|
|
Beide
ouders stammen uit regentengeslachten van "riddermatige" afkomst.
Er wordt gesproken over "keuteradel". Van moederszijde (van Weede)
erfde Johan de bezitting Hoogland, waardoor hij reeds vroeg financieel
onafhankelijk werd. Den Tex laat niet na te stellen dat Oldenbarnevelt uit
een gedegenereerd nest kwam (vader regelmatig in gevangenis, broers en
zusters deugden ook bijna allen niet), hetgeen zeker invloed zou hebben
gehad op de 'kwaliteit van zijn grootheid'. 'Zelden, maar dan tomeloos
driftig, koude wraakzucht en neiging tot risico's nemen' zijn nog enkele
karakterschetsen uit de koker van Den Tex. |
Hij studeerde aan verschillende universiteiten, Leuven, Bourges, Keulen,
Heidelberg en in ltalië, waarschijnlijk Padua. Overal kort en niet
intensief. De Reformatie houdt de gemoederen in Europa bezig, heftige
discussies op de universiteiten waren het gevolg. Vooral Heidelberg was een
haard van calvinistisch denken, en daar bevonden zich vele uit de
noordelijke Nederlanden afkomstige bannelingen waartussen Oldenbarnevelt
zich niet thuisvoelde vanwege hun extremisme. Hij was bij zijn
landgenoten/medestudenten minder geliefd. In 1569 "ontvluchtte"
hij Heidelberg en trok naar Italië, waar hij kennismaakte met de nadagen
van de Renaissance, met de ruime, bijna cosmopolitische kijk op het Europese
"gedoe". Mogelijk hielp deze ervaring hem om een zo ruimhartig
patriot te maken.
|
In 't
voorjaar van 1570 vestigde hij zich als advocaat in Den Haag en belandde zó
midden in de Opstand. Pas toen in 1572 de eerste steden in handen van de
opstandelingen vielen, koos Oldenbarnevelt hun zijde. Verondersteld wordt
dat hij de noodzaak inzag van de vorming van een plaatsvervangende regering
om te voorkomen dat de Geuzen van Lumey daarvoor anders zouden zorgen. Dit
lukte hem o.a. In Leiden, Delft en Rotterdam, waar zich een regentenklasse
kon vestigen die Oldenbarnevelt later nog vaak tot steun zou zijn. Bij
werkzaamheden in dienst van de Hoogheemraden van Schieland, tijdens de
voorbereiding van de inundatie van het gebied rond Leiden, kwam hij voor 't
eerst in kontakt met Willem van Oranje. Na het ontzet van Leiden ging hij
voor 't eerst optreden als advocaat van de Staten van Holland, mogelijk op
instigatie van Oranje. |
In 1575 trad hij in 't huwelijk met Maria van Utrecht, na haar eerst als
advocaat tot de erfenis van vijf "heerlijkheden" verholpen te
hebben. Dit is de basis van zijn later zo grote fortuin. Dat dit hem verder
niet zoveel opleverde mag blijken uit de opmerking van een tijdgenoot die
zegt: "Hij is getrouwd om rijkdom, het geluk is hem ontgaan". De
uit het huwelijk geboren zoons erfden direkt deze heerlijkheden, hetgeen
Oldenbarnevelt niet verhinderde zich voorlopig "Heer" daarvan te
laten noemen.
Eind 1576 werd hij benoemd tot pensionaris van Rotterdam, een stad die door
een positief en economisch gericht overheidsbeleid in enkele decennia
uitgroeide van vissersdorp tot belangrijke havenstad. Vooral de gastvrijheid
voor ondernemende Zuid-Nederlanders zoals Hans van der Veken was mede het
werk van Oldenbarnevelt. Zijn kwaliteiten bleven niet onopgemerkt,
regelmatig werd hij als gecommitteerde voor de Staten van Holland
uitgezonden. Rotterdam was zo tevreden over zijn werkzaamheden dat, toen
Oldenbarnevelt in 1586 tot landsadvocaat werd benoemd, men hem tenauwernood
wilde laten vertrekken en bijna blindelings zijn jongere, net afgestudeerde
broer Ellas tot opvolger benoemde.
Door zijn optreden als pensionaris, gecommitteerde en als landsadvocaat liet
hij zich leiden door libertijnse denkbeelden, dit geheel in de geest van
zijn werkgevers, de Staten van Holland. De macht op dat moment lag duidelijk
niet bij Oranje of de adel maar bij de minder hoge 'Heren' In Holland.
|
Bij het
ontstaan van de Republiek in 1581, het ontwerp van de kerkorde in mei 1582
en het bij de opstand dwingen van Amsterdam, de Alteratie in februari 1578
was Oldenbarnevelt aanwezig of gaf er vorm aan. Het leverde hem even zovele
vijanden op; vooral Amsterdam bleef voortdurend tegen hem ageren. Na de
bezetting van de zuidelijke Nederlanden door Parma was het Gewest Holland
zowel geografisch als moreel het middelpunt geworden van de Republiek en de
Opstand. Oldenbarnevelt werd nu ook in de buitenlandse politiek betrokken.
Dat de moord op Oranje toch een crisis dreigde te veroorzaken was meer door
gebrek aan een uitvoerend orgaan. De Staten van Holland vulden echter in
allerijl dit machtsvacuum, met Oldenbarnevelt als spil. Toen landsadvocaat
Buys in augustus 1586 uit eigen beweging opstapte was de weg voor
Oldenbarnevelt vrij, zonder daar op aangestuurd te hebben dan door het
etaleren van zijn talenten ....
|
Pagina herzien: 23-03-2009
- Afbeeldingen van internet
|