'Gesamtkunstwerk' tegen wil en dank
De Staatsspoorwegen bouwde door het hele land stations naar een paar voorbeelden, de zgn. Waterstaatstations. Het ontwerp werd hoogstens iets aangepast aan plaatselijke omstandigheden. Voor het nieuwe centrale reizigersstation in het Open Havenfront mocht het een 'onsje' meer zijn, maar "niet overdrijven, mijnheer Cuypers!" Dat was tegen dovemansoren gezegd. Vooral op het koninklijk paviljoen ging de architect helemaal los en maakte er een 'gesamtkunstwerk' van. Ook het consigne lokale materialen, verwerkt door lokale kunstenaars en vaklieden lapte hij aan zijn laars en zette zijn hele katholieke werkplaats uit Roermond en zijn vaste toeleveranciers aan 't werk. Kunstenaars uit Leuven/België, net als de beeldhouwers. De schilder Georg Sturm was een Oostenrijker. Zelfs de aannemer kwam uit Duitsland en hij nam zijn eigen - bij ons toen nog niet bekende - blindeer(bak)stenen en natuursteen mee.
Ongehoord is de binnensmokkelen van Cuypers' stokpaardje, de gotische ornamentiek uit het leerboek van Eugene
Viollet-le-Duc...
In de Handboogstraat zat ooit een schrijnwerker die geraakt was door het bijbelverhaal van de binnen de stad Hebron opgesloten Samson, die ´s nachts de stadspoort uit z´n hengels lichtte en een berg opsjouwde om de bewoners een lesje te leren. Hij liet deze steen hakken en in zijn gevel plaatsen. De deuren werden wat klein en gaven de uitzonderlijke krachtsinspanning niet geheel weer. Albrecht Altdorfer deed dat iets beter in zijn ets naar aanleiding van het verhaal (Rijksmuseum).
De steen legde sindsdien een vergelijkbare moeizame weg af, via de gevelstenenmuur in de Sint Luciënsteeg naar Prinsengracht 1101, een nieuwbouw.
Hulp gevraagd, geen oplossing
Lang niet iedereen was gecharmeerd van draaiorgels. In een krant schreef iemand: “Wordt het nu niet tijd dat er paal en perk gesteld wordt aan deze zenuwprikkelende, oorverscheurende martelwerktuigen. Telkenmale wanneer ik een draaiorgel zie, omstuwd door opgeschoten knapen en meisjes, erger ik mij in hooge mate aan deze weerzinwekkende vertooning.” Of zijn brief effect had, weet ik niet. Kinderen bleven dansen op draaiorgelmuziek, getuige andere foto’s die Mike Man en ik vonden. Mike en Robert Raat kwamen wel met suggesties, maar die straten leken helaas niet op de foto.
Hulp kwam niet
Hulp gevraagd, de nieuwe
Nog een draaiorgel. Het is 24 november 1952 en het sneeuwt. Natte sneeuw, het zal koud zijn. De kolen worden al ruimschoots aangevoerd. Geen weer om met een draaiorgel de straat op te gaan. Toch staat er een man naast met een centenbak in zijn hand. Hij doet niet eens een poging om de voorbijgangster te benaderen met dat typerend rinkelende geluid van een centenbak. Zou het bij deze ene bui blijven en brak daarna de zon door? Ik hoop het voor de draaiorgelman.
Het nieuwe gebouw van de verkeerspolitie (Verkeerswezen) Overtoom 41-43 is in gebruik genomen. De officiële opening was al op 1 oktober. De afdeling Bereden Politie is stilzwijgend overgeheveld naar de 'moderne tijd' en gemotoriseerd. Bij opstootjes verschijnt de bereden politie nog wel eens. Politie te paard heeft daar - zo blijkt in de praktijk - een bruikbare functie. Kortom, de Bereden Politie verdwijnt niet.
De vereniging met de lange naam viert op zaterdag 11 oktober 1924 zijn 50-jarig bestaan. In 1874 werd een instituut opgericht: de Vereniging tot het Vormen van eene openbare verzameling van Hedendaagsche Kunst te Amsterdam (VVHK). Koopman-bankier C.P. van Eeghen nam, samen met een aantal vooraanstaande Amsterdammers, het initiatief om in samenwerking met enige kunstvrienden een Stedelijke Verzameling van Hedendaagsche Kunst in het leven te roepen. Onderdak werd eerst gevonden in het voormalige Oude Mannenhuis, vervolgens in het Museum Van der Hoop en in 1885 in het pas voltooide Rijksmuseum. Het streven was naar een ´eigen´ museum en dat kon waargemaakt worden door de donatie van een aanzienlijk bedrag uit de nalatenschap van de weduwe Lopez Suasso. In 1890/´95 werd het Stedelijk Museum gebouwd waar de VVHK permanente tentoonstellingsruimte kreeg.
