van de stakers is ingewilligd. In het buitenland blijven Nederlandse schepen geboycot.

Oude afleveringen

Hieronder weer een keuzemenu naar oude afleveringen van het jaar 2020. De keuze 2014 t/m 2019 leidt naar de laatste aflevering van het betreffende jaar, met onderaan een eigen menu voor dat jaar.

2014 2015 2016 2017 2018 2019 wk01 wk02 wk03 wk04 wk05 wk06
wk07 wk08 wk09 wk10 wk11 wk12 wk13 wk14 wk15 wk16 wk17 wk18
 

Aanmelden voor deze digitale uitgave    -    Afmelden voor deze digitale uitgave