Geen steen staat er meer op de andere! Wat in de steigers staat is de nieuwbouw van Amstleven ofwel Levensverzekerings Mij De Amsterdamsche. Dat pand staat er vandaag nog steeds (foto 2). Op de andere hoek staat het voormalige pand van de NHM die, voordat ze hun grote kantoor in de Vijzelstraat bouwden, hier kantoor hield en altijd werkruimte tekort had en pand voor pand in de Nieuwe Spiegelstraat opkochten. Na een tijdje werd de boel gesloopt (foto 3) en vervangen door een kantoorpand over bijna de hele straat oneven nummers. Ook dat bleef niet staan en werd 1991-'92 vervangen door de Spiegelhof (foto 4). Als u Google zou moeten geloven is de Spiegelhof een parkeergarage maar dat is een bijkomstigheid van de kantorenlocatie die het eigenlijk is.
We hebben het over de oneven zijde van de Nieuwe Spiegelstraat dus de kijkrichting is Keizersgracht.
Eerste melding: 09:14 uur
Goede oplossingen kwamen van Jos Mol, Marike Muller, Anthony Kolder, Anneke Huijser, Ria Scharn, Kees Leseman, Kees Dalmeijer, Otto Meyer, Mike Man, Adrie de Koning, Hans van Efferen, Robert Raat,
Kees Leseman geeft als oplossing:
"
Toon Ahlman uit Ammerzoden heeft volgens de Beeldbank op het Museumplein 80 ton aardappelen gestort.
'Ons Amsterdam' heeft het gewogen en komt ook op 80 ton, maar volgens het Algemeen Dagblad was het 75 ton.
Initiatiefnemer is Toon van den Ahlmann, handelaar in grondwerkmachines.
Hij zoekt met meer van dit soort stunts de publiciteit en het Guinness Book of Records. Met de grootste salade ter wereld staat hij in het recordboek en in het Vrije Volk.
In de sensatiekrant De Telegraaf staat een sensationeel artikel over het kunstgebit van Toon.
In een serieus artikel staat de aanleiding voor deze aardappelberg.
Het is een herdenking dat 75 jaar geleden het aardappeloproer op de Oostelijke Eiland en in de Jordaan plaatsvond: voor elk jaar een ton aardappelen.
Toon kreeg van het stadsdeel geen toestemming voor dit gebeuren, maar heeft het toch gedaan."
De aanleiding (in 1992) zou het Aardappeloproer van 1917 zijn, toen 75 jaar geleden. De verantwoordelijke - met de Duitsers heulende - minister verkocht de aardappelen liever voor grof geld aan de Duitsers en liet het "gepeupel" hongeren.
Eerste melding: 09:26 uur
Goede oplossingen kwamen van Kees Huyser, Anthony Kolder, Marike Muller, Arjen Lobach, Anneke Huijser, Kees Leseman, Kees Dalmeijer, Jos Mol, Otto Meyer, Han Mannaert, Ria Scharn, Mike Man, Adrie de Koning, Hans van Efferen, Robert Raat, Harry Snijder,
"Tante Annet Osterhelweg-Roos (tandarts) voor het raam van de Reguliersgracht 40 of 42 en de familie voor het huis", heet het in de Beeldbank. Het huisnummer is niet juist want dit pand staat aan de oneven zijde. Het juiste adres is Reguliersgracht 27. Ergens staat vermeld dat dit pand van 1712 is, maar daar zijn terechte twijfels over. Deze gevel lijkt toch meer 19de-eeuws. Misschien dat alleen de gevel is vernieuwd? Geen enkele site weet meer over dit pand te vertellen, dus het blijft bij het adres. Vandaag huist hier een coffeeshop Barney's Lounge.
Eerste melding: 09:42 uur
Goede oplossingen kwamen van Kees Huyser, Anneke Huijser, Kees Dalmeijer, Ria Scharn, Mike Man, Han Mannaert, Jos Mol, Hans van Efferen, Adrie de Koning, Robert Raat, Anthony Kolder,
"Levendig plaatje..., een markt, maar dan een eeuw geleden. Wat is er allemaal te zien? Het zijn bijna uitsluitend vrouwen die de klandizie uitmaken en mannen die achter de handel staan. Niet in kramen zoals vandaag op markten gebruikelijk is maar op straat uitgestald of op een kar. Er is wel één kraam te zien op deze foto maar dab als uitzondering die de regel bevestigd. De grootste belangstelling trekt een hoop kleding; er wordt flink gezocht en gekeurd. Met mannetje ernaast heeft van alles en nog wat liggen. Is dat een kacheltje of een oliestel? Tussen het vaatwerk een heuse theepot.
De locatie? Lijkt wel de Jordaan of een andere markt op een gedempte gracht. Maar zijn dat de meeste markten niet?"